Samenstelling
Striverdi Aanvullende monitoring Boehringer Ingelheim bv
- Toedieningsvorm
- Inhalatie-oplossing 'Respimat'
- Sterkte
- 2,5 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 60 doses
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Serevent (als xinafoaat) GlaxoSmithKline bv
- Toedieningsvorm
- Aerosol CFK-vrij
- Sterkte
- 25 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 120 doses
- Toedieningsvorm
- Inhalatiepoeder 'Diskus'
- Sterkte
- 50 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 60 doses
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Bij COPD is verreweg de belangrijkste interventie stoppen met roken, naast andere leefstijladviezen zoals meer bewegen. De medicamenteuze behandeling is symptomatisch en een aanvulling op niet-medicamenteuze adviezen; bij weinig klachten of beperkingen kan medicatie achterwege blijven. Behandel infrequente dyspneuklachten bij iemand die geen longaanval heeft gehad, met ‘zo nodig’-gebruik van een kortwerkende luchtwegverwijder, dit is een kortwerkende β2-receptoragonist (SABA) of muscarine-antagonist (SAMA). Behandel regelmatige dyspneuklachten met een onderhoudsbehandeling van één of meer langwerkende luchtwegverwijders, zoals een langwerkende β2-receptoragonist (LABA) en/of muscarine-antagonist (LAMA). Overweeg een inhalatiecorticosteroïde (ICS) alléén bij frequente longaanvallen (≥ 2 per jaar), ondanks behandeling met één of meer langwerkende luchtwegverwijders.
Voor een optimaal effect van geneesmiddelen bij COPD is een juiste inhalatietechniek onontbeerlijk. Houd rekening met: patiëntgebonden factoren zoals coördinatie en inspiratiekracht, en milieuaspecten (aerosolen bevatten in verschillende mate een sterk milieubelastend broeikasgas).
Advies
De belangrijkste niet-medicamenteuze adviezen bij astma zijn stoppen met roken en zorgen voor een rookvrije omgeving. Verder is het vermijden van expositie aan allergenen en andere prikkels van groot belang, met name bij allergisch astma. Bij volwassenen is de basis van de medicamenteuze behandeling een inhalatiecorticosteroïde (ICS), al dan niet in combinatie met een langwerkend β2-sympathicomimeticum (LABA). Het indicatiegebied voor gebruik van een kortwerkend β2-sympathicomimeticum (SABA) is beperkt; alleen bij zeer weinig frequente astmaklachten (≤ 2×/week overdag) of bij inspanningsklachten is 'zo nodig'-gebruik (max. 2x/week) van een SABA geïndiceerd. Bij kinderen bestaat de behandeling bij weinig frequente klachten (≤ 2×/week overdag) of bij inspanningsklachten uit ‘zo nodig’-gebruik een SABA; bij frequentere klachten deze behandeling combineren met een onderhoudsbehandeling ICS.
Formoterol werkt sneller (na 1-3 minuten) dan salmeterol (na 10-20 minuten) en kan bij volwassenen met astma zo nodig worden gebruikt bij dyspneuklachten. Een combinatiepreparaat met formoterol-ICS (voor ‘zo nodig’-gebruik) kan daarom de voorkeur hebben boven een combinatie salmeterol-ICS en een SABA voor zo nodig gebruik.
Bij COPD is verreweg de belangrijkste interventie stoppen met roken, naast andere leefstijladviezen zoals meer bewegen. De medicamenteuze behandeling is symptomatisch en een aanvulling op niet-medicamenteuze adviezen; bij weinig klachten of beperkingen kan medicatie achterwege blijven. Behandel infrequente dyspneuklachten bij iemand die geen longaanval heeft gehad, met ‘zo nodig’-gebruik van een kortwerkende luchtwegverwijder, dit is een kortwerkende β2-receptoragonist (SABA) of muscarine-antagonist (SAMA). Behandel regelmatige dyspneuklachten met een onderhoudsbehandeling van één of meer langwerkende luchtwegverwijders, zoals een langwerkende β2-receptoragonist (LABA) en/of muscarine-antagonist (LAMA). Overweeg een inhalatiecorticosteroïde (ICS) alléén bij frequente longaanvallen (≥ 2 per jaar), ondanks behandeling met één of meer langwerkende luchtwegverwijders.
Voor een optimaal effect van geneesmiddelen bij astma en/of COPD is een juiste inhalatietechniek onontbeerlijk. Houd rekening met: patiëntgebonden factoren zoals coördinatie en inspiratiekracht, en milieuaspecten (aerosolen bevatten in verschillende mate een sterk milieubelastend broeikasgas).
Indicaties
Bronchusverwijdende onderhoudsbehandeling van chronische obstructieve longziekte (COPD).
Gerelateerde informatie
Indicaties
- In combinatie met inhalatiecorticosteroïden als symptomatische onderhoudsbehandeling van astma, waaronder nachtelijk astma, die onvoldoende reageert op behandeling met inhalatiecorticosteroïden conform de huidige behandelrichtlijnen;
- Profylaxe van inspanningsastma;
- Onderhoudsbehandeling van COPD.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Bronchusverwijdende onderhoudsbehandeling van COPD
Volwassenen (incl. ouderen)
5 microg (2 inhalaties) 1×/dag, elke dag op hetzelfde tijdstip.
Doseringen
Astma
Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen ≥ 12 jaar
50 microg 2×/dag; bij ernstige luchtwegobstructie kan de dosering worden verhoogd tot 100 microg 2×/dag.
Kinderen 4–12 jaar
50 microg 2×/dag.
Profylaxe van inspanningsastma
Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen ≥ 4 jaar
50 microg 30–60 minuten voorafgaand aan de inspanning.
COPD
Volwassenen (incl. ouderen)
50 microg 2×/dag.
Toediening: Bij gebruik van een voorzetkamer kan de absorptie in de longen toenemen, waardoor er meer kans is op systemische bijwerkingen; doseringsaanpassing kan nodig zijn.
Bijwerkingen
Soms (0,1-1%): nasofaryngitis. Duizeligheid. Huiduitslag.
Zelden (0,01-0,1%): hypertensie. Artralgie. Met bijwerkingen als bij β2-agonisten moet rekening worden gehouden: ischemische hartziekte, hypotensie, tachycardie, aritmie, palpitaties, angina pectoris, tremor, hoofdpijn, zenuwachtigheid, droge mond, misselijkheid, spierkrampen, vermoeidheid, malaise, hypokaliëmie, hyperglykemie en metabole acidose.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): tremor (vooral bij een dosering van > 100 microg/dag), hoofdpijn. Hartkloppingen. Spierkramp.
Soms (0,1-1%): tachycardie (vooral bij een dosering van > 100 microg/dag). Huiduitslag (jeuk, roodheid). Nervositeit.
Zelden (0,01-0,1%): slapeloosheid, duizeligheid. Hypokaliëmie.
Zeer zelden (< 0,01%): overgevoeligheidsreacties ((angio-)oedeem, anafylaxie). Ritmestoornissen zoals atriumfibrilleren, supraventriculaire tachycardie en extrasystolen (voornamelijk bij ritmestoornissen-gevoelige patiënten). Orofaryngeale irritatie, paradoxale bronchusobstructie. Misselijkheid. Niet-specifieke pijn op de borst, gewrichtspijn. Hyperglykemie.
Interacties
Gelijktijdige toediening van andere sympathicomimetica (bv. efedrine) kan de bijwerkingen van olodaterol versterken. Niet gebruiken in combinatie met andere langwerkende β2-sympathicomimetica.
Bètablokkers, in het bijzonder niet-selectieve, antagoneren de werking van olodaterol.
Hypokaliëmie kan eerder optreden bij hypoxie en bij gelijktijdig gebruik van niet-kaliumsparende diuretica, corticosteroïden of theofylline; bij deze patiënten de kaliumconcentratie controleren.
Bij gelijktijdig gebruik van systemische corticosteroïden is er meer kans op hyperglykemie.
Er is meer kans op ventriculaire aritmieën bij combinatie met andere middelen die het QT-interval verlengen (zoals o.a. kinidine, disopyramide, erytromycine, fenothiazinen, antihistaminica en tricyclische antidepressiva).
Interacties
β-Blokkers, in het bijzonder niet-selectieve, antagoneren de werking van salmeterol; gebruik van niet-selectieve β-blokkers (zoals propranolol) zo mogelijk vermijden.
Een additief effect kan optreden door combinatie met andere sympathicomimetica (bv. efedrine).
Hypokaliëmie kan eerder optreden bij hypoxie en bij gelijktijdig gebruik van diuretica, corticosteroïden of theofylline; controleer de serumkaliumspiegel.
Bij gelijktijdig gebruik van systemische corticosteroïden is er meer kans op hyperglykemie.
Gelijktijdig gebruik met monoamine-oxidase(MAO-)remmers kan bijdragen aan hypertensieve reacties.
Bij anesthesie met gehalogeneerde koolwaterstoffen (desfluraan, isofluraan, sevofluraan) is er meer kans op aritmieën.
De kans op QTc-verlenging en ventriculaire aritmieën neemt toe bij gelijktijdig gebruik met andere geneesmiddelen die het QT-interval verlengen (o.a. amiodaron, disopyramide, domperidon, kinidine, methadon, sotalol, macrolide antibiotica, fluorchinolonen, imidazool–antimycotica, tricyclische antidepressiva, sommige antipsychotica).
Gelijktijdige behandeling met ketoconazol of andere krachtige CYP3A4-remmers bij voorkeur vermijden, vanwege een toename in plasma-salmeterolblootstelling.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Farmacologisch effect: Bij toediening aan het einde van de zwangerschap kan weeënremming optreden.
Advies: Gebruik ontraden.
Zwangerschap
Teratogenese: Er zijn geen aanwijzingen voor een verhoogd risico op aangeboren afwijkingen of andere nadelige effecten, zoals foetale groeiremming of vroeggeboorte (op basis van ruime gedocumenteerde ervaring).
Advies: Kan (voor zover bekend zonder gevaar) volgens voorschrift worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. Ja, bij dieren. De systemische blootstelling bij vrouwen die borstvoeding is verwaarloosbaar klein, relevante effecten op de zuigeling worden niet verwacht.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding afwegen.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, bij dieren.
Farmacologisch effect: Overmatig gebruik van β2-sympathicomimetica door de moeder zou rusteloosheid en tachycardie bij de zuigeling kunnen veroorzaken.
Advies: Weeg het risico van het gebruik van dit middel in combinatie met het geven van borstvoeding af.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Contra-indicaties
- Overgevoeligheid voor sympathicomimetica.
Waarschuwingen en voorzorgen
Olodaterol is niet geïndiceerd voor de behandeling van astma noch als rescue-medicatie voor de behandeling van acute episoden van bronchospasmen. Bij optreden van paradoxale bronchospasmen of allergische reacties het gebruik van olodaterol direct staken en op een andere behandeling overgaan.
Comorbiditeit: Wees voorzichtig bij hypokaliëmie, cardiovasculaire aandoeningen (ischemisch hartlijden, ernstig hartfalen, hypertrofische obstructieve cardiomyopathie, myocardinfarct, aritmieën, hypertensie en aneurisma), bekende of vermoede verlenging van het QT-interval, convulsieve aandoeningen en hyperthyroïdie.
Diabetes mellitus: Bij diabetes mellitus wordt aangeraden om in het begin van de behandeling met β2-sympathicomimetica aanvullende bloedglucosecontroles uit te voeren.
Hulpstoffen: Benzalkoniumchloride, in inhalatieoplossing, kan piepende ademhaling en bronchospasmen geven, vooral bij astma.
Waarschuwingen en voorzorgen
Langwerkende β2-sympathicomimetica zijn niet geschikt voor de verlichting van acuut astma. In ieder geval bij astma moet salmeterol worden gecombineerd met inhalatiecorticosteroïden. Toenemend gebruik van kortwerkende bronchusverwijdende middelen naast salmeterol duidt op een verslechtering van de controle; het behandelschema aanpassen. De behandeling niet starten bij een aanzienlijke verergering of acuut verslechterend astma.
Cardiale effecten: Wees voorzichtig bij cardiovasculaire aandoeningen vooral ernstige hypertensie en hyperthyroïdie. Gebruik bij aangeboren lange-QT-intervalsyndroom (LQTS) wordt ontraden.
Etniciteit: Wees voorzichtig met het gebruik bij Afro-Amerikanen, omdat in onderzoek bij deze populatie meer kans op astma-gerelateerde sterfte en levensbedreigende respiratoire gebeurtenissen is geconstateerd bij gebruik van salmeterol.
Hypokaliëmie: Bij hypoxie, die bijvoorbeeld bij ernstige astma-longaanval kan optreden, is er meer kans op hypokaliëmie; controleer de serumkaliumspiegel.
Diabetes mellitus: Bij diabetes mellitus extra bloedglucosecontrole uitvoeren bij aanvang van de behandeling.
Paradoxale bronchospasmen: Bij optreden van paradoxale bronchospasmen de therapie staken en op een andere behandeling overgaan.
Onderzoeksgegevens: Er zijn onvoldoende gegevens beschikbaar over de veiligheid en werkzaamheid bij kinderen < 4 jaar.
Overdosering
Symptomen
Duizeligheid, tachycardie, toename van de systolische bloeddruk, tremoren, hoofdpijn en hypokaliëmie.
Therapie
Neem voor informatie over een vergiftiging met salmeterol contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Selectief langwerkend β2-sympathicomimeticum. Werking: binnen 5 min. Werkingsduur: ten minste 24 uur.
Kinetische gegevens
Overig | steady-state wordt na 8 dagen bereikt. |
V d | 15,8 l/kg. |
Metabolisering | in de lever door directe glucuronidering en door O-demethylering gevolgd door conjugatie. De metabolieten zijn niet relevant voor de farmacologische werking. |
Eliminatie | voornamelijk met de feces. |
T 1/2el | ca 45 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Selectief langwerkend β2-sympathicomimeticum. Het bronchusverwijdende effect wordt voornamelijk veroorzaakt door de (R)-enantiomeer van het racemisch mengsel. De aerosol kan worden voorzien van een Volumatic (inhalatiekamer). Werking: na 10–20 min. Werkingsduur: tot circa 12 uur. Bij toepassing als profylaxe bij inspanningsastma houdt de werking tot 11 uur aan. Bij continue toediening (1–2×/dag gedurende 4 weken) kan hiervoor tolerantie optreden, waardoor een verminderd effect of een kortere werkingsduur optreedt.
Kinetische gegevens
Resorptie | Na inhalatie wordt het in zeer geringe mate geresorbeerd (plasmaconcentratie < 200 picog/ml). |
T 1/2el | ca. 5½ uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
olodaterol hoort bij de groep bèta2-sympathicomimetica.
Groepsinformatie
salmeterol hoort bij de groep bèta2-sympathicomimetica.