Samenstelling
Cerezyme XGVS Genzyme Europe bv
- Toedieningsvorm
- Poeder voor infusievloeistof
- Sterkte
- 400 IE
- Verpakkingsvorm
- flacon 10 ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Pombiliti XGVS Aanvullende monitoring Amicus Therapeutics Europe Limited
- Toedieningsvorm
- Poeder voor concentraat voor infusievloeistof
- Sterkte
- 105 mg
- Verpakkingsvorm
- flacon
Bevat na reconstitutie 15 mg cipaglucosidase alfa per ml.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
De Commissie adviseert imiglucerase voor te schrijven bij patiënten met de ziekte van Gaucher type 1 op basis van een behandelingsprotocol, gezien de moeilijke indicatiestelling en de onduidelijkheid over de optimale dosering en de effectiviteit. Het eerste voorschrift dient te geschieden door een gespecialiseerde arts verbonden aan een academisch ziekenhuis.
Voor imiglucerase bij patiënten met de ziekte van Gaucher type 3 is geen advies over de plaats in de medicamenteuze behandeling vastgesteld.
Advies
Er zijn geen klinisch relevante verschillen aangetoond tussen cipaglucosidase alfa (in combinatie met miglustat) en alglucosidase alfa, welke beide als enzymvervangende therapie kunnen worden toegepast bij late-onset ziekte van Pompe. Voor evidence-based aanbevelingen met betrekking tot het voorschrijven van alglucosidase alfa bij volwassenen met de ziekte van Pompe, raadpleeg de Europese richtlijnen voor start/stop behandeling met enzymtherapie (van der Ploeg et al., Eur J Neurol 2017). Dezelfde aanbevelingen kunnen ook gelden voor cipaglucosidase alfa.
Indicaties
Langdurige enzymsubstitutietherapie bij bevestigde diagnose van de ziekte van Gaucher type I en III met klinisch significante niet–neurologische ziekteverschijnselen. De niet-neurologische verschijnselen van de ziekte van Gaucher bestaan uit een of meer van de volgende aandoeningen:
- anemie;
- trombocytopenie;
- botziekte;
- hepatomegalie of splenomegalie.
Indicaties
Langdurige enzymsubstitutietherapie, in combinatie met de enzymstabilisator miglustat, bij volwassenen met op latere leeftijd gemanifesteerde ziekte van Pompe (zure α-glucosidasedeficiëntie).
Doseringen
Ziektebeheersing moet gebeuren onder leiding van artsen die bekend zijn met de behandeling van de ziekte van Gaucher. De individuele respons op alle relevante klinische verschijnselen nauwkeurig volgen en aan de hand hiervan het doseerschema aanpassen.
Ziekte van Gaucher type I en III met niet-neurologische ziekteverschijnselen
Volwassenen en kinderen
Richtlijn: begindosering 60 E/kg lichaamsgewicht per i.v. infusie eenmaal per 2 weken. Bij een dosering van 15 E/kg lichaamsgewicht eenmaal per 2 weken verbeterden wel de hematologische parameters en de organomegalie, maar niet de botparameters.
Bij de eerste infusie mag de infusiesnelheid niet meer dan 0,5 E/kg lichaamsgewicht/minuut bedragen. Bij daaropvolgende infusies mag de infusiesnelheid worden verhoogd, tot max. 1 E/kg lichaamsgewicht/minuut.
De verdunde oplossing bij voorkeur via een laag-eiwitbindende in-linefilter van 0,2 micron toedienen om eventuele eiwitdeeltjes te verwijderen.
Doseringen
Raadpleeg ook de productinformatie van miglustat 65 mg capsules voor de dosering en wanneer te vasten.
Ziekte van Pompe
Volwassenen incl. ouderen
Als intraveneus infuus: 20 mg/kg lichaamsgewicht eenmaal per twee weken. Start de infusie met cipaglucosidase alfa 1 uur na het innemen van capsules miglustat, max. 3 uur erna.
Overweeg staken van de behandeling bij ontoereikende respons of onaanvaardbare veiligheidsrisico's. In dat geval moet zowel cipaglucosidase alfa als miglustat worden stopgezet.
Bij overschakelen van een andere enzymsubstitutietherapie (EST) naar cipaglucosidase alfa in combinatie met miglustat: begin met cipaglucosidase alfa en miglustat op het volgende geplande doseringstijdstip; dat is ongeveer 2 weken na de laatste EST-toediening. Zet eventuele premedicatie voort, die samen met de vorige EST werd gebruikt om infusiereacties te minimaliseren. Afhankelijk van verdraagbaarheid kan de premedicatie worden gewijzigd.
Bij verminderde nierfunctie is naar verwachting geen dosisaanpassing nodig.
Bij verminderde leverfunctie kan geen doseringsadvies worden gegeven. Er zijn geen gegevens.
Gemiste dosis: als de infusie met cipaglucosidase alfa niet kan worden gestart binnen 3 uur na de orale toediening van miglustat, verzet de behandeling met cipaglucosidase alfa en miglustat dan ten minste 24 uur na inname van miglustat. Als cipaglucosidase alfa en miglustat beide zijn gemist, de behandeling zo snel mogelijk toedienen.
Toediening
- Toedienen via een intraveneuze infusie gedurende 4 uur, indien verdragen.
- Begin met een infusiesnelheid van 1 mg/kg/uur. Verhoog stapsgewijs met 2 mg/kg/uur ongeveer om de 30 minuten indien er geen tekenen zijn van infusiereacties, tot een maximale infusiesnelheid van 7 mg/kg/uur. Stem de snelheid af op basis van de eerdere ervaring van de patiënt tijdens infusie.
- Thuisinfusie is mogelijk voor patiënten die de infusies goed verdragen en gedurende een paar maanden geen matige of ernstige infusiegerelateerde bijwerkingen hebben gehad. De voorwaarden staan vermeld in de officiële productinformatie CBG/EMA onder Zie ook.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): overgevoeligheidsverschijnselen zoals jeuk, uitslag, urticaria, angio-oedeem, dyspneu en hoest.
Soms (0,1-1%): overgevoeligheidsverschijnselen zoals beklemd gevoel op de borst, hypotensie, tachycardie, blozen, cyanose, paresthesie en rugpijn. Duizeligheid, hoofdpijn. Misselijkheid, braken, diarree, buikkramp. Gewrichtspijn. Koorts, rillingen, vermoeidheid. Ongemak, brandend gevoel, zwelling of steriel abces op de infusieplaats.
Zelden (0,01–0,1%): anafylactoïde reacties.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn.
Vaak (1-10%): anafylactische of anafylactoïde reactie. Duizeligheid, rillingen, slaperigheid, dysgeusie, paresthesie. Tachycardie, blozen, hypotensie, hypertensie. Dyspneu, hoest. Misselijkheid, braken, buikpijn, opgezette buik, diarree, winderigheid. Urticaria, (maculopapuleuze en erythemateuze) huiduitslag, jeuk, hyperhidrose. Spierspasmen, spierpijn, gewrichtspijn, spierzwakte. Vermoeidheid, koorts, koude rillingen, pijn en ongemak op de borst, zwelling op de infusieplaats, perifere zwelling.
Soms (0,1-1%): overgevoeligheid. Evenwichtsstoornis, branderig gevoel, migraine, presyncope. Bleekheid. Astma, orofaryngeaal ongemak en oedeem, piepende ademhaling. Dyspepsie, oesofageale pijn en spasme, pijn in de mond, gezwollen tong. Huidverkleuring, huidoedeem. Pijn in de zij, vermoeide spieren, musculoskeletale stijfheid. Asthenie, gezichtspijn, pijn op de infusieplaats, malaise, zwelling van het gezicht. Schommeling in lichaamstemperatuur, verminderd aantal lymfocyten. Schaafwonden op de huid.
Interacties
Er is geen onderzoek naar interacties met imiglucerase uitgevoerd.
Interacties
Er is geen onderzoek uitgevoerd naar interacties met cipaglucosidase alfa.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens en bij dieren, onvoldoende gegevens.
Overig: Tijdens de zwangerschap kan de ziekte actiever worden met meer kans op manifestaties van het skelet, exacerbatie van cytopenie, bloedingen en een grotere behoefte aan transfusies.
Advies: Overwegen vóór de conceptie te starten met de therapie of, indien de patiënt al imiglucerase gebruikt, de therapie voort te zetten.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren is de combinatie cipaglucosidase alfa en miglustat schadelijk gebleken.
Advies: Gebruik ontraden.
Overig: Een vruchtbare vrouw dient adequate anticonceptieve maatregelen te nemen tijdens en tot 4 weken na de therapie.
Lactatie
Overgang in moedermelk: Onbekend.
Overig: Ook tijdens de kraambedperiode kan er een verhoogde activiteit van de ziekte zijn. Verder is het waarschijnlijk dat het enzym in het maag-darmkanaal van het kind wordt verteerd.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend bij de mens. Ja, bij dieren.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel óf het geven van borstvoeding ontraden.
Contra-indicaties
- levensbedreigende overgevoeligheid voor cipaglucosidase alfa, wanneer hernieuwde toediening ('rechallenge') niet succesvol was;
- overgevoeligheid voor miglustat.
Waarschuwingen en voorzorgen
Overgevoeligheid: vóór starten van de therapie een baseline serummonster afnemen, dat in de evaluatie van een positieve uitslag van specifieke IgG-antistoffen kan worden meegenomen, dergelijke specifieke IgG-antistoffen verhogen de kans op overgevoeligheidsreacties. Bij een overgevoeligheidsreactie de infusie onmiddellijk staken en binnen twee uur een bloedmonster nemen voor bepaling van complement en tryptase, imiglucerase-antistoffen testen en de uitslag hiervan vergelijken met de eerste controletest; meestal kan de behandeling worden voortgezet na voorbehandeling met antihistaminica en/of corticosteroïden en na verlaging van de dosis of de infusiesnelheid. Met name voorzichtig zijn tijdens het eerste jaar (vnl. de eerste 6 mnd.) van de behandeling; 15% van de patiënten vormt dan antistoffen. Tevens voorzichtig zijn bij patiënten die eerder antistoffen of overgevoeligheidsreacties hebben ontwikkeld tegen alglucerase.
De werkzaamheid van imiglucerase op neurologische symptomen van patiënten met de chronische neuronopathische vorm van de ziekte van Gaucher is niet vastgesteld.
Toediening thuis onder medisch toezicht kan worden overwogen indien de infusies gedurende enkele maanden goed zijn verdragen. Wanneer bijwerkingen optreden, dient de patiënt te stoppen en de arts te raadplegen.
Hulpstoffen: wees voorzichtig met de hoeveelheid natrium in dit geneesmiddel bij een natriumarm dieet.
Waarschuwingen en voorzorgen
Anafylaxie en infusiereacties zijn opgetreden bij sommige patiënten tijdens en na de infusie. Cardiopulmonale reanimatieapparatuur moet beschikbaar zijn. Premedicatie met een oraal antihistaminicum, antipyreticum en/of corticosteroïd kan nodig zijn als reacties zijn opgetreden bij een eerdere enzymsubstitutietherapie. Als anafylaxie of ernstige allergische reacties optreden, de infusie onmiddellijk stopzetten en een passende medische behandeling opstarten. Bij lichte tot matige en voorbijgaande infusiereacties, de infusiesnelheid vertragen of de infusie onderbreken. Opnieuw toedienen van cipaglucosidase alfa na anafylaxie of ernstige allergische respons alleen na zorgvuldige afweging van de risico's en voordelen, en uitsluitend in een klinische omgeving.
Bij een acute onderliggende aandoening van de luchtwegen of verminderde hart- of ademhalingsfunctie is er meer kans op ernstige exacerbatie van deze aandoening tijdens de infusie. Geschikte medische ondersteuning en toezichtsmaatregelen moeten onmiddellijk beschikbaar zijn tijdens de infusie.
Immuuncomplexgerelateerde reacties, waaronder ernstige huidreacties en nefrotisch syndroom, werden gemeld bij andere enzym-subsitutietherapieën, bij patiënten die hoge IgG-antilichaamtiters hadden. Een mogelijk klasse-effect kan niet worden uitgesloten. Controleer op tekenen en symptomen van systemische immuuncomplex-gerelateerde reacties tijdens het innemen van cipaglucosidase alfa met miglustat. Overweeg staken van de toediening als deze reacties optreden.
Er is weinig ervaring bij ouderen > 65 jaar.
De veiligheid en werkzaamheid zijn niet vastgesteld bij personen met verminderde nier- en/of leverfunctie of bij kinderen < 18 jaar.
Eigenschappen
Imiglucerase is een op macrofagen gericht recombinant β-glucocerebrosidase. Het katalyseert de hydrolytische splitsing van het glucolipide glucocerebroside in glucose en ceramide, de normale weg voor afbraak van membraanlipiden in de lysosomen. Glucocerebroside ontstaat hoofdzakelijk bij de omzet van hematopoëtische cellen. Chronische toediening van imiglucerase bij de ziekte van Gaucher type I geeft vermindering van de spleno- en hepatomegalie en de hematologische deficiënties. Door verbetering van de mineralisatie in het bot verminderen botbreuken en botpijn.
Kinetische gegevens
Overig | stabiele plasmaspiegel: i.v. na ca. 30 min, lineair met de dosis. |
V d | 0,09–0,15 l/kg. |
Overig | na de infusie daalt de enzymatische activiteit in het plasma snel. |
T 1/2el | 4–10 min. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Cipaglucosidase alfa is een vorm van het menselijk enzym zure α-glucosidase (GAA), geproduceerd in ovariumcellen van Chinese hamsters met behulp van DNA-recombinatietechniek. Het is geconjugeerd met bis-M6P N-glycans, dat bindt aan de kation-onafhankelijke mannose-6-fosfaatreceptor (CI-MPR). Na binding aan CI-MPR wordt cipaglucosidase alfa geïnternaliseerd in het lysosoom, waar de actieve vorm van het GAA-enzym wordt gevormd. Cipaglucosidase alfa zorgt voor het afbreken van glycogeen tot glucose, het verminderen van intramusculair glycogeen en het verbeteren van de weefselschade bij de ziekte van Pompe. Cipaglucosidase alfa wordt gestabiliseerd door miglustat voor zo min mogelijk verlies van enzymactiviteit in het bloed tijdens de infusie.
Kinetische gegevens
V d | 0,03-0,07 l/kg. |
Overig | Cipaglucosidase alfa passeert de bloed-hersenbarrière niet. |
Metabolisering | in de lever door proteolytische hydrolyse. |
T 1/2el | 1,6-2,6 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
imiglucerase hoort bij de groep middelen bij metabole aandoeningen, enzymen.
- agalsidase alfa (A16AB03) Vergelijk
- agalsidase bèta (A16AB04) Vergelijk
- alglucosidase alfa (A16AB07) Vergelijk
- asfotase alfa (A16AB13) Vergelijk
- cerliponase alfa (A16AB17) Vergelijk
- cipaglucosidase alfa (A16AB23) Vergelijk
- elosulfase alfa (A16AB12) Vergelijk
- galsulfase (A16AB08) Vergelijk
- idursulfase (A16AB09) Vergelijk
- laronidase (A16AB05) Vergelijk
- sebelipase alfa (A16AB14) Vergelijk
- velaglucerase alfa (A16AB10) Vergelijk
Groepsinformatie
cipaglucosidase alfa hoort bij de groep middelen bij metabole aandoeningen, enzymen.
- agalsidase alfa (A16AB03) Vergelijk
- agalsidase bèta (A16AB04) Vergelijk
- alglucosidase alfa (A16AB07) Vergelijk
- asfotase alfa (A16AB13) Vergelijk
- cerliponase alfa (A16AB17) Vergelijk
- elosulfase alfa (A16AB12) Vergelijk
- galsulfase (A16AB08) Vergelijk
- idursulfase (A16AB09) Vergelijk
- imiglucerase (A16AB02) Vergelijk
- laronidase (A16AB05) Vergelijk
- sebelipase alfa (A16AB14) Vergelijk
- velaglucerase alfa (A16AB10) Vergelijk