Samenstelling
Silkis Galderma Benelux bv
- Toedieningsvorm
- Zalf
- Sterkte
- 3 microg/g
- Verpakkingsvorm
- 30 g
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Paricalcitol XGVS Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Sterkte
- 5 microg/ml
- Verpakkingsvorm
- flacon 1 ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Behandel psoriasis in eerste instantie lokaal met indifferente middelen, zo nodig gecombineerd met een klasse 3-corticosteroïd. Voeg bij onvoldoende effect een lokaal vitamine D-analoog (calcitriol, calcipotriol) toe. Stap bij onvoldoende effect hiervan over op een klasse 4-corticosteroïd. Bouw na max. 4 weken het dagelijks gebruik van corticosteroïden en vitamine D-analoga af tot een intermitterende behandeling. Continueer de indifferente middelen dagelijks. Om een schilferlaag te verwijderen kan een ontschilferingsmiddel worden toegepast. Bij kinderen en bij toepassing in het gezicht of in huidplooien heeft een klasse 2-corticosteroïd de voorkeur. De keuze voor een applicatievorm is afhankelijk van de locatie van de huidafwijkingen (o.a. wel of niet behaarde hoofdhuid) en in belangrijke mate ook van de voorkeur van de patiënt. Bij onvoldoende resultaat van een lokale therapie, worden in de tweedelijnszorg intensievere vormen van lokale behandeling, lichttherapie of systemische middelen toegepast. Zie voor meer informatie de NVDV-richtlijn Psoriasis.
Advies
Behandel, indien mogelijk, de oorzaak van chronische nierschade. Start daarnaast behandeling om het grotere risico van (vnl. cardiovasculaire) morbiditeit te verminderen en progressie van nierschade te voorkomen of beperken. Behandel de complicaties van nierschade en start eventueel niervervangende therapie (dialyse).
Indicaties
- Milde tot matig-ernstige plaquepsoriasis (psoriasis vulgaris) met aantasting tot 35% van het lichaamsoppervlak.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Preventie en behandeling van secundaire hyperparathyroïdie bij volwassen patiënten met chronische nierinsufficiëntie (stadium 5) die hemo- of peritoneaaldialyse ondergaan.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Psoriasis vulgaris
Volwassenen
Volgens de fabrikant: als monotherapie: 2×/dag op de aangedane huid aanbrengen ('s morgens en 's avonds; na het wassen), max. 35% van het lichaamsoppervlak behandelen. Max. 30 g zalf per dag. Er is weinig klinische ervaring met dit doseerschema over een periode langer dan 6 weken. De NVDV-richtlijn Psoriasis (2023) haalt dezelfde dosering en hetzelfde max. lichaamsoppervlak aan, alsmede dat de langetermijnbehandeling effectief en veilig is.
Volwassenen en kinderen > 2 jaar
Volgens de NHG-Standaard Psoriasis (2023): 1×/dag’s ochtends aanbrengen in combinatie met een lokaal corticosteroïd 1×/dag ’s avonds gedurende 4 weken. Maximale totale hoeveelheid van een vitamine D 3-analoog (calcitriol, calcipotriol) per week: kinderen 2–6 jaar max. 30 g/week, kinderen 6–10 jaar max. 50 g/week en volwassenen en kinderen > 10 jaar max. 100 g/week gebruiken.
Behandel tevens continu met een indifferent middel; dit aanbrengen ca. 1 uur of langer ná het lokale corticosteroïd en/of de vitamine D3-analoog.
Toediening
- Na gebruik de handen wassen om onbewuste overbrenging naar gezicht, mond en ogen te voorkomen;
- Vanwege een mogelijk effect op het calciummetabolisme (hypercalciëmie) niet onder occlusie toepassen en geen penetratiebevorderende stoffen aan de zalf toevoegen.
Doseringen
Secundaire hyperparathyroïdie bij dialysepatiënten
Volwassenen
Intraveneus: Toedienen tijdens de dialyse (niet vaker dan elke twee dagen). Begindosis (in microg) = uitgangswaarde iPTH-spiegel in pg/ml (of pmol/l) gedeeld door 80 (of 8). Maximum begindosis in klinisch onderzoek was 40 microg.
Titratiedosis: dosisaanpassing elke 2–4 weken. Aanbevolen doseringsrichtlijn: indien de iPTH-spiegel t.o.v. de uitgangswaarde gelijk blijft of toeneemt óf afneemt met < 30%: de dosering met 2–4 microg verhogen; indien de spiegel afneemt met ≥ 30%, ≤ 60%: geen dosisaanpassing; indien de spiegel afneemt met > 60% óf iPTH-spiegel < 15,9 pmol/l (150 pg/ml): dosering met 2–4 microg verlagen. Bij hypercalciëmie of verhoogd Ca × P de dosering van op calcium gebaseerde fosfaatbinders, indien in gebruik, verlagen of stoppen. Bij hypercalciëmie of indien Ca × P langdurig > 5,2 mmol²/l² (65 mg²/dl²), de dosering paricalcitol verlagen of stoppen totdat normalisatie van deze parameters is opgetreden. Vervolgens de behandeling met een lagere dosis hervatten.
Aanvaard streefbereik voor iPTH-spiegels bij dialysepatiënten: < 1½–3× de niet-uremische bovengrens van normaal (15,9–31,8 pmol/l [150–300 pg/ml]). Terwijl de iPTH het beoogde bereik nadert, kunnen kleine, individuele dosesaanpassingen nodig zijn om een stabiele iPTH te verkrijgen.
Ouderen: beperkte ervaring bij ouderen ≥ 65 jaar laat geen verschillen in werkzaamheid en veiligheid zien t.o.v. niet-ouderen.
Verminderde leverfunctie: bij lichte tot matige leverinsufficiëntie zijn de ongebonden concentraties paricalcitol vergelijkbaar bij gezonde proefpersonen; in dergelijke gevallen van leverinsufficiëntie is geen dosisaanpassing nodig. Er is geen ervaring bij patiënten met een ernstige leverinsufficiëntie; zie ook de rubriek Waarschuwingen en voorzorgen.
Toediening: De injectievloeistof toedienen via een hemodialysetoegang als i.v.-bolus.
Bijwerkingen
Lokaal:
Vaak (1-10%): huidklachten (jeuk, irritatie, ongemak), roodheid.
Soms (0,1-1%): droge huid, verergering psoriasis.
Verder zijn gemeld: huidoedeem, contacteczeem.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): hoofdpijn. Smaakstoornis. Jeuk. Hypoparathyroïdie, hypercalciëmie, hyperfosfatemie.
Soms (0,1-1%): hypo- of hypertensie, aritmie, atriumflutter, hartstilstand. Overgevoeligheid. Infectie, sepsis. Keelontsteking, griep. Neusbloeding, hoesten, dyspneu, astma, pneumonie, longoedeem. Coma, CVA, voorbijgaand ischemisch infarct, syncope, myoclonus, hypo-esthesie, paresthesie, duizeligheid, ataxie. Verwardheid, delirium, depersonalisatie, agitatie, slapeloosheid, nervositeit. Glaucoom, conjunctivitis. Ooraandoening. Droge mond, dysfagie, misselijkheid, braken, dyspepsie, buikpijn, obstipatie, gastritis, colitis, diarree, rectale bloeding. Urticaria, vesiculobulleuze dermatitis, alopecia, hirsutisme, hyperhidrose. Lymfadenopathie. Gewrichtspijn, gewrichtsstijfheid, rugpijn, spiertrekkingen, spierpijn. (Perifeer) oedeem, pijn op de injectieplaats, pijn op de borst, koorts, krachteloosheid, malaise, dorst. Borstkanker. Impotentie. Vaginale infectie. Gewichtsafname, verminderde eetlust. Anemie, leukopenie. Verlengde bloedingstijd, abnormale leverenzymwaarden. Hyperparathyroïdie, hyperkaliëmie, hypocalciëmie.
Verder zijn gemeld: larynxoedeem, angio-oedeem. Maag-darmbloeding.
Interacties
Wees voorzichtig bij combinatie met geneesmiddelen waarvan bekend is dat ze de serumcalciumspiegel verhogen, zoals thiazide-diuretica, of bij gebruik van geneesmiddelen waarvan de farmacologische effecten worden beïnvloed door veranderingen in de calciumspiegel, zoals digoxine. Wees bedacht op gebruik van calciumsupplementen en/of een hoge dosis vitamine D.
Mogelijk kan gelijktijdig gebruik met adstringentia (aluminiumzouten, zinkoxide en zinksulfaat), keratolytische of irriterende producten additionele huidirritatie veroorzaken.
Interacties
Niet combineren met fosfaat of vitamine D-gerelateerde geneesmiddelen, vanwege toenemende kans op hypercalciëmie en verhoging van het (Ca × P)-product. Hoge doses calciumbevattende preparaten of thiazide-diuretica vermeerderen de kans op hypercalciëmie eveneens.
Bij gelijktijdig gebruik van magnesiumbevattende preparaten (bv. antacida) kan hypermagnesiëmie optreden.
Bij gelijktijdig gebruik van aluminiumbevattende preparaten (bv. antacida, fosfaatbinders) kan de concentratie van aluminium stijgen.
Bij combinatie met de sterke CYP3A4-remmer ketoconazol treedt bijna een verdubbeling op van de gemiddelde halfwaardetijd van paricalcitol; controleer het serumcalcium en -fosfaat extra.
Een eventuele hypercalciëmie kan predisponeren voor een digoxinevergiftiging.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren bleek schadelijkheid bij hoge doses (verkalking in zachte weefsels).
Farmacologisch effect: De systemische absorptie via de huid is ca. 10 %, bij normale lokale toepassing is geen relevante stijging van de plasmaspiegel van calcitriol en geen hypercalciëmie waargenomen.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken met controle van de calciumspiegel; vermijd veelvuldig of langdurig gebruik en gebruik op grote of beschadigde huidoppervlakken.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren verhoogt het in hoge doseringen de peri- en postnatale sterfte.
Advies: Gebruik ontraden.
Overig: De fabrikant raadt paricalcitol injecties af bij vruchtbare vrouwen die geen anticonceptie gebruiken.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Farmacologisch effect: De systemische absorptie is gering. Bij uitgebreid gebruik (langdurig, grote hoeveelheden, op grote huidoppervlakten) of toepassing op beschadigde huid neemt de geresorbeerde hoeveelheid toe. Afhankelijk van het gebruik is er (theoretisch) kans op hypercalciëmie.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig gebruikt worden.
Overig: Vermijd toepassing op de borst of rondom de tepel om orale opname door de zuigeling te voorkomen. Indien behandeling noodzakelijk is, moeten de borst en tepel goed worden schoongemaakt vóór het voeden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend bij de mens. Ja, bij dieren. Een nadelig effect bij de zuigeling kan niet worden uitgesloten.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Contra-indicaties
- bekende stoornissen van het calciummetabolisme;
- hypercalciëmie;
- lever- of nierfunctiestoornis.
Contra-indicaties
- vitamine D-toxiciteit;
- hypercalciëmie.
Waarschuwingen en voorzorgen
Wees voorzichtig met de toepassing van de zalf in het gelaat, omdat de kans op irritatie hier groter is. Contact met de ogen vermijden. Bij ernstige irritatie van de huid de medicatie (tijdelijk) staken; bij optreden van contactallergie de behandeling definitief staken en niet meer hervatten.
Er is enige absorptie van calcitriol door de huid, zodat met name bij overmatig gebruik verhoging van het serum- en urinecalciumgehalte mogelijk is. Geen penetratiebevorderende stoffen aan de zalf toevoegen en niet onder occlusie toepassen.
Kinderen zijn waarschijnlijk extra gevoelig voor calcitriol. De veiligheid en werkzaamheid zijn niet vastgesteld bij kinderen (< 18 jaar).
Waarschuwingen en voorzorgen
Oversuppressie van parathyroïdhormoon kan resulteren in een verhoogde calciumconcentratie wat kan leiden tot metabole botziekte. Chronische hypercalciëmie kan ook in verband worden gebracht met gegeneraliseerde vasculaire verkalking en andere weke delen verkalking. Indien de dosering is vastgesteld, het serumcalcium en –fosfaat elke maand meten, de intacte PTH (iPTH) in het serum elke drie maanden. Bij dosisaanpassingen kan het nodig zijn vaker laboratoriumonderzoek uit te voeren.
In pre-dialysepatiënten kan paricalcitol het serumcreatinine verhogen (en daardoor de geschatte GFR verminderen) zonder de echte glomerulaire filtratiesnelheid (GFR) te veranderen.
De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen (< 18 j.) zijn niet vastgesteld.
Hulpstoffen:
- Wees voorzichtig met ethanol (in de injectievloeistof) bij alcoholisme, leverziekte, epilepsie, zwangerschap en lactatie. Ethanol kan een effect op andere medicatie hebben. Wees bij risicogroepen voorzichtig met gelijktijdig gebruik van andere middelen die ethanol of propyleenglycol bevatten.
- Propyleenglycol (in de injectievloeistof) bij een nier- of leverfunctiestoornis alleen gebruiken bij extra controle op achteruitgang.
Overdosering
Symptomen
Bij accidentele inname kan een verhoogde serumcalciumspiegel optreden. De symptomen van hypercalciëmie zijn: anorexie, misselijkheid, braken, obstipatie, hypotonie, depressie en incidenteel lethargie en coma.
Neem voor meer informatie over een vergiftiging met calcitriol contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Symptomen
Hypercalciëmie, hypercalciurie, hyperfosfatemie, oversuppressie van parathyroïdhormoon.
Therapie
Bij significante hypercalciëmie onmiddellijke dosisverlaging of staken, calciumarm dieet, staken van calciumsupplementen, aandacht voor en behandeling van afwijkingen in vocht- en elektrolytbalans, ECG-afwijkingen (cruciaal bij digoxine-gebruik). Hemodialyse of peritonale dialyse tegen een calciumvrij dialysaat.
Neem voor informatie over een vergiftiging met paricalcitol contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Synthetisch vitamine D3-analoog. Calcitriol remt de proliferatie en stimuleert de differentiatie van epidermale keratinocyten. Verder remt het de proliferatie van T-lymfocyten en normaliseert het de productie van verschillende inflammatoire cytokinen. Werking: na 4 weken is verbetering zichtbaar van de psoriatische laesies.
Kinetische gegevens
Resorptie | door de huid ca. 10%. |
Overig | na behandeling van grote huidoppervlakken (ca. 35% van het lichaamsoppervlak) is geen relevante stijging van de plasmaspiegel van calcitriol vastgesteld. |
Metabolisering | deels, tot onwerkzame metabolieten. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Synthetisch vitamine D-analoog van calcitriol met modificaties aan de zijketen (D2) en de A-(19-nor-)ring die selectieve vitamine D-receptor (VDR)-activatie mogelijk maakt. Het verhoogt selectief de VDR-expressie in de bijschildklier zonder de VDR-expressie in de darmen te verhogen en is minder actief op botresorptie. Het verhoogt ook de calcium-sensing receptor (CaSR) in de bijschildklier. Door remming van de proliferatie van de bijschildklier reduceert het de parathyroïdhormoon (PTH)-concentratie, met minimaal effect op de calcium- en fosfaatconcentratie. Daarnaast acteert het direct op botcellen, waardoor de botdichtheid behouden blijft en mineralisatie-oppervlakten verbeteren.
Kinetische gegevens
V d | ca. 0,5 l/kg. |
Eiwitbinding | > 99,9%. |
Metabolisering | hepatisch en extrahepatisch: o.a. via mitochondriaal CYP24, alsook CYP3A4 en UGT1A4. |
Eliminatie | vnl. als metabolieten; ca. 70–74% via de gal met de feces, 16–18% met de urine. Paricalcitol wordt nauwelijks verwijderd door dialyse. |
T 1/2el | ca. 5–7 uur bij gezonde personen, ca. 15 uur bij hemodialysepatiënten. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
calcitriol (cutaan) hoort bij de groep vitamine D en analoga.
Groepsinformatie
paricalcitol hoort bij de groep vitamine D en analoga.