Samenstelling
NeisVac-C XGVS Pfizer bv
- Toedieningsvorm
- Suspensie voor injectie
- Sterkte
- 20 microg/ml
- Verpakkingsvorm
- wegwerpspuit 0,5 ml
Bevat polysaccharide van Neisseria meningitidis groep C, geconjugeerd aan tetanustoxoïd en aluminiumhydroxide.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Abrysvo XGVS Aanvullende monitoring Pfizer bv
- Toedieningsvorm
- poeder voor injectievloeistof
- Verpakkingsvorm
- flacon + solvens 0,5 ml
Bevat per dosis à 0,5 ml: 60 microg respiratoir syncytieel virus-subgroep A gestabiliseerd prefusie glycoproteïne F (RSV-A PreF)- antigeen en 60 microg respiratoir syncytieel virus-subgroep B gestabiliseerd prefusie glycoproteïne F (RSV-B PreF)- antigeen.
Arexvy XGVS Aanvullende monitoring GlaxoSmithKline bv
- Toedieningsvorm
- poeder voor injectievloeistof, suspensie
- Verpakkingsvorm
- flacon + solvens 0,5 ml
Bevat per dosis à 0,5 ml: 120 microg respiratoir syncytieel virus gestabiliseerd prefusie glycoproteïne F (RSVPreF3)-antigeen met AS01 E als adjuvans waarin 25 microg plantenextract van Quillaja saponaria Molina, fractie 21 (QS-21) en 25 microg 3-O-desacyl-4’-monofosforyllipide A (MPL) afkomstig van Salmonella minnesota.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Voor meningokokkenvaccin type C is geen advies vastgesteld over de plaats in de medicamenteuze behandeling.
Advies
Voor dit vaccin is geen advies vastgesteld. De Gezondheidsraad adviseert om op korte termijn alle kinderen in hun eerste levensjaar via het Rijksvaccinatieprogramma bescherming aan te bieden tegen RSV.De raad heeft de voorkeur voor het toedienen van antistoffen aan kinderen, omdat op die manier meer kinderen beschermd kunnen worden, zie Alle kinderen beschermen tegen RSV via Rijksvaccinatieprogrammav op gezondheidsraad.nl. Zie ook de LCI-richtlijn RSV-infectie op lci.rivm.nl.
Indicaties
- Actieve immunisatie ter preventie van invasieve ziekte veroorzaakt door Neisseria meningitidis type C bij kinderen vanaf 2 maanden en volwassenen.
Indicaties
- Actieve immunisatie voor de preventie van ondersteluchtwegaandoeningen ('lower respiratory tract disease', LRTD) veroorzaakt door het respiratoir syncytieel virus (RSV) bij volwassenen van 60 jaar en ouder.
- Abrysvo ook: Passieve bescherming tegen ondersteluchtwegaandoeningen die worden veroorzaakt door het respiratoir syncytieel virus (RSV) bij zuigelingen vanaf de geboorte tot en met 6 maanden oud na immunisatie van de moeder tijdens de zwangerschap.
Doseringen
Immunisatie tegen infecties veroorzaakt door meningokokken type C
Kinderen ≥ 12 maanden en volwassenen
i.m. één dosis van 0,5 ml. De noodzaak van een boosterdosis is nog niet vastgesteld.
Kinderen 4 tot 12 maanden
i.m. twee doses van 0,5 ml waarbij de tweede dosis ten minste 6 maanden na de eerste dosis wordt gegeven.
Kinderen 2 tot 4 maanden
i.m. drie doses, waarvan de eerste twee doses van elk 0,5 ml met een interval van ten minste 2 maanden worden gegeven en de derde dosis ten minste 6 maanden na de tweede dosis; tijdstip van toediening volgens officiële richtlijnen, de fabrikant geeft aan op een leeftijd van ca. 12-13 maanden.
Toediening
- Intramusculair toedienen, bij zuigelingen bij voorkeur in de anterolaterale zijde van de dij, bij kinderen 12-24 maanden in de anterolaterale zijde van de dij of de deltaspier en bij oudere kinderen en volwassenen in de deltaspier.
- Niet s.c. of i.v. toedienen.
- Bij gelijktijdig toedienen van een ander vaccin, op verschillende injectieplaatsen toedienen.
Doseringen
Actieve immunisatie ter preventie van LRTD door het RS-virus
Volwassenen vanaf 60 jaar
Abrysvo, Arexvy: i.m. eenmalig 1 dosis à 0,5 ml. De noodzaak van een revaccinatie met een volgende dosis is niet vastgesteld.
Passieve bescherming tegen LRTD door RS-virus bij zuigelingen
Zwangeren
Abrysvo: i.m. eenmalig 1 dosis à 0,5 ml tussen week 24 en 36 van de zwangerschap.
Toediening
- Intramusculair toedienen, bij voorkeur in de deltaspier. Niet intravasculair of intradermaal. Er zijn gegevens over subcutane toediening.
- Bij gelijktijdige toediening met een ander injecteerbaar vaccin, deze altijd op verschillende injectieplaatsen toedienen.
- Wees voorzichtig bij mensen met trombocytopenie, bloedstollingsstoornissen (zoals hemofilie) of mensen die met anticoagulantia worden behandeld; intramusculaire bloedingen kunnen ontstaan na i.m.-injectie.
Bijwerkingen
Algemeen
Gemeld zijn: anafylaxie, angio-oedeem (waaronder gelaatsoedeem), immuungemedieerde trombocytopenie, Stevens-Johnson-syndroom, erythema multiforme, petechie, purpura, urticaria, verharding op injectieplaats, dermatitis, apneu, dyspneu, piepen, koortsstuipen, meningisme, hypersomnie, hypotone-hyporesponsieve episode, recidief nefrotisch syndroom bij kinderen.
Kinderen 2-17 maanden
Zeer vaak (> 10%): roodheid, lokale pijn en oedeem op de injectieplaats. Prikkelbaarheid, vermoeidheid, koorts. Braken. Huilen, slaperigheid, sedatie. Verminderde eetlust.
Vaak (1-10%): faryngitis, rinitis. Agitatie, rusteloosheid, slaapstoornis. Hoesten. Diarree. Huiduitslag, hyperhidrose.
Soms (0,1-1%): overmatig blozen. Buikpijn, dyspepsie. Roodheid. Pijn in extremiteit. Perifeer oedeem, malaise, koude rillingen.
Zelden (0,1-0,01%): overgevoeligheid (waaronder bronchospasme). Ooglidoedeem. Circulatoire collaps. Ecchymose. Spierstijfheid (waaronder nekstijfheid, gewrichtsstijfheid).
Kinderen 3,5-17 jaar
Zeer vaak (> 10%): roodheid, lokale pijn en oedeem op de injectieplaats. Hoofdpijn.
Vaak (1-10%): faryngitis, rinitis. Duizeligheid, slaperigheid, sedatie. Hoesten. Misselijkheid, buikpijn, braken, diarree. Jeuk, ecchymose, dermatitis. Pijn in extremiteit. Koorts, malaise, vermoeidheid.
Soms (0,1-1%): lymfadenopathie. Overgevoeligheidsreacties (waaronder bronchospasme). Verminderde eetlust. Agitatie. Gevoelsstoornissen (zoals hypo-esthesie, paresthesie, branderig gevoel), convulsie, syncope, huilen. Spierstijfheid, nekpijn, spierpijn, artralgie, rugpijn. Ooglidoedeem. Neusverstopping. Huiduitslag, hyperhidrose, overmatig blozen. Gewrichtspijn. Prikkelbaarheid, asthenie, perifeer oedeem, koude rillingen. Griepachtige verschijnselen.
Zelden (0,1-0,01%): circulatoire collaps.
Volwassenen
Zeer vaak (> 10%): roodheid, lokale pijn en oedeem op de injectieplaats. Hoofdpijn.
Vaak (1-10%): braken. Myalgie. Malaise, koorts.
Soms (0,1-1%): lymfadenopathie, griepachtige verschijnselen.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn. Spierpijn, artralgie. Pijn op de injectieplaats. Vermoeidheid.
Vaak (1-10%): Roodheid of zwelling van injectieplaats. Koorts, koude rillingen.
Soms (0,1-1%): lymfadenopathie. Overgevoeligheidsreactie (zoals huiduitslag). Misselijkheid, buikpijn, braken. Jeuk op de injectieplaats. Pijn, malaise.
Zelden (0,01-0,1%): Guillain-Barré-syndroom (bij Abrysvo en mensen ≥ 60 jaar); met een aanvang van ca. een week na vaccinatie en mogelijk gerelateerd.
Interacties
Bij gelijktijdig gebruik met immunosuppressiva, ontstaat mogelijk een verminderde immunologische respons.
Interacties
Kan gelijktijdig worden toegediend met influenzavaccin (quadrivalent). Er werden numeriek lagere RSV A- en RSV B-neutraliserende titers en numeriek lagere influenza A- en influenza B-hemagglutinatieremmingstiters gezien dan wanneer ze afzonderlijk werden toegediend. De klinische relevantie van deze bevinding is niet bekend.
Bij toediening van een vaccin tegen difterie, tetanus en kinkhoest adviseert de fabrikant van Abrysvo een interval van minstens 2 weken aan te houden. een lagere immuunreactie op kinkhoestcomponenten is waargenomen bij gelijktijdige toediening. De klinische relevantie hiervan is onbekend.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Zwangerschap
Teratogenese: Gebruik van Abrysvo bij zwangere vrouwen (> 4.000 zwangerschappen) duidt niet op misvormende of foetale/neonatale toxiciteit.
Advies: Abrysvo is geïndiceerd voor zwangere vrouwen tussen week 24 en 36 van de zwangerschap.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Advies: Kan worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. Bijwerkingen zijn niet aangetoond bij met moedermelk gevoede pasgeborenen van gevaccineerde moeders.
Advies: Weeg het risico van het gebruik van dit vaccin in combinatie met het geven van borstvoeding af.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor tetanustoxoïd.
Contra-indicaties
Er zijn geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Waarschuwingen en voorzorgen
Stel vaccinatie uit bij een acute ernstige ziekte die gepaard gaat met koorts. Deze kan verergeren door de bijwerkingen of kan interfereren bij interpretatie mogelijke bijwerkingen.
Het vaccin biedt uitsluitend bescherming tegen meningitis veroorzaakt door Neisseria meningitidis type C, niet tegen andere typen Neisseria meningitidis.
Patiënten met een immunodeficiëntie (door immunosuppressiva of genetisch defect) kunnen een verminderde immunologische respons vertonen.
Bij petechie, purpura en/of symptomen van meningisme zoals nekpijn/stijfheid van de nek of fotofobie na inenting, zowel besmettelijke als niet-besmettelijke oorzaken overwegen, alsmede de mogelijkheid van gelijktijdig optredende meningitis.
Bij familiaire complementdeficiënties (bv. C5- of C3-deficiënties) of behandelingen die terminale complementactivatie remmen (bv. eculizumab) is er een vergroot risico op invasieve ziekte door Neisseria meningitidis serogroep C, ook na antilichaamontwikkeling na vaccinatie.
Immunisatie met dit vaccin vervangt niet de standaard immunisatie tegen tetanus.
Bij de toediening aan zeer premature kinderen (geboren ≤ week 28 van de zwangerschap) ademhalingscontrole gedurende 48–72 uur overwegen vanwege het potentiële risico van apneu, vooral bij kinderen met een voorgeschiedenis van onvoldoende rijping van de longen; aangezien het voordeel van vaccinatie groot is bij deze groep kinderen, de vaccinatie niet onthouden of uitstellen.
De veiligheid en werkzaamheid bij volwassen > 65 jaar en bij kinderen < 2 maanden zijn niet vastgesteld.
Waarschuwingen en voorzorgen
Observeer nauwlettend direct na vaccinatie voor het geval een anafylactische reactie optreedt. Zorg zo nodig voor adequate behandeling.
Stel vaccinatie uit bij acute ernstige ziekte gepaard gaande met koorts. Bij aanwezigheid van een lichte infectie hoeft de vaccinatie niet uitgesteld te worden.
Bij immuungecompromitteerde mensen (gebruik van systemische immunosuppressiva of immunodeficiëntie) zijn de werkzaamheid en veiligheid van het vaccin niet onderzocht; de immunologische respons kan verminderd zijn.
De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen < 18 jaar zijn niet vastgesteld. Er is geen onderzoek uitgevoerd naar Abrysvo bij zwangeren die korter dan 24 weken zwanger zijn. Beperkte gegevens zijn beschikbaar bij zwangere adolescenten en hun zuigelingen.
Eigenschappen
Groep C meningokokken polysaccharide vaccin geconjugeerd aan tetanustoxoïd. Het induceert de vorming van bactericide antilichamen tegen polysaccharide van Neisseria meningitidis type C. Werkingsduur: onbekend.
Eigenschappen
Respiratoir syncytieel virus (RSV)-vaccin is geproduceerd met recombinant DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese hamster (CHO-cellen). Na intramusculaire toediening wekken de prefusie F-antigenen een immuunreactie op, die beschermt tegen aan RSV gerelateerde ondersteluchtwegaandoeningen. Prefusie F is het primaire doelwit van neutraliserende antilichamen die de RSV-infectie blokkeren. Bij zuigelingen is de bescherming het gevolg van transplacentale overdracht van RSV-neutraliserende antilichamen. Volwassenen van 60 jaar en ouder worden beschermd door actieve immunisatie.
Abrysvo is een bivalent eiwitvaccin, gericht tegen RSV-subtype A en B. Het biedt mensen van 60 jaar en ouder ca. 65% bescherming tegen RSV gerelateerde ondersteluchtwegaandoeningen met 2 of meer symptomen, en ca. 89% bescherming tegen RSV gerelateerde ondersteluchtwegaandoeningen met 3 of meer symptomen.
Na maternale vaccinatie is de werkzaamheid in de eerste 90 dagen ca. 82% tegen ernstige RSV gerelateerde luchtwegaandoeningen bij zuigelingen; in de eerste 180 dagen is dit ca. 69%. De werkzaamheid tegen RSV gerelateerde luchtwegaandoeningen in de eerste 90 dagen is ca. 57%, in de eerste 6 maanden is dit ca. 51%. De noodzaak van revaccinatie bij volgende zwangerschappen is niet vastgesteld.
Arexvy is een geadjuveerd eiwitvaccin. De werkzaamheid bij het voorkomen van de eerste lagere luchtwegaandoening veroorzaakt door RSV die optreedt vanaf 15 dagen na de vaccinatie in vergelijking met placebo is ca. 83% bij mensen ≥ 60 jaar (voor zowel type A en type B, resp. 85 en 81%). Bij ouderen ≥ 70 jaar en bij mensen met een comorbiditeit, zoals een onderliggende cardiorespiratoire aandoening, is een werkzaamheid van 94–95% waargenomen. Een tweede dosis, 12 maanden na de eerste dosis, leverde geen additionele werkzaamheid op.
Het adjuvante AS01E faciliteert de rekrutering en activering van antigeen-presenterende cellen die van het vaccin afgeleide antigenen transporteren naar de drainerende lymfeklier. Dit leidt tot de vorming van RSVPreF3-specifieke CD4+-T-cellen.
Groepsinformatie
meningokokkenvaccin type C hoort bij de groep vaccins.
- BCG-vaccin (als vaccin) (J07AN01) Vergelijk
- bof-/mazelen-/rubellavaccin (J07BD52) Vergelijk
- choleravaccin, geïnactiveerd, hele cel (J07AE01) Vergelijk
- choleravaccin, levend verzwakt (J07AE02) Vergelijk
- COVID-19 mRNA vaccin (Comirnaty) (J07BN01) Vergelijk
- denguevaccin (J07BX04) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/polio-/haemophilus influenzae B-/hepatitis B-vaccin (J07CA09) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanusvaccin (J07AJ52) Vergelijk
- difterie-/tetanus-/poliovaccin (J07CA01) Vergelijk
- gelekoortsvaccin (J07BL01) Vergelijk
- haemophilus influenzae B-vaccin (J07AG01) Vergelijk
- hepatitis A+B-vaccin (J07BC20) Vergelijk
- hepatitis A-vaccin (J07BC02) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Engerix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Fendrix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (HBVAX) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (PreHevbri) (J07BC01) Vergelijk
- influenzavaccin (J07BB02) Vergelijk
- japanse-encefalitisvaccin (J07BA02) Vergelijk
- leptospirosevaccin (J07AX01) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type A, C, W135, Y (J07AH08) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type B (J07AH09) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (2-valent) (J07BM02) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (4-valent) (J07BM01) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (9-valent) (J07BM03) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (10-valent) (J07AL52) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (13-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (15-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (20-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (23-valent) (J07AL01) Vergelijk
- pokkenvaccin (J07BX01) Vergelijk
- poliomyelitisvaccin (J07BF03) Vergelijk
- rabiësvaccin (J07BG01) Vergelijk
- rotavirusvaccin (J07BH01) Vergelijk
- RS-virusvaccin (J07BX05) Vergelijk
- tekenencefalitisvaccin (J07BA01) Vergelijk
- tetanusvaccin (J07AM01) Vergelijk
- tyfusvaccin (parenteraal) (J07AP03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Provarivax) (J07BK01) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Shingrix) (J07BK03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Zostavax) (J07BK02) Vergelijk
Groepsinformatie
RS-virusvaccin hoort bij de groep vaccins.
- BCG-vaccin (als vaccin) (J07AN01) Vergelijk
- bof-/mazelen-/rubellavaccin (J07BD52) Vergelijk
- choleravaccin, geïnactiveerd, hele cel (J07AE01) Vergelijk
- choleravaccin, levend verzwakt (J07AE02) Vergelijk
- COVID-19 mRNA vaccin (Comirnaty) (J07BN01) Vergelijk
- denguevaccin (J07BX04) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/polio-/haemophilus influenzae B-/hepatitis B-vaccin (J07CA09) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanusvaccin (J07AJ52) Vergelijk
- difterie-/tetanus-/poliovaccin (J07CA01) Vergelijk
- gelekoortsvaccin (J07BL01) Vergelijk
- haemophilus influenzae B-vaccin (J07AG01) Vergelijk
- hepatitis A+B-vaccin (J07BC20) Vergelijk
- hepatitis A-vaccin (J07BC02) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Engerix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Fendrix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (HBVAX) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (PreHevbri) (J07BC01) Vergelijk
- influenzavaccin (J07BB02) Vergelijk
- japanse-encefalitisvaccin (J07BA02) Vergelijk
- leptospirosevaccin (J07AX01) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type A, C, W135, Y (J07AH08) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type B (J07AH09) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type C (J07AH07) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (2-valent) (J07BM02) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (4-valent) (J07BM01) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (9-valent) (J07BM03) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (10-valent) (J07AL52) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (13-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (15-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (20-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (23-valent) (J07AL01) Vergelijk
- pokkenvaccin (J07BX01) Vergelijk
- poliomyelitisvaccin (J07BF03) Vergelijk
- rabiësvaccin (J07BG01) Vergelijk
- rotavirusvaccin (J07BH01) Vergelijk
- tekenencefalitisvaccin (J07BA01) Vergelijk
- tetanusvaccin (J07AM01) Vergelijk
- tyfusvaccin (parenteraal) (J07AP03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Provarivax) (J07BK01) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Shingrix) (J07BK03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Zostavax) (J07BK02) Vergelijk