Samenstelling
Elvanse
(dimesilaat)
Bijlage 2
Takeda Nederland bv
- Toedieningsvorm
- Capsule, hard
- Sterkte
- 20 mg, 30 mg, 40 mg, 50 mg, 60 mg, 70 mg
Lisdexamfetamine 10 mg komt overeen met dexamfetamine(sulfaat) ca. 4 mg.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Dexamfetamine (sulfaat) Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 5 mg
Dexamfetamine FNA
(sulfaat)
Bijlage 2
Formularium der Nederlandse Apothekers
- Toedieningsvorm
- Capsule
- Sterkte
- 2,5 mg
Dexamfetamine FNA (sulfaat) XGVS Formularium der Nederlandse Apothekers
- Toedieningsvorm
- Capsule
- Sterkte
- 5 mg
Tentin
(sulfaat)
Bijlage 2
Medice bv
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 5 mg, 10 mg, 20 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
De behandeling van ADHD bij kinderen bestaat uit niet-medicamenteuze maatregelen zoals voorlichting, opvoedingsadviezen en, indien gewenst, opvoedingsondersteuning. Bij duidelijke beperkingen in het functioneren is daarnaast gedragstherapeutische behandeling aangewezen. Als niet-medicamenteuze behandeling onvoldoende verbetering oplevert kan ter ondersteuning medicatie worden overwogen. Methylfenidaat is dan eerste keus. Bij onvoldoende effect of hinderlijke bijwerkingen komt atomoxetine of dexamfetamine in aanmerking.
Zie voor informatie over de behandeling van ADHD bij volwassenen de NVvP-richtlijn.
Aan de vergoeding van lisdexamfetamine zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.
Advies
De behandeling van ADHD bij kinderen bestaat uit niet-medicamenteuze maatregelen zoals voorlichting, opvoedingsadviezen en, indien gewenst, opvoedingsondersteuning. Bij duidelijke beperkingen in het functioneren is daarnaast gedragstherapeutische behandeling aangewezen. Als niet-medicamenteuze behandeling onvoldoende verbetering oplevert kan ter ondersteuning medicatie worden overwogen. Methylfenidaat is dan eerste keus. Bij onvoldoende effect of hinderlijke bijwerkingen komt atomoxetine of dexamfetamine in aanmerking.
Zie voor informatie over de behandeling van ADHD bij volwassenen de NVvP-richtlijn.
Aan de vergoeding van dexamfetamine zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.
Indicaties
- ADHD bij kinderen vanaf 6 jaar, als de respons op eerdere behandeling met methylfenidaat klinisch ontoereikend bleek.
- ADHD bij volwassenen met symptomen in de kindertijd.
De behandeling is onderdeel van een uitgebreid programma, met inbegrip van psychologische, opvoedkundige en sociale maatregelen.
Stel de diagnose overeenkomstig de DSM-criteria of ICD-10-richtlijnen en baseer deze op een volledige, multidisciplinaire beoordeling van de patiënt. De behandeling met lisdexamfetamine is niet geïndiceerd voor alle kinderen met ADHD; neem de beslissing om lisdexamfetamine te gebruiken op basis van een grondige beoordeling van de ernst en de chroniciteit van de symptomen van het kind, in relatie met de leeftijd van het kind en de kans op misbruik, onjuist gebruik of fraude.
De aanwezigheid van symptomen van ADHD in de kindertijd bij volwassenen moet retrospectief worden bevestigd middels een medisch dossier of, indien niet beschikbaar, door middel van gestructureerde instrumenten en interviews. Een matige tot ernstige functionele stoornis in ten minste twee domeinen (zoals het sociale, academische of beroepsfunctioneren) moet zijn vastgesteld,
Behandel uitsluitend onder toezicht van een arts gespecialiseerd in gedragsstoornissen bij kinderen, adolescenten of volwassenen.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Onderdeel van een uitgebreid behandelprogramma (met inbegrip van psychologische, opvoedkundige en sociale maatregelen) voor ADHD (aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit) bij kinderen en adolescenten van 6–17 jaar, indien de respons op eerdere behandeling met methylfenidaat klinisch ontoereikend bleek.
- Stel de diagnose overeenkomstig de criteria van de DSM-5 of de beschrijvingen in ICD-10 en baseer deze op een volledige, multidisciplinaire beoordeling van de patiënt. De behandeling met dexamfetamine is niet geïndiceerd voor alle kinderen met ADHD; neem de beslissing om dexamfetamine te gebruiken op basis van een grondige beoordeling van de ernst en de chroniciteit van de symptomen van het kind, in relatie met de leeftijd van het kind en de kans op misbruik, onjuist gebruik of fraude.
- Behandel onder toezicht van een gespecialiseerde arts in gedragsstoornissen bij kinderen of adolescenten.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Beoordeel vóór aanvang de cardiovasculaire status, inclusief bloeddruk en hartfrequentie. Documenteer: lengte en gewicht in groeicurve (bij kinderen), gewicht (bij volwassenen), medicatieoverzicht, huidige en doorgemaakte comorbide medische of psychische stoornissen of symptomen, familiegeschiedenis van plotseling cardiaal/onverklaard overlijden of ventriculaire aritmie. Zie ook de rubriek Waarschuwingenen en voorzorgen voor meer informatie en extra tussentijdse controles.
ADHD
Kinderen ≥ 6 jaar en volwassenen
Startdosering: 30 mg 1×/dag 's ochtends, eventueel 20 mg 1×/dag 's ochtends. Indien nodig kan wekelijks worden opgehoogd in stappen van 10 of 20 mg. Max. 70 mg/dag; hogere doses zijn niet onderzocht. Staak de behandeling als de symptomen binnen een maand na een geschikte dosisaanpassing niet verbeterd zijn. Verlaag de dosis of staak de behandeling bij paradoxale verergering van de symptomen of onverdraaglijke bijwerkingen. Herbeoordeel de effectiviteit bij langdurig gebruik ten minste elk jaar en overweeg proefperioden zonder medicatie, bij voorkeur tijdens een periode buiten school of werk.
Verminderde nierfunctie: Bij ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 30 ml/min) max. 50 mg/dag gebruiken. De klaring van dexamfetamine was in onderzoek van ca. 0,7 l/uur/kg bij normale populatie verminderd naar ca. 0,4 l/uur/kg bij ernstige nierfunctiestoornis. Verdere dosisverlaging overwegen bij dialysepatiënten.
Verminderde leverfunctie: Er is geen onderzoek uitgevoerd bij leverinsufficiëntie.
Bij ouderen is de klaring verminderd, in onderzoek van ca. 0,7 l/uur/kg bij leeftijd < 75 jaar verlaagd naar ca. 0,55 l/uur/kg bij leeftijd ≥ 75 jaar, waardoor dosisaanpassing nodig kan zijn.
Vergeten dosis: Als een dosis wordt vergeten, kan inname de volgende dag worden hervat. Vermijd inname in de namiddag of avond, aangezien dit een slaapstoornis kan veroorzaken.
Toediening: Capsules 's ochtends innemen met of zonder voedsel. De inhoud van de capsule kan worden geroerd door zachte voeding (zoals yoghurt) of vloeistof (water of sinaasappelsap) tot deze volledig is vermengd; daarna direct innemen. De inhoud van de capsule mag niet worden bewaard of verdeeld. Na vermenging kan er in het glas of kommetje een dun laagje achterblijven na inname, maar de werkzame stof is volledig opgelost.
Doseringen
ADHD
Kinderen van 6–17 jaar
Begindosering: 5 mg 1–2×/dag, bv. bij of direct na ontbijt en lunch, elke dag op dezelfde tijd ten opzichte van de maaltijden. Indien nodig in wekelijkse stappen verhogen met 5 mg/dag tot het schema waarbij het beste effect wordt bereikt om school- en sociale gedragsproblemen te bestrijden. Individueel kan gekozen worden voor kleinere wekelijkse stappen, van bv. 2,5 mg/dag. Max. dosering is gewoonlijk 20 mg/dag; in zeldzame gevallen kan 40 mg/dag nodig zijn voor optimale titratie.
Volgens het Kinderformularium van het NKFK zijn de doseergegevens bij kinderen vanaf 3 jaar: begindosering: 0,15 mg/kg/dag in 2 doses, vervolgens wekelijks verhogen met 2,5–5 mg/dag op geleide van klinisch beeld tot onderhoudsdosering van 0,15–0,5 mg/kg lichaamsgewicht per dag in 2 doses, max. 1 mg/kg/dag maar niet hoger dan 40 mg/dag.
Herevalueren: Bij langdurige behandeling (> 12 mnd.) regelmatig (≥ 1×/jaar; bij voorkeur in de schoolvakantie) het nut van de behandeling evalueren door middel van proefperioden zonder medicatie. De behandeling mag niet voor onbepaalde tijd zijn; deze wordt meestal tijdens of na de puberteit gestaakt.
Verminderde nier- of leverfunctie: Bij nier- of leverfunctiestoornis extra voorzichtig titreren omdat ervaring ontbreekt.
Toediening: Dexamfetamine niet te lang na de lunch geven om slaapproblemen te voorkomen. De tabletten heel innemen, met wat vloeistof. De meeste tabletten hebben een breukstreep en kunnen in geval van slikproblemen worden gedeeld.
Bijwerkingen
Zeer vaak (≥ 10%): verminderde eetlust, groeivertraging en verlaagd gewicht (vooral bij kinderen). Slapeloosheid. Hoofdpijn. Droge mond (vooral bij volwassenen). Bovenbuikpijn (vooral bij jongere kinderen).
Vaak (1-10%): agitatie (vooral bij volwassenen), agressie (vooral bij jonge kinderen), prikkelbaarheid, nervositeit, angst, verminderd libido (bij volwassenen), depressie (vooral bij adolescenten), ticstoornis (vooral bij jonge kinderen), affectlabiliteit, psychomotorische hyperreactiviteit (vooral bij volwassenen), bruxisme (vooral bij volwassenen). Duizeligheid, rusteloosheid, tremor, slaperigheid. Tachycardie, hartkloppingen. Dyspneu. Diarree, obstipatie. Misselijkheid, braken (vooral bij kinderen). Hyperhidrose (vooral bij volwassenen), huiduitslag (vooral bij jongere kinderen). Erectiele disfunctie (vooral bij volwassenen). Borstkaspijn (vooral bij volwassenen). Vermoeidheid. Koorts (vooral bij kinderen). Hypertensie (vooral bij volwassenen).
Soms (0,1-1%): overgevoeligheid. Logorroe (spraakzucht), dysforie, euforie, manie, dermatillomanie, hallucinaties. Epistaxis. Dyskinesie, dysgeusie. Mydriase, wazig zien. Cardiomyopathie. Urticaria. Fenomeen van Raynaud.
Verder zijn gemeld: anafylactische reactie, angio-oedeem, Stevens-Johnson-syndroom. QTc-verlenging. Psychose. Insult. Eosinofiele hepatitis.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): verminderde eetlust, verminderde gewichtstoename en gewichtsafname bij langdurig gebruik. Slapeloosheid, nervositeit.
Vaak (1-10%): aritmie, hartkloppingen, tachycardie. Buikpijn en/of krampen, misselijkheid, braken, droge mond. Veranderingen in bloeddruk (meestal stijging met 2-4 mmHg) en hartfrequentie (meestal stijging met 3-6 slagen/min). Artralgie. Vertigo, dyskinesie, hoofdpijn, hyperactiviteit. Abnormaal gedrag, agressie, opwinding, anorexia, angst, depressie, prikkelbaarheid.
Zelden (0,01-0,1%): angina pectoris. Verminderde visuele accommodatie, visusstoornis, wazig zien, mydriase. Vermoeidheid. Groeiachterstand bij langdurig gebruik. Uitslag, urticaria.
Zeer zelden (< 0,01%): anemie, leukopenie, trombocytopenie, trombocytopenische purpura. Hartstilstand. Gilles-de-la-Tourettesyndroom. Abnormale leverfunctie, stijging van leverenzymwaarden, hepatisch coma. Spierkrampen. Convulsies, choreoathetotische bewegingen, intracraniële bloeding. Neuroleptisch maligne syndroom. Hallucinaties, psychose, tics, verergering van bestaande tics, suïcide(gedrag), cerebrale vasculitis en/of occlusie. Exfoliatieve dermatitis, erythema multiforme, vaste geneesmiddeleneruptie.
Verder zijn gemeld: cardiomyopathie, myocardinfarct, verlenging QTc-interval. Ischemische colitis, diarree. Pijn op de borst, hyperpyrexie, plotselinge dood. Overgevoeligheidsreacties als angio-oedeem, anafylactische reacties. Acidose. Rabdomyolyse. Ataxie, duizeligheid, dysgeusie, concentratieproblemen, hyperreflexie, beroerte, tremor. Emotionele labiliteit, verwardheid, afhankelijkheid, dysforie, euforie, gestoorde cognitieve testprestatie, veranderd libido, nachtelijke angst, obsessief-compulsief gedrag, paniekaanvallen, paranoia, delirium, rusteloosheid. Nierbeschadiging. Impotentie. Zweten, alopecia. Cardiovasculaire collaps, fenomeen van Raynaud. Toxische hypermetabolische status (gekenmerkt door: tijdelijke hyperactiviteit, hyperpyrexie, acidose en overlijden door cardiovasculaire collaps).
Interacties
Toediening met, of binnen 14 dagen na het gebruik van MAO-remmers is gecontra-indiceerd; het verhoogt de afgifte van mono-aminen zoals noradrenaline en kan leiden tot een hypertensieve crisis, toxische neurologische effecten en maligne hyperpyrexie (soms met fatale afloop).
Alcohol kan de centrale bijwerkingen verergeren.
Urineverzurende middelen (zoals ascorbinezuur, ammoniumchloride) evenals voeding rijk aan dierlijke eiwitten, verhogen de uitscheiding via de urine en verlagen de halfwaardetijd. Urinealkaliserende middelen (zoals acetazolamide, natriumwaterstofcarbonaat) evenals een vegetarische voeding verlagen de uitscheiding via de urine en verhogen de halfwaardetijd van amfetamine.
Dexamfetamine kan het antihypertensieve effect van antihypertensiva verminderen.
Amfetaminen versterken de analgetische effecten van narcotische analgetica.
Sympathicomimetica kunnen het bloeddrukverhogend effect van amfetaminen potentiëren.
Haloperidol blokkeert dopaminereceptoren en remt zo de centraal stimulerende effecten van amfetaminen. Acute dystonie is waargenomen bij gelijktijdige toediening. Chloorpromazine blokkeert dopamine- en norepinefrinereceptoren en remt zo de centraal stimulerende effecten van amfetaminen. Lithium remt de anorectische en stimulerende effecten van amfetaminen.
Bij gelijktijdig gebruik met SSRI's en SNRI's kan in zeldzame gevallen het serotoninesyndroom optreden.
Amfetaminen kunnen een significante verhoging van de plasmaconcentratie van corticosteroïden geven (vooral 's avonds) en kunnen interfereren met steroïdbepalingen in de urine.
Interacties
Toediening met, of binnen 14 dagen na het gebruik van irreversibele MAO-remmers is gecontra-indiceerd en kan leiden tot een hypertensieve crisis.
Het is onbekend of dexamfetamine CYP-enzymen remt of induceert, of voor het metabolisme afhankelijk is van CYP-enzymen. Wees voorzichtig bij combinatie met CYP-stoffen met een smalle therapeutische index en met sterke remmers of induceerders van CYP-enzymen.
Middelen die de gastro-intestinale tractus aanzuren (ascorbinezuur, vruchtensappen etc.) verlagen de absorptie van amfetaminen.
Alcohol kan de centrale bijwerkingen verergeren en wordt afgeraden.
Urineverzurende middelen verhogen de uitscheiding via de urine.
Bepaalde geneesmiddelen (zoals acetazolamide, thiazide-diuretica en natriumwaterstofcarbonaat) kunnen, evenals een vegetarische voeding, de urine alkalisch maken en zo de uitscheiding aanzienlijk vertragen.
Clonidine kan de werkingsduur verlengen. Dexamfetamine kan het antihypertensieve effect van clonidine verminderen.
Gelijktijdig gebruik van β-blokkers kan leiden tot ernstige hypertonie.
Disulfiram kan het metabolisme en de uitscheiding vertragen.
Dexamfetamine kan het sederende effect van antihistaminica tegenwerken, de (respiratoir) depressieve effecten van opiaten tegengaan, de analgetische werking van morfine versterken en de werking van methyldopa verminderen.
Wees terughoudend bij gelijktijdig gebruik van halothaan en verwante anesthetica wegens plotselinge bloeddrukverhoging en de kans op aritmieën; bij geplande operatie op operatiedag geen dexamfetamine geven.
Amfetaminen kunnen leiden tot een significante toename van de plasma-corticosteroïdenspiegel; deze toename is ’s avonds het grootst. Amfetaminen kunnen van invloed zijn op de bepaling van steroïden via de urine.
Sympathicomimetica en vermoedelijk ook tricyclische antidepressiva kunnen het bloeddrukverhogend effect van amfetaminen potentiëren.
Antipsychotica (fenothiazinen, haloperidol) kunnen de meeste centraal stimulerende effecten tegengaan.
Adrenerge blokkers (propranolol) en lithium kunnen de effecten aanscherpen.
Metabolisering van vitamine K-antagonisten, anti-epileptica (fenobarbital, fenytoïne, primidon), fenylbutazon, SSRI's en tricyclische antidepressiva kan worden geremd; dosisverlaging kan nodig zijn.
De absorptie van anti-epileptica (fenobarbital, fenytoïne, primidon) kan vertraagd zijn.
Zwangerschap
Dexamfetamine (de actieve metaboliet van lisdexamfetamine) passeert de placenta.
Teratogenese: Uit cohortonderzoek onder 5570 zwangerschappen met gebruik tijdens het 1e trimester van de zwangerschap is geen vergroot risico op aangeboren afwijkingen gebleken. Bij dieren zijn er aanwijzingen voor verminderde groei.
Farmacologisch effect:Gegevens uit een ander cohortonderzoek onder ca. 3100 zwangerschappen met amfetaminegebruik gedurende de eerste 20 weken van de zwangerschap, suggereren een verhoogd risico op pre-eclampsie en vroeggeboorte.
Advies: Gebruik ontraden.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, relatief zeer weinig gegevens. Bij dieren aanwijzingen voor schadelijkheid bij hoge doseringen.
Farmacologisch effect: Neonatale cardiorespiratoire toxiciteit, met name foetale tachycardie en ademnood zijn gemeld. Kinderen van moeders die afhankelijk zijn van amfetamine hadden meer kans op premature geboorte, een verlaagd geboortegewicht en kunnen onthoudingsverschijnselen ontwikkelen.
Advies: Gebruik in het 1e trimester is waarschijnlijk veilig. Gebruik in het 2e en 3e ontraden.
Overig: Een vruchtbare vrouw die van plan is zwanger te worden, moet gebruik van dexamfetamine staken.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden. Controleer de zuigeling bij gelijktijdig gebruik op rusteloosheid, slapeloosheid, verminderde eetlust en een verminderde groei.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Contra-indicaties
- hyperthyroïdie, thyrotoxicose;
- geagiteerde gemoedstoestanden;
- symptomatische cardiovasculaire ziekte;
- gevorderde arteriosclerose;
- matige tot ernstige hypertensie;
- glaucoom.
Zie voor meer contra-indicaties de rubriek Interacties.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor sympathicomimetische aminen;
- glaucoom;
- cerebrovasculaire aandoeningen (aneurysma, vasculaire afwijkingen zoals vasculitis en beroerte);
- Gilles-de-la-Tourettesyndroom of soortgelijke dystonieën;
- symptomatische cardiovasculaire aandoeningen, structurele cardiale afwijkingen en/of matige of ernstige hypertensie, hartfalen, arteriële occlusieve ziekte, angina pectoris, hemodynamische significante congenitale hartziekte, cardiomyopathie, potentieel levensbedreigende aritmieën, myocardinfarct en kanalopathie. Gevorderde arteriosclerose;
- hyperthyroïdie, thyrotoxicose;
- feochromocytoom;
- acute porfyrie;
- ernstige depressie, suïcidale neigingen, manie, ernstige bipolaire-I-stoornis (die niet goed gereguleerd is);
- psychotische symptomen, schizofrenie;
- psychopathische of borderline persoonlijkheidsstoornis;
- anorexia;
- voorgeschiedenis van drugs- of alcoholmisbruik.
Zie voor meer contra-indicaties de rubriek Interacties.
Waarschuwingen en voorzorgen
Misbruik: Verstrek de laagst mogelijke hoeveelheid lisdexamfetamine om overdosering te beperken. Controleer op oneigenlijk gebruik, verkeerd gebruik of misbruik. Adviseer zorgverleners en/of patiënten over de juiste opslag en afvoer van ongebruikte geneesmiddelen, om misbruik (door vrienden of familieleden) te voorkomen. Wees terughoudend bij een voorgeschiedenis van drugsgebruik en verslaving. Het risico op misbruik kan groter zijn bij volwassenen (vooral jongvolwassenen) dan bij kinderen. Amfetaminemisbruik kan leiden tot ernstige dermatosen, slapeloosheid, prikkelbaarheid, hyperactiviteit, veranderde persoonlijkheid en in ernstige gevallen tot psychose. Er is melding gemaakt van ontwenningsverschijnselen als vermoeidheid en depressie.
Lengte en gewicht: Bepaal bij kinderen vóór aanvang en daarna ten minste elke 6 maanden lengte, gewicht en eetlust. Onderbreek eventueel de behandeling als de groei in lengte en gewicht minder dan verwacht is. Bepaal bij volwassenen vóór aanvang en daarna regelmatig het gewicht. Bij gewichtsverlies kan het nodig zijn de behandeling te onderbreken.
Cardiovasculaire effecten: Plotse dood is gemeld. Kan bij sommige patiënten het QTc-interval verlengen. Beoordeel vóór aanvang de cardiovasculaire status, inclusief bloeddruk en hartfrequentie. Wees voorzichtig bij een familiegeschiedenis van plotseling cardiaal/onverklaard overlijden of ventriculaire aritmie. Wees voorzichtig bij een verlengd QTc-interval, gebruik van andere geneesmiddelen die het QTc-interval verlengen en bij relevante hartaandoening of verstoorde elektrolytenhuishouding. Verricht indien nodig aanvullend cardiaal onderzoek (bv. ECG of echo). Wees voorzichtig bij onderliggende medische aandoeningen waarbij een stijging van bloeddruk of hartfrequentie gevaar kan opleveren. Noteer ten minste elke 6 maanden en bij elke dosisaanpassing de bloeddruk en pols op een percentielcurve. Bij optreden van cardiale symptomen tijdens behandeling, direct cardiaal onderzoek verrichten. Omdat de prevalentie van hypertensie toeneemt bij toenemende leeftijd, is voortdurende controle van de bloeddruk en cardiovasculaire status vereist tijdens de behandeling.
Psychiatrische effecten: Stimulantia kunnen symptomen van gedrags- of gedachtenstoornissen verergeren bij patiënten met reeds bestaande psychotische stoornissen. Symptomen van een vooraf bestaande manie kunnen verergeren. Ook kunnen psychotische of manische symptomen ontstaan bij patiënten zonder voorgeschiedenis. Bepaal (middels gedetailleerde psychiatrische voorgeschiedenis) bij depressieve symptomen vóór aanvang het risico op een bipolaire stoornis. Overweeg de behandeling te staken bij nieuw ontstane psychotische of manische symptomen. Controleer tijdens de behandeling ten minste elke 6 maanden en bij elke dosisaanpassing op het ontstaan of verergeren van symptomen van agressie en andere psychische stoornissen. Beoordeel vóór aanvang het vóórkomen van tics en het Gilles de la Tourettesyndroom bij patiënten en hun familie.
Insulten: Staak de behandeling bij het ontstaan of verergeren van insulten; stimulantia kunnen de convulsiedrempel verlagen, ook zonder voorgeschiedenis en EEG-afwijkingen.
Onderzoeksgegevens: Niet gebruiken bij kinderen < 6 jaar, omdat de veiligheid en werkzaamheid niet zijn vastgesteld. Bij ouderen is grondige evaluatie vóór de behandeling en voortdurende controle van bloeddruk en cardiovasculaire status vereist, vanwege beperkte gegevens.
Rijvaardigheid: Het gebruik kan leiden tot verminderd reactie- en concentratievermogen. Vele dagelijkse bezigheden (bv. autorijden) kunnen daarvan hinder ondervinden.
Waarschuwingen en voorzorgen
De behandeling moet plaatsvinden onder toezicht van een gespecialiseerde arts op het gebied van gedragsstoornissen bij kinderen en/of adolescenten.
Cardiovasculaire effecten: Vóór aanvang van de behandeling is aangewezen: een beoordeling van de cardiovasculaire status, inclusief bloeddruk en hartfrequentie, plotseling cardiaal/onverklaard overlijden of ventriculaire aritmie in de familiegeschiedenis; psychische stoornissen of symptomen (in de geschiedenis); registratie van lengte en gewicht op een groeikaart. Niet gebruiken bij cardiovasculaire aandoeningen, tenzij hierover cardiaal advies van de kinderarts is verkregen. Bij optreden van symptomen tijdens behandeling die wijzen op een cardiale ziekte direct specialistisch cardiologisch laten evalueren. Wees voorzichtig bij onderliggende medische aandoeningen waarbij een stijging van bloeddruk of hartfrequentie gevaar op kan leveren.
Periodieke controle: Tijdens behandeling de groei (lengte, gewicht, eetlust), de psychische gesteldheid (ontwikkeling of verergering van pre-existente psychiatrische stoornissen) en de cardiovasculaire status (bloeddruk, pols) minimaal eens per zes maanden controleren en na elke dosisaanpassing. Bij vermoeden van groeivertraging de behandeling onderbreken.
Beëindiging: Staak direct de behandeling bij tekenen van cerebrale vasculitis (ernstige hoofdpijn, gevoelloosheid, zwakte, paralyse, gestoorde coördinatie, gezichtsvermogen, spraak, taal of geheugen). Staken kan verder aangewezen zijn bij ontstaan of verergering van psychische stoornissen, suïcidale neigingen, toename van epileptische aanvallen, leukopenie, trombocytopenie, anemie, aanwijzingen voor nier- of leverfunctiestoornissen. Bij optreden van ongewenste gedragsverandering overwegen de dosis te veranderen of de behandeling te onderbreken.
Psychiatrische effecten: Wees bedacht op onder meer de volgende psychiatrische stoornissen: tics, agressief gedrag, agitatie, angst-depressie, psychose, manie, waanbeelden, prikkelbaarheid, gebrek aan spontaniteit, zich terugtrekken en overmatige perseveratie. Dexamfetamine kan bij psychotische patiënten de gedrags- en denkstoornissen verergeren. Wees bedacht op kans op fraude, onjuist gebruik en misbruik en gebruik van dexamfetamine voor ontspanning. Chronisch misbruik kan leiden tot gewenning en afhankelijkheid met een verschillende mate van abnormaal gedrag. Wees voorzichtig bij emotioneel instabiele patiënten, bij een voorgeschiedenis van of risicofactoren voor geneesmiddelen- of alcoholafhankelijkheid.
Onthoudingsverschijnselen: Staken of verlagen van amfetaminegebruik kan onthoudingsymptomen (dysfore stemming, vermoeidheid, levendige en onprettige dromen, slapeloosheid of overmatig slapen, meer eetlust, psychomotorische achteruitgang of agitatie, anhedonie en verlangen naar het geneesmiddel) veroorzaken. Na staken is zorgvuldig toezicht nodig.
Oculaire effecten: Dit middel kan door pupilverwijding de oogdruk verhogen en een aanval van acuut glaucoom veroorzaken.
Maag-darmklachten: Symptomen als buikpijn, kramp, misselijkheid en braken treden vooral op in het begin van de behandeling en kunnen worden verlicht door het geneesmiddel in te nemen tijdens de maaltijd.
Onderzoeksgegevens: De gevolgen voor veiligheid en werkzaamheid op de lange termijn zijn onvolledig bekend. Niet gebruiken bij kinderen jonger dan 6 jaar, bij volwassenen en bij ouderen, omdat bij deze leeftijdsgroep de veiligheid en werkzaamheid niet zijn vastgesteld.
Rijvaardigheid: Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Raadpleeg ‘Rij Veilig met Medicijnen’ van het IVM.
Overdosering
Symptomen
Acute overdosering: misselijkheid, braken, diarree, buikkramp, rusteloosheid, tremor, verwardheid, agressie, hallucinaties, paniek, hyperreflexie, snelle ademhaling, hyperpyrexie, aritmie, hypertensie of hypotensie, circulaire collaps, rabdomyolyse. Gevolgd door vermoeidheid en depressie. In ernstige gevallen: convulsies, coma, dood.
Therapie
Zie voor meer symptomen en behandeling van een intoxicatie met lisdexamfetamine toxicologie.org/amfetaminen en vergiftigingen.info (dexamfetamine).
Overdosering
Symptomen
Overprikkeling van het CZS en overmatig sterke sympathicomimetische effecten. Ernstige overdosering: hyperpyrexie, circulatoire collaps, convulsies en coma; intoxicaties met letale afloop zijn beschreven.
Therapie
Zie voor behandeling de monografie op toxicologie.org/amfetaminen en vergiftigingen.info.
Eigenschappen
Inactieve prodrug van dexamfetamine. Na hydrolyse tot dexamfetamine heeft het middel een stimulerende werking op het centrale zenuwstelsel. De werking is waarschijnlijk toe te schrijven aan het vermogen om de presynaptische heropname van noradrenaline en dopamine te blokkeren en de afgifte van deze monoaminen in de synapsspleet te verhogen. De werking houdt tot ca. 14 uur aan.
Kinetische gegevens
Resorptie | snel, vermoedelijk gemedieerd door het PEPT1-transporteiwit. |
T max | lisdexamfetamine nuchter ca. 1 uur, dexamfetamine nuchter ca. 3,8 uur en na een vetrijke maaltijd 4,7 uur. |
Metabolisering | hydrolyse door erytrocyten in dexamfetamine en l-lysine. Dexamfetamine wordt verder gemetaboliseerd in de lever, door oxidatie op positie 4 van de benzeenring tot 4-hydroxyamfetamine, of op de zijketen van α- of β-koolstof tot respectievelijk alfahydroxyamfetamine of norefedrine. Norefedrine en 4-hydroxyamfetamine zijn allebei actief en worden vervolgens geoxideerd tot 4-hydroxynorefedrine. Alfahydroxyamfetamine wordt gedesamineerd tot fenylaceton, dat ten slotte benzoëzuur vormt en het glucuronide ervan, alsook het glycineconjugaat hippuurzuur. CYP2D6 is betrokken bij de vorming van 4-hydroxyamfetamine. |
Eliminatie | 96% via urine. |
T 1/2el | < 1 uur (lisdexamfetamine), 11 uur (dexamfetamine). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Rechtsdraaiende isomeer van het racemisch mengsel amfetamine. Stimulerende werking op het centrale zenuwstelsel. Het is een indirect werkend sympathicomimeticum en lijkt in farmacologische eigenschappen op methylfenidaat. Het preparaat valt onder de bepalingen van de Opiumwet in zijn volle omvang. De werking houdt 4–8 uur aan.
Kinetische gegevens
Resorptie | goed. |
V d | 6 l/kg. |
T max | 1,5 uur. |
Metabolisering | in de lever, door hydroxylering en conjugatie met glucuronzuur tot meer hydrofiele componenten die gemakkelijker worden geëlimineerd. Kleinere hoeveelheden amfetamine worden geconverteerd naar norefedrine door oxidatie. Hydroxylering produceert een actief metaboliet (O-hydroxynorefedrine) dat werkt als een namaak-neurotransmitter en verantwoordelijk kan zijn voor bepaalde effecten van het geneesmiddel, met name bij chronische gebruikers. |
Eliminatie | afhankelijk van de pH van de urine. Bij lage pH: 80% in onveranderde vorm uitgescheiden. Bij hoge pH : 2–3% als vrij amfetamine. |
T 1/2el | 10,2 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
lisdexamfetamine hoort bij de groep amfetaminen.
Groepsinformatie
dexamfetamine hoort bij de groep amfetaminen.