Samenstelling
Evusheld XGVS Aanvullende monitoring AstraZeneca bv
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Verpakkingsvorm
- Combinatieverpakking
Bevat per verpakking één injectieflacon met 150 mg tixagevimab per 1,5 ml (100 mg/ml) en één injectieflacon met 150 mg cilgavimab per 1,5 ml (100 mg/ml).
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Synagis
Bijlage 2
AstraZeneca bv
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Sterkte
- 100 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- flacon 0,5 ml, 1,0 ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
De behandeling van volwassenen met COVID-19 met een mild beloop in de eerstelijnszorg, bestaat zo nodig uit symptoombestrijding met paracetamol (voorkeur) of een NSAID. Start bij een matig ernstig of zeer ernstig beloop in de tweedelijnszorg met dexamethason, naast optimale ondersteunende zorg en tromboseprofylaxe. Voeg tocilizumab toe bij een matig ernstig beloop bij CRP ≥ 75 mg/l en noodzaak tot hoge zuurstofsuppletie, of bij een zeer ernstig beloop binnen 24 uur na opname op de IC (indien niet eerder gestart).
Casirivimab/imdevimab, regdanvimab en tixagevimab/cilgavimab worden bij COVID-19 ontraden, omdat de omikronvariant van het virus minder gevoelig is voor deze monoklonale antilichamen.
Advies
Zie voor het standpunt van de Nederlandse Vereniging van Kindergeneeskunde (NVK), Passieve immunoprofylaxe met Palivizumab.
Aan de vergoeding van palivizumab zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.
Indicaties
- Pre-expositie profylaxe van 'coronavirus disease 2019' (COVID-19) bij volwassenen en kinderen vanaf 12 jaar die ten minste 40 kg wegen.
- COVID-19 bij volwassenen en kinderen vanaf 12 jaar die ten minste 40 kg wegen, die geen extra zuurstof nodig hebben en die een verhoogd risico lopen om ernstige COVID-19 te ontwikkelen.
Gerelateerde informatie
Indicaties
Preventie van ernstige lagere luchtwegaandoeningen door respiratoir syncytieel virus (RSV) bij kinderen die risico lopen RSV-ziekte te krijgen waarbij ziekenhuisopname nodig is:
- bij te vroeg geboren kinderen (≤ 35 weken), die bij het begin van het RSV-seizoen jonger waren dan zes maanden;
- bij kinderen jonger dan twee jaar die in de voorafgaande zes maanden een behandeling voor bronchopulmonale dysplasie (BPD) nodig hadden;
- bij kinderen jonger dan twee jaar die een congenitale hartaandoening hebben die hemodynamisch significant is.
Doseringen
Toediening moet plaatsvinden op een locatie waar behandeling van een ernstige overgevoeligheidsreactie, zoals anafylaxie, mogelijk is. Observeer patiënt na toediening volgens lokale richtlijnen.
Pre-expositie profylaxe COVID-19
Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen ≥ 12 jaar en ≥ 40 kg lichaamsgewicht
i.m. eenmalig 150 mg tixagevimab en 150 mg cilgavimab. Er zijn geen gegevens over de veiligheid en werkzaamheid bij herhaalde toediening.
COVID-19
Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen ≥ 12 jaar en ≥ 40 kg lichaamsgewicht
i.m. eenmalig 300 mg tixagevimab en 300 mg cilgavimab, zo snel mogelijk na een positieve test en binnen 7 dagen na begin van de symptomen.
Verminderde lever- of nierfunctie: een dosisaanpassing is niet nodig.
Toediening
- Toedienen als aparte opeenvolgende intramusculaire injecties op verschillende injectieplaatsen in twee verschillende spieren, bij voorkeur in de bilspieren.
- In verband met de kans op hematoomvorming voorzichtig bij trombocytopenie of bloedstollingsstoornissen.
Doseringen
Preventie van ernstige lagere luchtwegaandoeningen door RSV bij kinderen
Kinderen < 2 jaar
i.m. 15 mg/kg lichaamsgewicht 1×/maand gedurende te verwachten perioden van RSV-risico in de samenleving. Indien mogelijk de eerste dosis toedienen vóór het begin van het RSV-seizoen. Gewoonlijk begint het RSV-seizoen in november en duurt tot en met april. Er zijn onvoldoende gegevens beschikbaar over > 5 injecties per RSV-seizoen.
Bij kinderen die een cardiale-bypass ondergaan, palivizumab toedienen zodra ze stabiel zijn na de operatie. Dien maandelijkse vervolgdoses toe voor de rest van het RSV-seizoen voor kinderen die meer kans hebben op het krijgen van RSV-ziekte.
De i.m.-injectie bij voorkeur anterolateraal in de dij toedienen. Bij injectiehoeveelheden groter dan 1 ml de hoeveelheid in verdeelde doses geven.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): overgevoeligheid (incl. huiduitslag en urticaria). Reactie op de injectieplaats (incl. roodheid, jeuk en verharding).
Soms (0,1-1%): injectiegerelateerde reactie (hoofdpijn, koude rillingen en roodheid, ongemak of pijn rond de injectieplek).
Zelden (0,01-0,1%): anafylaxie.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): koorts. Huiduitslag.
Vaak (1–10%): reactie op de injectieplaats. Apneu.
Soms (0,1–1%): urticaria. Trombocytopenie. Convulsies.
Verder zijn gemeld: anafylactische reacties, anafylactische shock (in enkele gevallen met fatale afloop).
Interacties
Er is geen onderzoek uitgevoerd naar interacties.
Interacties met gelijktijdig gebruikte geneesmiddelen die worden uitgescheiden via de nieren, of met substraten, inductoren of remmers van het cytochroom P450-enzym, zijn onwaarschijnlijk.
Interacties
Er zijn geen interacties waargenomen met de routinematige kindervaccins, het griepvaccin, bronchusverwijders of corticosteroïden.
Zwangerschap
Humane IgG1-antilichamen kunnen de placentabarrière passeren.
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren, onvoldoende gegevens. Bij dieren en mensen is in weefselstudies geen binding gevonden.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Zwangerschap
Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. In het algemeen gaan monoklonale antilichamen (IgG) over in de moedermelk. De systemische absorptie na orale inname van antistoffen is laag.
Advies: Gebruik tijdens borstvoeding kan worden overwogen.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor andere humane monoklonale antilichamen.
Waarschuwingen en voorzorgen
Ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylaxie, zijn waargenomen. Staak behandeling direct indien dit optreedt.
Cardiovasculaire en/of trombo-embolische voorvallen zijn waargenomen, het merendeel bij patiënten met cardiovasculaire risicofactoren en/of een voorgeschiedenis van cardiovasculaire ziekte. Een causaal verband is niet vastgesteld. Overweeg vóór de start de risico's en voordelen bij mensen met een hoog risico op cardiovasculaire of trombo-embolische voorvallen. Informeer patiënten om bij tekenen of symptomen (met name pijn op de borst, dyspneu, malaise, zich licht in het hoofd voelen of flauwvallen) onmiddellijk medische hulp in te roepen.
Resistentie: de klinische onderzoeken zijn uitgevoerd toen de Alfa-, Bèta-, Gamma- en Deltavarianten het meest voorkwamen. Circulerende SARS-CoV-2-varianten kunnen in verband worden gebracht met resistentie tegen tixagevimab en cilgavimab. Bij profylactisch gebruik de patiënt informeren over het mogelijk optreden van doorbraakinfecties. Geef instructie om onmiddellijk medische hulp te zoeken als zich tekenen of symptomen van COVID-19 voordoen. Houd bij gebruik voor de behandeling van COVID-19 rekening met wat er bekend is over de kenmerken van de circulerende SARS-CoV-2-varianten.
De beschermingsduur voor varianten met een waargenomen afname van de neutralisatieactiviteit in vitro is onzeker. Zie voor de neutralisatieactiviteit van tixagevimab/cilgavimab tegen SARS-CoV-2-variantstammen van pseudovirus en/of levend virus, tabel 3 in de productinformatie.
Het is geen vervanging van vaccinatie bij mensen voor wie vaccinatie tegen COVID-19 wordt aanbevolen.
De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen < 12 jaar zijn nog niet vastgesteld. Er zijn geen gegevens beschikbaar.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij een matige tot ernstige acute infectie of koortsaandoening de voordelen en risico's van uitstel van de injectie tegen elkaar afwegen. Wees bedacht op het optreden van een eventuele anafylactische reactie of shock. Palivizumab kan interfereren met immuungebaseerde diagnostische RSV-testen en remt virusreplicatie in celkweken. Het interfereert niet met op 'reverse transcriptase polymerase chain reaction'-gebaseerde onderzoeken.
Overdosering
Neem voor informatie over een vergiftiging met tixagevimab/cilgavimab contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Tixagevimab en cilgavimab zijn recombinante humane monoklonale antilichamen (IgG1κ), geproduceerd door middel van recombinant DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese hamster. Ze binden aan niet-overlappende gebieden van het receptorbindend domein (RBD) van het spike-eiwit van SARS-CoV-2. Hierdoor wordt de interactie van het spike-eiwit met de menselijke ACE2-receptor geblokkeerd, wat leidt tot blokkering van de virustoegang.
Kinetische gegevens
F | ca. 67,1% voor Evusheld; 61,5% voor tixagevimab en ca. 65,8% voor cilgavimab. |
T max | ca. 19 dagen. |
V d | ca. 0,05 l/kg centraal en ca. 0,03 l/kg perifeer. |
Metabolisering | via katabole routes afgebroken tot kleine peptiden en aminozuren, zoals endogeen IgG. |
T 1/2el | ca. 79 dagen; ca. 81 dagen voor tixagevimab en ca. 78 dagen voor cilgavimab. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Palivizumab is humaan monoklonaal antilichaam (IgG1κ) gericht tegen een epitoop in de A-antigene kant van het fusie-eiwit van het respiratoir syncytieel virus (RSV). Het bestaat uit humane (95%) en muriene (5%) antilichaamdelen en remt de virusreplicatie door de sterke neutraliserende en fusieremmende activiteiten tegen RSV subtype A- en B-stammen.
Kinetische gegevens
Overig | vergelijkbaar met IgG1-antilichaam. |
Overig | serumconcentratie van palivizumab neemt met ca. 58% af na cardiopulmonale bypass-chirurgie. |
T 1/2el | ca. 19–27 dagen (kinderen < 2 j.). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
tixagevimab/cilgavimab hoort bij de groep immunoglobulinen.
- bezlotoxumab (J06BC03) Vergelijk
- casirivimab/imdevimab (J06BD07) Vergelijk
- cytomegalovirus-immunoglobuline (J06BB09) Vergelijk
- hepatitis B-immunoglobuline (J06BB04) Vergelijk
- normaal immunoglobuline (im en sc) (J06BA01) Vergelijk
- normaal immunoglobuline (iv) (J06BA02) Vergelijk
- palivizumab (J06BD01) Vergelijk
- regdanvimab (J06BD06) Vergelijk
- rhesus(D)immunoglobuline (J06BB01) Vergelijk
- tetanusimmunoglobuline (J06BB02) Vergelijk
Groepsinformatie
palivizumab hoort bij de groep immunoglobulinen.
- bezlotoxumab (J06BC03) Vergelijk
- casirivimab/imdevimab (J06BD07) Vergelijk
- cytomegalovirus-immunoglobuline (J06BB09) Vergelijk
- hepatitis B-immunoglobuline (J06BB04) Vergelijk
- normaal immunoglobuline (im en sc) (J06BA01) Vergelijk
- normaal immunoglobuline (iv) (J06BA02) Vergelijk
- regdanvimab (J06BD06) Vergelijk
- rhesus(D)immunoglobuline (J06BB01) Vergelijk
- tetanusimmunoglobuline (J06BB02) Vergelijk
- tixagevimab/cilgavimab (J06BD03) Vergelijk