Samenstelling
Mirvaso (als tartraat) XGVS Galderma Benelux bv
- Toedieningsvorm
- Gel
- Sterkte
- 3 mg/g
- Verpakkingsvorm
- 10 g
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Axhidrox (als bromide) XGVS Will-Pharma bv
- Toedieningsvorm
- Crème
- Sterkte
- 8 mg/g
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Start bij de behandeling van rosacea met papels en/of pustels, met lokaal metronidazol, azelaïnezuur of ivermectine. Voeg bij onvoldoende werkzaamheid doxycycline toe aan de lokale behandeling. Bij onvoldoende effect kan in de tweedelijnszorg minocycline (offlabel) of isotretinoïne (offlabel) worden toegepast. Bij erythemateuze klachten staat het geven van niet-medicamenteuze adviezen, zoals het vermijden van vasomotorische prikkels, op de voorgrond. Overweeg bij onvoldoende verbetering een proefbehandeling met brimonidine-gel. Behandel hinderlijke klachten van teleangiëctasieën en/of erytheem in de tweedelijnszorg met laser of ‘intense pulsed light’ (IPL). Behandeling van oculaire rosacea en ernstige rhinophyma vindt plaats in de tweedelijnszorg. Voor de behandeling van verschillende kenmerken van rosacea zoals papulopustels, erytheem en teleangiëctasieën kunnen diverse behandelingen worden gecombineerd, zoals lokale behandeling met orale behandeling of laserbehandeling.
Advies
Voorlichting en niet-medicamenteuze adviezen vormen een belangrijk onderdeel van de behandeling van primaire hyperhidrose. Geef aluminiumchloride-oplossing of aluminiumhydroxochloride-oplossing of -crème als de adviezen onvoldoende helpen. Aluminiumchloride is mogelijk effectiever dan aluminiumhydroxychloride, maar geeft ook meer huidirritatie. Overweeg oraal oxybutynine (offlabel) indien de klachten ernstig zijn en niet verminderen na vier weken gebruik van aluminiumzouten.
Voor lokaal glycopyrronium is geen plaatsbepaling vastgesteld in de medicamenteuze behandeling van primaire axillaire hyperhidrose.
Indicaties
- Symptomatische behandeling van erytheem in het gezicht bij volwassenen als gevolg van rosacea.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Ernstige primaire axillaire hyperhidrose bij volwassenen.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Rosacea
Volwassenen (incl. ouderen > 65 j.)
Eénmaal per 24 uur een dunne laag zachtjes en gelijkmatig aanbrengen op het hele gezicht (voorhoofd, kin, neus en beide wangen), zolang het erytheem in het gezicht aanwezig is. In verband met de kans op exacerbatie van het erytheem starten met een kleine hoeveelheid gel gedurende minimaal 1 week, vervolgens geleidelijk verhogen afhankelijk van het kunnen verdragen en de respons tot max. 1 g gel (overeenkomend met ca. 5 hoeveelheden ter grootte van een erwt) 1× per dag. Aanbevolen dosis en frequentie van aanbrengen niet overschrijden.
Bij optreden van een exacerbatie: zie de rubriek Waarschuwingen en Voorzorgen.
Brimonidinegel kan worden gebruikt in combinatie met andere geneesmiddelen voor rosacea en met cosmetica; de lokale middelen pas aanbrengen nadat de brimonidinegel is opgedroogd.
Toediening
- Niet aanbrengen op geïrriteerde huid (ook niet na lasertherapie) of open wondjes;
- Contact van de gel met de ogen, oogleden, lippen, mond en de binnenkant van de neus vermijden;
- Na aanbrengen van de gel de handen onmiddellijk wassen.
Doseringen
Uitsluitend gebruiken in het gebied van de oksel en niet op andere lichaamsdelen.
Niet gebruiken op een ontstoken of beschadigde huid, vanwege meer risico van lokale bijwerkingen.
Ernstige primaire axillaire hyperhidrose
Volwassenen
2 pompactiveringen per oksel (overeenkomend met 4.4 mg glycopyrronium per oksel) 1×/dag, bij voorkeur 's avonds aanbrengen gedurende 4 weken. Daarna afhankelijk van de vermindering van klachten frequentie verlagen tot 2×/week. Continue behandeling is vereist om het effect te behouden.
Verminderde leverfunctie: Geen dosisaanpassing nodig.
Verminderde nierfunctie: Bij ernstige nierinsufficiëntie (creatinineklaring < 30 ml/min) uitsluitend op strikte indicatie gebruiken, omdat de systemische blootstelling toegenomen kan zijn; controleer bij gebruik nauwlettend op bijwerkingen. Bij een lichte of matige nierinsufficiëntie is geen dosisaanpassing nodig.
Toediening
- Vóór het eerste gebruik de pomp eerst primen.
- Gelijkmatig in elke oksel aanbrengen met behulp van de dop, niet met de vingers; zie voor meer informatie de officiële productinformatie CBG/EMA (rubriek 4.2); zie hiervoor de link onder 'Zie ook'.
- Vermijd contact met de ogen, mond en neus; zie de rubriek Waarschuwingen en voorzorgen voor meer informatie.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): exacerbatie van rosacea symptomen (16 %).
Vaak (1-10%): overmatig blozen, (verergerd) erytheem, bleekheid op de toedienplaats, jeuk, lokaal brandend gevoel.
Soms (0,1-1%): duizeligheid. Hoofdpijn, paresthesie. Zwelling gezicht, ooglidoedeem. Neusverstopping. Droge mond. Het heet hebben, perifeer koudegevoel. Droge huid, pijnlijke huid, dermatitis, (allergische) contacteczeem, papuleuze huiduitslag, acne.
Zelden (0,01-0,1%): bradycardie, (orthostatische) hypotensie (zie ook de rubriek Waarschuwingen en Voorzorgen). Angio-oedeem. Urticaria. Huidirritatie, warm aanvoelende huid.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): droge mond (met name in het begin van de behandeling).
Vaak (1-10%): lokaal op de toedienplaats: erytheem, irritatie, pijn, jeuk of folliculitis. Hoofdpijn. Obstipatie. Droge ogen, nasale droogheid, droge huid.
Soms (0,1-1%): lokaal op de toedienplaats: acne, zwelling, huiduitslag, droogheid, papels of eczeem. Tachycardie, QT-verlenging. Borstkaspijn.Trombocytopenie. Abdominale distensie, harde stoelgang. Duizeligheid, slaperigheid, slaapstoornis, vermoeidheid. Vertigo. Wazig zien, verminderd gezichtsvermogen, jeuk aan het oog, oculaire hyperemie, ongelijke pupillen, oogirritatie. Orofaryngeale pijn, keelbeklemming. Droge lippen, droge neus, droge slijmvliezen. Hyperhidrose, jeuk, afwijkende huidgeur, erytheem, parapsoriasis, huidirritatie, droge handen, jeuk, (constitutioneel) eczeem, huidplaque. Verhoogde leverenzymen.
Verder is gemeld: overgevoeligheid, angio-oedeem.
Bijwerkingen veranderden niet in ernst bij een langere behandelduur.
Interacties
Combinatie met een monoamineoxidaseremmer (MAO-remmer), tricyclisch of tetracyclisch antidepressivum (die de noradrenerge transmissie beïnvloedt) is gecontra-indiceerd. Wees voorzichtig bij gelijktijdig gebruik (zowel lokaal als systemisch) van andere geneesmiddelen die invloed hebben op het adrenerge systeem zoals sympathicomimetica, clonidine-achtige bloeddrukverlagende middelen, chloorpromazine, methylfenidaat. Additief bloeddrukverlagend effect is mogelijk bij combinatie met bloeddrukverlagende middelen en hartglycosiden.
Brimonidine kan het effect versterken van onderdrukkers van het centrale zenuwstelsel zoals barbituraten, sedativa, anesthetica, alcohol.
Interacties
Er is geen onderzoek naar interacties uitgevoerd.
Gelijktijdige toediening van andere anticholinergica is niet onderzocht; een versterking van anticholinerge effecten kan niet worden uitgesloten.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens. Onderzoek bij dieren laat geen teratogene effecten zien, wel een hogere incidentie van verhoogd pre-implantatieverlies en postnatale groeireductie. De systemische absorptie na lokale toediening is echter laag.
Advies: Ondanks de relatief geringe absorptie ontraadt de fabrikant het gebruik.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren reproductietoxisch gebleken.
Farmacologisch effect: Gezien de minimale systemische blootstelling bij cutaan gebruik zijn nadelige effecten bij de foetus onwaarschijnlijk.
Advies: Kan indien nodig worden overwogen.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. Ja, bij dieren. De systemische absorptie na lokale toediening bij de moeder is relatief laag. Bij gebruik op een beperkt huidoppervlak is het onwaarschijnlijk dat bij de zuigeling nadelige effecten optreden. Bij behandeling van neonaten met brimonidine oogdruppels zijn systemische effecten (zoals bradycardie, hypotensie, hypothermie en apneu) gerapporteerd. Kennelijk zijn sommige neonaten gevoelig voor lage doses brimonidine.
Advies: Veiligheidshalve het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend bij de mens. Ja, bij dieren (incl. metabolieten).
Advies: Volgens de fabrikant het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden. Volgens Lareb is orale toediening van glycopyrronium en toediening per inhalatie waarschijnlijk veilig. Overig: Vermijd contact van het kind met de behandelde huid van de moeder.
Contra-indicaties
- Kinderen jonger dan 2 jaar in verband met ernstige systemische veiligheidsrisico's.
Zie voor meer contra-indicaties de rubriek Interacties.
Contra-indicaties
Aandoeningen die kunnen verergeren vanwege het anticholinerge effect zoals:
- glaucoom;
- instabiele cardiovasculaire status bij acute hemorragie;
- pylorusstenose;
- darmobstructie, paralytische ileus;
- ernstige colitis ulcerosa, toxisch megacolon als complicatie van colitis ulcerosa;
- myasthenia gravis;
- syndroom van Sjögren.
Waarschuwingen en voorzorgen
Exacerbatie van rosacea-symptomen komt zeer vaak voor (ca. 16%); behandeling daarom initiëren met een kleine hoeveelheid gel en de dosis geleidelijk verhogen, afhankelijk van het kunnen verdragen en de respons. De exacerbatie treedt met name in de eerste 2 weken op na beginnen van de behandeling. Dit kan variëren van ca. 30 minuten tot enkele uren na aanbrengen, waarbij in het merendeel van de gevallen de verergering van het erytheem en overmatig blozen verdwijnt na staken van de behandeling. Bij verergering van het erytheem het gebruik staken. Symptomatische maatregelen, zoals koelen, NSAID’s en antihistaminica kunnen helpen de symptomen te verlichten. Bij het hervatten van de behandeling, een kleine hoeveelheid gel als test aanbrengen op een klein gedeelte van het gezicht gedurende ten minste één dag voordat de behandeling van het hele gezicht wordt hervat. In geval van ernstige irritatie of contactallergie de behandeling staken.
Informeer patiënten dat de aanbevolen maximale dosis (5 hoeveelheden ter grootte van een erwt) en frequentie van aanbrengen niet mogen worden overschreden; de veiligheid van een hogere dagelijkse dosis of aanbrengfrequentie is niet beoordeeld. Er zijn meldingen van bradycardie, (orthostatische) hypotensie en duizeligheid waarbij in sommige gevallen ziekenhuisopname nodig was. Hierbij was de gel in een aantal gevallen aangebracht na een laserprocedure.
Wees voorzichtig bij ernstige of instabiele en ongecontroleerde cardiovasculaire aandoeningen, cerebrale of coronaire insufficiëntie, depressie, ziekte van Raynaud, orthostatische hypotensie of trombangiitis obliterans, scleroderma en het syndroom van Sjögren.
Onderzoeksgegevens: brimonidine-gel is niet onderzocht bij patiënten met een nier- of leverfunctiestoornis. De werkzaamheid en veiligheid bij kinderen (< 18 j.) zijn niet vastgesteld. Bij kinderen tot 12 jaar zijn er veiligheidsbezwaren gerelateerd aan de systemische absorptie van brimonidine geïdentificeerd. Beperkte ervaring bij ouderen (> 65 jaar) wijst niet op verschillen in het veiligheidsprofiel, ten opzichte van volwassenen van 18–65 jaar.
Waarschuwingen en voorzorgen
Vermijd contact met ogen omdat glycopyrronium tijdelijke dilatatie van de pupillen en wazig zien kan veroorzaken. Vermijd ook contact met mond en neus omdat een vermindering van speekselproductie of neusafscheiding niet kan worden uitgesloten. Indien contact optreedt met ogen, neus of mond, deze gebieden onmiddellijk spoelen met veel water. Vermijd huid-op-huidcontact van het behandelde huidgebied met andere gebieden, waaronder de huid van anderen; bedek het behandelde gebied met kleding (bv. tijdens geslachtsgemeenschap).
Niet gebruiken op een beschadigde huid of ontstoken huid, vanwege meer risico van lokale bijwerkingen.
Comorbiditeit: Wees voorzichtig bij ernstige prostaathyperplasie, (voorgeschiedenis van) urineretentie. Instrueer patiënten het gebruik onmiddellijk te staken indien symptomen van urineretentie zich voordoen en laat patiënten direct contact opnemen. Wees ook voorzichtig bij patiënten met een kransslagaderaandoening, hartfalen, hartaritmieën en hypertensie, omdat tachycardie een bekend effect is van anticholinergica.
Er zijn geen onderzoeksgegevens bij disfunctie van de bloed-hersenbarrière zoals bij traumatische hersenletsels in het laatste jaar, chemotherapie, bestralingstherapie van het hoofd, chirurgische ingreep aan de schedel en de hersenen en bij verslaving aan intraveneuze drugs. Bij deze patiënten uitsluitend gebruiken als andere behandelopties onvoldoende effectief zijn. Er is geen onderzoek uitgevoerd bij verminderde leverfunctie; aangenomen wordt dat verminderde leverfunctie niet zal leiden tot een klinisch relevante toename van de systemische blootstelling, vanwege een hoofdzakelijk renale klaring.
Het optreden van een droge mond en cariës kan niet worden uitgesloten.
Bij kinderen en ouderen zijn de veiligheid en werkzaamheid niet vastgesteld.
Overdosering
Neem voor informatie over een vergiftiging met brimonidine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Bij toepassing op alleen de oksels is overdosering onwaarschijnlijk. Bij verkeerd gebruik bv. door aanbrengen op andere delen (handpalmen, voeten, gezicht) of grote gebieden, kan een verhoogd risico op overdosering niet worden uitgesloten.
Symptomen
Anticholinerge verschijnselen.
Voor symptomen en behandeling van een intoxicatie met glycopyrronium, zie vergiftigingen.info.
Eigenschappen
Selectieve α2-receptoragonist. Na cutaan aanbrengen vermindert brimonidine lokaal diffuus persisterend erytheem door een direct vasoconstrictief effect op cutane vaten. Het heeft geen effect op teleangiëctasieën en geen anti-inflammatoire werking. Het vasoconstrictief effect treedt ca. 30 minuten na aanbrengen op, is maximaal na 3-6 uur, waarna het effect weer afneemt.
Kinetische gegevens
Resorptie | laag, een factor 2 lager dan bij oculaire toediening. |
Metabolisering | in de lever via aldehyde-oxidase en CYP450. |
Eliminatie | vnl. met de urine als metabolieten. |
T 1/2el | ca. 3 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Glycopyrronium is een parasympathicolyticum (anticholinergicum). Het blokkeert de werking van acetylcholine op glad spierweefsel, de hartspier en op verschillende klieren, waaronder de zweetklieren. In de zweetklieren resulteert dit in een vermindering van zweten.
Kinetische gegevens
Resorptie | Na een enkele lokale applicatie is er gedurende ten minste 24 uur een kwantificeerbare plasmaconcentratie aanwezig. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
brimonidine (cutaan) hoort bij de groep dermatica, overige.
- abrocitinib (D11AH08) Vergelijk
- deoxycholzuur (D11AX24) Vergelijk
- dimethylsulfoxide (M02AX03) Vergelijk
- ditranol (D05AC01) Vergelijk
- eflornithine (D11AX16) Vergelijk
- glycopyrronium (cutaan) (D11AA01) Vergelijk
- ichthammol (D05AA) Vergelijk
- ivermectine (cutaan) (D11AX22) Vergelijk
- lebrikizumab (D11AH10) Vergelijk
- levomenthol (cutaan) (D04AX) Vergelijk
- metronidazol (cutaan steriel) (D06BX01) Vergelijk
- metronidazol (cutaan) (D06BX01) Vergelijk
- minoxidil (cutaan) (D11AX01) Vergelijk
- tirbanibuline (D06BX03) Vergelijk
Groepsinformatie
glycopyrronium (cutaan) hoort bij de groep dermatica, overige.
- abrocitinib (D11AH08) Vergelijk
- brimonidine (cutaan) (D11AX21) Vergelijk
- deoxycholzuur (D11AX24) Vergelijk
- dimethylsulfoxide (M02AX03) Vergelijk
- ditranol (D05AC01) Vergelijk
- eflornithine (D11AX16) Vergelijk
- ichthammol (D05AA) Vergelijk
- ivermectine (cutaan) (D11AX22) Vergelijk
- lebrikizumab (D11AH10) Vergelijk
- levomenthol (cutaan) (D04AX) Vergelijk
- metronidazol (cutaan steriel) (D06BX01) Vergelijk
- metronidazol (cutaan) (D06BX01) Vergelijk
- minoxidil (cutaan) (D11AX01) Vergelijk
- tirbanibuline (D06BX03) Vergelijk