Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Bricanyl (sulfaat) AstraZeneca bv

Toedieningsvorm
Inhalatiepoeder 'Turbuhaler'
Sterkte
250 microg/dosis
Verpakkingsvorm
120 doses
Toedieningsvorm
Inhalatiepoeder 'Turbuhaler'
Sterkte
500 microg/dosis
Verpakkingsvorm
100 doses, 120 doses

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

De belangrijkste niet-medicamenteuze adviezen bij astma zijn stoppen met roken en zorgen voor een rookvrije omgeving. Verder is het vermijden van expositie aan allergenen en andere prikkels van groot belang, met name bij allergisch astma. Bij volwassenen is de basis van de medicamenteuze behandeling een inhalatiecorticosteroïde (ICS), al dan niet in combinatie met een langwerkend β2-sympathicomimeticum (LABA). Het indicatiegebied voor gebruik van een kortwerkend β2-sympathicomimeticum (SABA) is beperkt; alleen bij zeer weinig frequente astmaklachten (≤ 2×/week overdag) of bij inspanningsklachten is 'zo nodig'-gebruik (max. 2x/week) van een SABA geïndiceerd. Bij kinderen bestaat de behandeling bij weinig frequente klachten (≤ 2×/week overdag) of bij inspanningsklachten uit ‘zo nodig’-gebruik een SABA; bij frequentere klachten deze behandeling combineren met een onderhoudsbehandeling ICS.

Bij COPD is verreweg de belangrijkste interventie stoppen met roken, naast andere leefstijladviezen zoals meer bewegen. De medicamenteuze behandeling is symptomatisch en een aanvulling op niet-medicamenteuze adviezen; bij weinig klachten of beperkingen kan medicatie achterwege blijven. Behandel infrequente dyspneuklachten bij iemand die geen longaanval heeft gehad, met ‘zo nodig’-gebruik van een kortwerkende luchtwegverwijder, dit is een kortwerkende β2-receptoragonist (SABA) of muscarine-antagonist (SAMA). Behandel regelmatige dyspneuklachten met een onderhoudsbehandeling van één of meer langwerkende luchtwegverwijders, zoals een langwerkende β2-receptoragonist (LABA) en/of muscarine-antagonist (LAMA). Overweeg een inhalatiecorticosteroïde (ICS) alléén bij frequente longaanvallen (≥ 2 per jaar), ondanks behandeling met één of meer langwerkende luchtwegverwijders.

Voor een optimaal effect van geneesmiddelen bij astma en/of COPD is een juiste inhalatietechniek onontbeerlijk. Houd rekening met: patiëntgebonden factoren zoals coördinatie en inspiratiekracht, en milieuaspecten (aerosolen bevatten in verschillende mate een sterk milieubelastend broeikasgas).

Indicaties

  • Bronchospasmen bij astma, COPD en andere bronchopulmonale aandoeningen met een spastische component.

Gerelateerde informatie

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Bronchospasmen bij astma of COPD

Volwassenen

250–500 microg zo nodig, in ernstige gevallen max. 1000 microg met een tussenpoos van 2 minuten per inhalatie; max. 4000 microg/dag.

Kinderen ≥ 7 jaar

Volgens de NHG-standaard 'Astma bij kinderen' (2014): 500–1000 microg, zo nodig 1–4×/dag; max. 4000 microg/dag.

Bij combinatie met theofylline is de maximale dosering terbutaline 2000 microg/dag.

Toediening: Na elk gebruik de mond spoelen om onnodige systemische blootstelling aan terbutaline te beperken.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): tremor, hoofdpijn.

Vaak (1-10%): tachycardie, palpitaties. Tonische spierkrampen. Hypokaliëmie.

Zelden (0,01-0,1%): hart-aritmieën zoals atriumfibrilleren, supraventriculaire tachyaritmieën, extrasystolen. Paradoxale bronchospasmen. Angst, hallucinaties, slaap- en gedragsstoornissen als agitatie, hyperactiviteit, rusteloosheid. Misselijkheid, braken. Urticaria, exantheem.

Zeer zelden (< 0,01%): vasodilatatie, voorbijgaande roodheid van het gezicht en hals, bloeddrukverandering, beklemd gevoel op de borst. Angio-oedeem, overgevoeligheidsreacties. Mictieklachten (m.n. bij prostaathyperplasie).

Verder is gemeld: myocardischemie.

Interacties

β-Blokkers, in het bijzonder niet-selectieve, antagoneren de werking van terbutaline; gebruik van niet-selectieve β-blokkers (zoals propranolol) zo mogelijk vermijden.

Hypokaliëmie kan eerder optreden bij gelijktijdig gebruik van diuretica, corticosteroïden of theofylline; controleer de kaliumspiegel. Als gevolg van hypokaliëmie kan het effect van digoxine worden versterkt; aritmieën kunnen optreden.

Gelijktijdig gebruik van terbutaline en theofylline vermeerdert de kans op tachyaritmieën en acuut overlijden. Voor dosisaanpassing, zie dosering.

Halothaananesthesie vermijden tijdens behandeling met β-agonisten, vanwege een toegenomen kans op aritmieën. Andere gehalogeneerde anesthetica (bv. desfluraan, isofluraan, sevofluraan) voorzichtig gebruiken.

Bij gelijktijdig gebruik van systemische corticosteroïden is er meer kans op hyperglykemie.

Zwangerschap

Teratogenese: Geen aanwijzingen voor schadelijkheid (ruime ervaring).

Farmacologisch effect: Bij systemisch gebruik van een β2-sympathicomimeticum kan foetale tachycardie ontstaan. Bij inhalatie van terbutaline wordt slechts een geringe hoeveelheid systemisch opgenomen.

Advies: Kan overeenkomstig het voorschrift worden gebruikt.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja, in geringe mate; een effect bij de zuigeling is echter onwaarschijnlijk vanwege de geringe opname na inhalatie.

Farmacologisch effect: Ruime ervaring met inhalatie van terbutaline tijdens het geven van borstvoeding laat geen nadelige effecten bij de zuigeling zien.

Advies: Kan volgens voorschrift worden gebruikt.

Contra-indicaties

  • hypertrofische cardiomyopathie.

Waarschuwingen en voorzorgen

Inhalatie-β2-sympathicomimetica dienen als 'zo nodig' te worden toegepast. Toenemend gebruik van kortwerkende bronchusverwijdende middelen duidt op een verslechtering van de controle; het behandelschema aanpassen.

Bij optreden van paradoxale bronchospasmen met een onmiddellijke toename van kortademigheid na inhalatie, de therapie staken en een ander type snelwerkende bronchusverwijder gebruiken.

Vanwege kans op hyperglykemie voorzichtig zijn bij verminderde glucosetolerantie en manifeste diabetes mellitus. Extra bloedglucosecontroles uitvoeren bij aanvang van de behandeling.

Wees voorzichtig bij hartaandoeningen zoals ernstig hartfalen, ritmestoornissen en ischemisch hartlijden, omdat sympathicomimetica cardiovasculaire bijwerkingen kunnen hebben. Bij bestaand hartlijden de patiënt erop wijzen contact met de arts op te nemen bij het optreden van pijn in de borststreek of andere symptomen van verergering van de hartaandoening. Gebruik bij aangeboren lange-QT-intervalsyndroom (LQTS) wordt ontraden. Hoge doses vermijden bij hypertensie en hyperthyroïdie.

Bij hypoxie, die bijvoorbeeld bij een ernstige astma-longaanval kan optreden, is er meer kans op hypokaliëmie; controleer de serumkaliumspiegel.

Overdosering

Symptomen

Cardiovasculaire symptomen: vasodilatatie, warm rood gezicht, tachycardie, palpitaties, hypotensie, beklemd gevoel op de borst, aritmieën (vooral bij hypokaliëmie). Centrale symptomen: hoofdpijn, tremoren, spierkrampen, agitatie, hallucinaties, angst, slapeloosheid, transpiratie, misselijkheid en braken. Verder kunnen optreden: hypokaliëmie, hyperglykemie en lactaatacidose.

Voor meer informatie over symptomen en behandeling zie vergiftigingen.info.

Eigenschappen

Sympathicomimeticum met selectieve werking op de β2-receptoren van de tracheale en bronchiale musculatuur, terwijl de β1-receptoren in het hart relatief weinig worden beïnvloed. Bij hoge doseringen neemt de selectiviteit af en grijpen ze ook aan op β1-receptoren. Stimulatie van de β2-receptoren leidt tot vorming van cyclisch AMP (cAMP) en proteïnekinase A (PKA). Dit leidt in de longen tot relaxatie van de bronchiale gladde spiercellen en daardoor bronchusverwijding. Werking: snel en max. binnen 5 min. Werkingsduur: 5–6 uur.

Kinetische gegevens

F ca. 16% (in de long).
T max ca. 1,3 uur.
Metabolisering vnl. in de lever tot het inactieve sulfaatconjugaat.
Eliminatie vnl. met de urine.
T 1/2el ca. 12 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd