Samenstelling
Calcipotriol Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Zalf (0,005%)
- Sterkte
- 50 microg/g
- Verpakkingsvorm
- 60 g
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Alfacalcidol
Bijlage 2
Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Capsule
- Sterkte
- 0,25 microg, 0,5 microg, 1 microg
Etalpha
Bijlage 2
Cheplapharm Arzneimittel GmbH
- Toedieningsvorm
- Capsule
- Sterkte
- 0,25 microg, 0,5 microg, 1 microg
- Toedieningsvorm
- Druppelvloeistof
- Sterkte
- 2 microg/ml
- Verpakkingsvorm
- 20 ml
1 druppel bevat ca. 0,1 microg alfacalcidol.
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Sterkte
- 2 microg/ml
- Verpakkingsvorm
- ampul 0,5 ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Geef bij psoriasis altijd een indifferent middel als basisbehandeling. Overweeg een dikke schilferlaag te behandelen met een ontschilferingsmiddel vóór start van de lokale medicamenteuze behandeling. Start bij volwassenen bij laesies op de romp of extremiteiten met een klasse-3-corticosteroïd en bij laesies in lichaamsplooien of gelaat met een klasse-2-corticosteroïd. Combineer dit bij onvoldoende effect met een lokaal vitamine-D-analoog. Als een remissie of het maximaal haalbare behandeldoel is bereikt, blijft minder frequente of minder intensieve onderhoudsbehandeling vaak nodig.
Bij onvoldoende resultaat van een lokale therapie, worden in de tweedelijnszorg intensievere vormen van lokale behandeling, lichttherapie of systemische middelen toegepast. Zie voor meer informatie de NVDV-richtlijn Psoriasis.
Advies
Geef voor de behandeling van een vitamine D-deficiëntie bij ouderen > 70 jaar met een calcidiolspiegel < 50 nmol/liter, colecalciferol (vitamine D3). Geef een oplaaddosering bij < 35 nmol/l. Voeg bij een ernstige nierinsufficiëntie (eGFR < 15 ml/min) alfacalcidol toe. Zie voor de preventie van een vitamine D-deficiëntie, de vitamine D-suppletieadviezen van de Gezondheidsraad via het vitamine D stroomdiagram op voedingscentrum.nl.
Behandel, indien mogelijk, de oorzaak van chronische nierschade. Start daarnaast behandeling om het grotere risico van (vnl. cardiovasculaire) morbiditeit te verminderen en progressie van nierschade te voorkomen of beperken. Behandel de complicaties van nierschade en start eventueel niervervangende therapie (dialyse).
Aan de vergoeding van alfacalcidol zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.
Indicaties
- Lichte tot matig–ernstige psoriasis vulgaris, als lokale behandeling.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Behandeling en preventie van renale osteodystrofie;
- Behandeling van secundaire hyperparathyroïdie bij patiënten met chronische nierziekte stadium 3–5. De intraveneuze toediening is bedoeld voor stadium 5-patiënten;
- Hyperparathyroïdie (primair of tertiair) bij patiënten die parathyroïdectomie ondergaan;
- Hypoparathyroïdie;
- Pseudovitamine D-deficiënte rachitis en osteomalacie;
- Hypofosfatemische vitamine D-resistente rachitis en osteomalacie.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Psoriasis vulgaris
Volwassenen inclusief ouderen
Zalf: bij monotherapie: 2×/dag ('s morgens en 's avonds) als een dunne laag aanbrengen op de aangedane huid van de ledematen of romp en zachtjes inwrijven. Als onderhoudsbehandeling kan de dosering afhankelijk van het effect worden verminderd tot 1×/dag. Max. 100 g zalf per week aanbrengen. Bij gelijktijdig gebruik met een lotion of gel die calcipotriol bevat op de hoofdhuid: totale dosis calcipotriol max. 5 mg/week (bv. 60 g zalf 0,005% en 40 ml gel of lotion 0,005%). Behandelduur: afhankelijk van het klinisch beeld (effect treedt op na uiterlijk 4–8 weken). De behandeling kan herhaald worden.
Combinatietherapie: calcipotriolzalf 1×/dag ‘s morgens en het lokale corticosteroïd 1×/dag 's avonds aanbrengen.
Volwassenen en kinderen ≥ 2 jaar
Volgens de NHG-Standaard Psoriasis (2023) als combinatietherapie: 1×/dag ’s ochtends aanbrengen in combinatie met een lokaal corticosteroïd 1×/dag ’s avonds gedurende 4 weken. Maximale totale hoeveelheid van een vitamine D 3-analoog (calcipotriol, calcitriol) per week: kinderen 2–6 jaar, max. 30 g/week; kinderen 6–10 jaar, max. 50 g/week en volwassenen en kinderen >10 jaar, max. 100 g/week gebruiken.
Verminderde nier- en/of leverfunctie: gebruik bij een ernstige nier- en/of leverfunctiestoornis is gecontra-indiceerd.
Toediening
- Niet aanbrengen op het gezicht omdat huidirritatie kan optreden. Voorzichtig gebruiken in de huidplooien, zie ook Waarschuwingen/Voorzorgen.
- Na gebruik de handen wassen (tenzij de handen worden behandeld) om onbewuste overbrenging naar het gezicht, de mond en de ogen te voorkomen.
Doseringen
Doseer op geleide van de serumwaarden van PTH, calcium, fosfaat, calcium×fosfaatproduct en alkalische fosfatase. Controleer plasmaconcentraties aanvankelijk wekelijks. De dagelijkse orale dosering mag in stappen van 0,25 - 0,5 microg worden verhoogd. Controleer wanneer de optimale dosering is vastgesteld, om de 2 tot 4 weken de plasmaconcentraties van calcium, fosfor en creatinine.
Bij het optreden van hypercalciëmie de behandeling staken voor ten minste één week, na bereiken van de normaalwaarden hervatten met een halve dosis.
Osteodystrofie, secundaire hyperparathyroïdie bij chronische nierziekte stadium 3 en 4 (predialysepatiënten)
Volwassenen
Oraal: aanbevolen begindosering 0,25 microg/dag, de onderhoudsdosering is doorgaans 0,5 microg/dag. Max. 12 microg per week.
Kinderen 1 maand – 18 jaar
Oraal: 0,2–39 nanog/kg lichaamsgewicht per dag (0,0002–0,039 microg/kg lichaamsgewicht per dag), gemiddeld 10–12 nanog/kg/dag (0,010–0,012 microg/kg lichaamsgewicht per dag). Een druppel van de druppelvloeistof bevat 100 nanog (0,1 microg) alfacalcidol, lagere doseringen dan 0,1 microg kunnen niet oraal worden toegediend.
Osteodystrofie, secundaire hyperparathyroïdie bij chronische nierziekte stadium 5 (dialysepatiënten)
Volwassenen
Oraal: aanbevolen begindosering 0,5 microg/dag. Aan de hand van laboratoriumparameters kan men de dosering met intervallen van ten minste één week verhogen met 0,25 of 0,5 microg/dag. De onderhoudsdosering is doorgaans 1 microg/dag. De maximale aanbevolen dosering is 6 microg per dialyse en ≤ 12 microg per week.
Intraveneus: 3×/week aan het einde van de hemodialyse: begindosering 1 microg per dialyse, toedienen via de teruglopende lijn. Na de begindosering kan men aan de hand van laboratoriumparameters de dosering met intervallen van ten minste één week verhogen. Max. 6 microg per dialyse en ≤ 12 microg/week.
Kinderen 1 maand –18 jaar
De in de literatuur (opgave fabrikant) beschreven orale doseringen bij kinderen die hemodialyse of continue ambulante peritoneale dialyse ondergaan zijn 10–20 nanog/kg/dag (0,010–0,020 microg/kg/dag). De fabrikant meldt geen literatuur over intraveneus gebruik van alfacalcidol bij kinderen.
Volgens het Kinderformularium van het NKFK: oraal: 0,01-0,02 microg/kg/dag in 1 dosis. Intraveneus: na de dialyse 0,58-3,47 microg/m²/week als bolus, max. 6,93 microg/m²/week.
Hyperparathyroïdie (primair of tertiair) bij patiënten die parathyroïdectomie ondergaan
Volwassenen en kinderen > 4 jaar
Oraal: begindosering 0,25–0,5 microg/dag gedurende 2-3 weken voorafgaand aan parathyroïdectomie. Ter vermindering van postoperatieve hypocalciëmie alfacalcidol continueren totdat het plasmagehalte van alkalische fosfatase weer normaal is of totdat er hypercalciëmie optreedt.
Hypoparathyroïdie
Volwassenen en kinderen > 4 jaar
Oraal: begindosering 0,25–0,5 microg/dag. Onderhoudsdosering doorgaans 0,25–1 microg/dag. Ernstige hypocalciëmie wordt sneller gecorrigeerd met hogere doses (bv. 3-5 microg) gecombineerd met calciumsupplementen.
Pseudovitamine D-deficiënte rachitis en osteomalacie
Volwassenen en kinderen > 4 jaar
Oraal: begindosering 0,25–0,5 microg/dag. Onderhoudsdosering 0,5–2 microg/dag. Alfacalcidol is onderdeel van een behandeling met vitamine D (analoga).
Hypofosfatemische vitamine D-resistente rachitis en osteomalacie
Volwassenen en kinderen > 4 jaar
Oraal: begindosering 0,25–0,5 microg/dag. Onderhoudsdosering 1–3 microg/dag. Behandeling geeft snel verlichting van myopathie, indien aanwezig, en versterkt de calcium- en fosfaatretentie. Voor sommige patiënten kunnen ook fosfaatsupplementen nodig zijn.
Ouderen: geen dosisaanpassing nodig
Verminderde leverfunctie: Bij een ernstige leverfunctiestoornis kan een hogere dosis nodig zijn (verminderde hydroxylering van alfacalcidol tot calcitriol, of door verslechterde enterohepatische circulatie).
Bij het vergeten van een dosis, de volgende dosis niet verdubbelen maar doorgaan volgens het normale doseerschema.
Toediening
- Oraal
- Capsule niet breken en heel innemen (indien gewenst tijdens de maaltijd). NB: Indien het slikken van capsules bezwaarlijk is, kunnen de druppels worden gebruikt.
- Druppelvloeistof niet mengen met vloeistof(fen) of andere geneesmiddelen.
- Intraveneus
- De ampullen met injectievloeistof ten minste 5 s schudden voor gebruik.
- De i.v.–injectie als bolusinjectie in ca. 30 s toedienen via een zo kort mogelijke infuuslijn (vanwege risico op absorptie van alfacalcidol door plastic).
Bijwerkingen
Lokaal
Zeer vaak (> 10%): huidirritatie.
Vaak (1-10%): pijn op de plaats van aanbrengen, jeuk, brandend gevoel op de huid, erytheem, (contact)dermatitis, afschilfering van de huid, verergering van de psoriasis, bulleuze huidreacties, huiduitslag (incl. erythemateuze, morbilliforme, (maculo)papuleuze, pustuleuze huidreacties.
Soms (0,1-1%): eczeem, folliculitis, droge huid, huidoedeem, seborroïsche dermatitis, fotosensibilisatie, veranderingen in huidpigmentatie.
Zelden (0,01–0,1%): urticaria.
Systemisch
Soms (0,1-1%): overgevoeligheidsreacties. Hypercalciëmie, hypercalciurie.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): buikpijn. Huiduitslag (erythemateus, maculopapuleus, pustuleus), jeuk. Hypercalciëmie, hypercalciurie, hyperfosfatemie.
Soms (0,1-1%): tachycardie, verhoogde bloeddruk. Hoofdpijn, dysesthesie, dysgeusie, verwardheid. Metastatische verkalkingen. Anorexie, misselijkheid, braken, obstipatie, diarree, dyspepsie. Calcinose, asthenie, vermoeidheid, malaise. Myalgie. Hoog calcium×fosfaat-product. Verminderde nierfunctie (incl. acuut nierfalen) en nefrolithiase/nefrocalcinose.
Zelden (0,01-0,1%): duizeligheid.
Verder zijn gemeld: overgevoeligheidsreacties met symptomen zoals koorts, rillingen, urticaria en tongoedeem. Exfoliatieve dermatitis. Hypermagnesiëmie. Bij de druppels: ulceratie van de tong en tandvlees.
Interacties
Gelijktijdig gebruik met systemische vitamine D-producten, calciumsupplementen of andere middelen die de serumcalciumconcentratie kunnen verhogen, zoals thiazide-diuretica, oestrogenen, anabole steroïden en parathyroïdhormonen of parathyroïdhormoonanalogen, kan het risico op klinisch significante hypercalciëmie vergroten.
Niet gelijktijdig aanbrengen met salicylzuur vanwege de kans op inactivatie van calcipotriol.
Interacties
Combinatie met calciumbevattende preparaten, andere vitamine D–bevattende preparaten of met thiazide-diuretica vermeerdert de kans op hypercalciëmie. Gelijktijdige toediening van digoxine kan bij eventuele hypercalciëmie leiden tot hartaritmieën.
Gelijktijdig gebruik met magnesiumbevattende antacida of laxantia kan leiden tot hypermagnesiëmie.
Alfacalcidol kan de serumspiegel van aluminium verhogen. Combinatie met aluminiumbevattende preparaten (aluminiumhydroxide, sucralfaat) kan de serumconcentratie aluminium verder verhogen; controleer op aluminiumgerelateerde toxiciteit.
Bij gelijktijdige behandeling met enzyminductoren zoals fenobarbital, fenytoïne, primidon of rifampicine kan door een verhoogd metabolisme een hogere dosis alfacalcidol noodzakelijk zijn.
Colestyramine kan de intestinale absorptie van alfacalcidol beïnvloeden. Alfacalcidol capsules ten minste 1 uur voor of 4–6 uur na colestyramine innemen.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren na orale toediening schadelijk gebleken.
Farmacologisch effect: Hoewel bij lokaal gebruik absorptie via de huid gering is zijn nadelige effecten bij de foetus niet uit te sluiten.
Advies: Volgens de fabrikant veiligheidshalve gebruik ontraden.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens. Bij dieren is reproductietoxiciteit aangetoond.
Farmacologisch effect: Een hoge dosering vitamine D bij de moeder kan leiden tot hypercalciëmie bij het kind, met als mogelijk gevolg lichamelijke en mentale retardatie, supravalvulaire aortastenose en retinopathie bij het kind.
Advies: Volgens de fabrikant: op strikte indicatie gebruiken. Volgens Lareb: kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt. Aanpassing van de dosis kan nodig zijn in de 2e helft van de zwangerschap.
Overig: Wees voorzichtig met ethanol (in de druppelvloeistof).
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend bij mens en dier.
Farmacologisch effect: Gezien de geringe absorptie via de huid is het bij beperkt gebruik (klein oppervlak, kortdurend) niet waarschijnlijk dat nadelige effecten bij de zuigeling zullen optreden. Bij uitgebreid gebruik (langdurig gebruik, grote hoeveelheden, op grote huidoppervlakten of op beschadigde huid) neemt de geresorbeerde hoeveelheid toe.
Advies: Kan bij beperkt (klein oppervlak, kortdurend) gebruik waarschijnlijk veilig gebruikt worden. Niet gebruiken bij langdurig gebruik en/of gebruik op grote oppervlakken.
Overig: Vermijd toepassing op de borst of rondom de tepels om orale opname door de zuigeling te voorkomen. Indien behandeling noodzakelijk is, moeten de borst en tepels goed worden schoongemaakt vóór het voeden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Farmacologisch effect: Bij gebruik voor hypoparathyroïdie tijdens de borstvoeding ontwikkelden enkele moeders hypercalciëmie. Bij hoge dosering is er een risico van hypercalciëmie bij de zuigeling.
Advies: Het geven van borstvoeding ontraden.
Contra-indicaties
- stoornissen van het calciummetabolisme;
- hypercalciëmie;
- ernstig gestoorde nier- of leverfunctie.
Contra-indicaties
- hypercalciëmie;
- arachideolie in (alfacalcidol capsule generiek): pinda- of soja-allergie.
Waarschuwingen en voorzorgen
Gebruik voorzichtig in de huidplooien, omdat dit het risico op bijwerkingen kan verhogen.
Hypercalciëmie kan optreden wanneer de maximale wekelijkse dosis (100 g) wordt overschreden. De maximale dosering niet overschrijden, niet gebruiken onder occlusie of in combinatie met penetratiebevorderende stoffen vanwege de kans op hypercalciëmie (zie ook Overdosering). Het serumcalcium normaliseert echter snel wanneer de behandeling wordt gestaakt.
Beperk of vermijd overvloedige blootstelling aan natuurlijk of kunstmatig zonlicht.
De veiligheid en werkzaamheid zijn niet vastgesteld, vermijd gebruik bij:
- een ernstige nier- of leverfunctiestoornis;
- psoriasis guttata, erytrodermie en pustuleuze psoriasis.
Waarschuwingen en voorzorgen
Hypercalciëmie kan optreden bij gebruik van vitamine D-analoga zoals alfacalcidol. Licht de patiënt in over klinische symptomen van hypercalciëmie (zwakte, moeheid, asthenie, malaise, spierpijn, artralgie, botpijn, anorexie, misselijkheid, braken, diarree, obstipatie, droge mond, dysgeusie, metaalsmaak, hoofdpijn, duizeligheid). In geval van hypercalciëmie de behandeling staken voor ten minste één week, na bereiken van de normaalwaarden hervatten met een halve dosis.
Wees voorzichtig bij hypercalciurie en bij nierstenen, hartritmestoornissen, sclerose van de hartkleppen of arteriosclerose in de voorgeschiedenis, omdat (langdurige) hypercalciëmie deze aandoeningen kan verergeren. Wees ook voorzichtig bij patiënten met verkalkingen van het longweefsel aangezien dit kan leiden tot een hartaandoening. Voorbijgaande, maar ook langdurige verslechtering van de nierfunctie is vastgesteld.
Eventueel fosfaatbinders gebruiken bij patiënten met renale osteodystrofie of ernstig verminderde nierfunctie om het serumfosfaat op een acceptabel niveau te handhaven en zo mogelijke calcificatie van weke delen te vermijden.
Wees voorzichtig bij sarcoïdose, tuberculose of andere granulomateuze aandoeningen in verband met verhoogde gevoeligheid voor vitamine D.
Controleer regelmatig de serumspiegels van calcium, magnesium, fosfaat, calcium×fosfaat-product, parathyroïdhormoon, creatinine- en alkalische fosfatase.
Hulpstoffen: Wees voorzichtig met ethanol (in de druppelvloeistof) bij alcoholisme, zwangerschap, lactatie en jonge kinderen. Ethanol kan een effect op andere medicatie hebben. Wees bij risicogroepen voorzichtig bij gelijktijdig gebruik van andere middelen die een substraat van alcoholdehydrogenase, zoals ethanol of propyleenglycol, bevatten.
Overdosering
Het aanbrengen van grotere hoeveelheden dan aanbevolen kan leiden tot verhoogde serumcalciumspiegels (zie ook Waarschuwingen en voorzorgen).
Symptomen
Hypercalciëmie: o.a. polyurie, obstipatie, spierzwakte, verwardheid, coma.
Neem voor informatie over een vergiftiging met calcipotriol contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Overmatige inname kan leiden tot hypercalciëmie.
Zie voor informatie over symptomen en behandeling de stofmonografie vitamine D3 op vergiftigingen.info.
Eigenschappen
Calcipotriol is een synthetisch vitamine D3-derivaat. Het remt de proliferatie en stimuleert de differentiatie van epidermale keratinocyten.
Werking: na 2–4 weken (afname huidschilfering, later ook afname erytheem), maximaal na 6–8 weken.
Kinetische gegevens
Resorptie | < 1% indien aangebracht op de huid met psoriasislaesies. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Synthetisch vitamine D-analoog. Alfacalcidol is de 1-hydroxymetaboliet van vitamine D3 (colecalciferol) en wordt in de lever omgezet naar calcitriol (1,25-dihydroxyvitamine D3), de actieve vorm van vitamine D. Calcitriol wordt bij gezonde personen in de nieren gevormd door 1α-hydroxylase. Door de aanwezigheid van de 1α-hydroxygroep, heeft alfacalcidol alleen een hydroxylering van de 25-positie nodig in de lever om in calcitriol omgezet te worden. Alfacalcidol is daardoor werkzaam onafhankelijk van de nierfunctie.
Bij chronische nierziekte neemt de 1α-hydroxylering door de nieren af, waardoor de endogene calcitriolproductie tekort schiet. Dit leidt tot stoornissen in het bot- en mineralenmetabolisme, zoals secundaire hyperparathyroïdie en renale osteodystrofie. Alfacalcidol verlaagt het PTH-gehalte bij predialyse patiënten, onderdrukt de secundaire hyperparathyroïdie bij chronische dialyse patiënten, verbetert de renale osteodystrofie en verhoogt de botdichtheid.
Kinetische gegevens
F | 87% voor capsules, bij de druppelvloeistof hoger. |
T max | Na orale toediening bij gezonde vrijwilligers: alfacalcidol 6,4 uur (nuchter), ca. 5,5 uur (na toediening van voedsel). Voor calcitriol ca. 7,6 uur (nuchter), ca. 13,7 uur (niet-nuchter). Na intraveneuze toediening: alfacalcidol ca. 5 minuten, voor calcitriol ca. 6,5 uur. |
Metabolisering | in de lever snel door microsomaal CYP3A4 en mitochondriaal CYP27A1 tot calcitriol (1,25-dihydroxyvitamine D3). |
Eliminatie | relatief snel vnl. met de feces als calcitriol. |
T 1/2el | Na orale toediening bij gezonde vrijwilligers: alfacalcidol ca. 5 uur. Voor calcitriol ca. 8,7 (nuchter)–10,5 uur (niet-nuchter). Na intraveneuze toediening: alfacalcidol ca. 4,3 uur, voor calcitriol ca. 18,3 uur. |
T 1/2el | calcitriol ca. 19 uur bij hemodialysepatiënten. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
calcipotriol hoort bij de groep vitamine D en analoga.
Groepsinformatie
alfacalcidol hoort bij de groep vitamine D en analoga.