benzbromaron
Samenstelling
Desuric Kyowa Kirin Pharma bv
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 100 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Stimuleer ter preventie van (verergering van) met Jicht geassocieerde cardiovasculaire en metabole aandoeningen een gezonde leefstijl. Behandel een acute jichtaanval kortdurend met een hoge dosering klassieke NSAID’s oraal (diclofenac of naproxen), orale glucocorticoïden of colchicine, afhankelijk van de comorbiditeit en comedicatie van de patiënt. Wissel van middel als na 3–5 dagen geen verbetering optreedt. Overweeg intra-articulaire corticosteroïdinjectie bij onvoldoende effect. Start, indien de diagnose voldoende zeker is, bij recidiverende jichtaanvallen of jichttophi profylaxe met allopurinol als urinezuurverlagende therapie. Behandel een ondanks profylaxe optredende jichtaanval als een acute jichtaanval. Overweeg bij hoge frequentie van tussentijdse aanvallen langdurige behandeling met een NSAID of colchicine.
Bij contra-indicaties voor allopurinol, onvoldoende effect en/of ernstige bijwerkingen van allopurinol zijn andere urinezuurverlagende opties benzbromaron, febuxostat en probenecide. Het is niet zinvol twee xanthine-oxidaseremmers (allopurinol en febuxostat) of twee uricosurica (benzbromaron en probenecide) te combineren.
Indicaties
Behandeling van jicht bij volwassenen die:
- allergisch zijn voor allopurinol;
- een contra-indicatie hebben voor allopurinol;
- bij wie allopurinol onvoldoende resultaat of onaanvaardbare bijwerkingen geeft.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Jicht
Volwassenen
Begindosering: 100 mg per dag tijdens een maaltijd.
Onderhoudsdosering: 50–200 mg per dag. Tijdens een onderhoudsbehandeling van lange duur kan men de toediening gedurende 2–3 weken onderbreken. Volgens de NHG-standaard Artritis (2017, Noot 26) starten met dagelijks 50–100 mg, en eventueel binnen 3 maanden de dosering opvoeren naar maximaal 200–300 mg 1×/dag.
Toediening: de tablet tijdens een maaltijd innemen en de tablet niet kauwen.
Bijwerkingen
Meest ernstig: leverbeschadiging zoals (soms fatale) fulminante hepatitis, meestal 1–7 maanden na aanvang van de therapie (zie ook rubriek Waarschuwingen en voorzorgen achter Leverfunctie).
Verder zijn gemeld (frequentie van voorkomen onbekend):
Uitlokken van acute jichtaanval.
Allergische reacties (huiduitslag, koorts, allergische conjunctivitis).
Maag-darmstoornissen (diarree).
Urolithiase, nierkoliek.
Hoofdpijn en pollakisurie, vooral bij een gestoorde nierfunctie.
Interacties
Vermijd het gelijktijdig gebruik van hepatotoxische geneesmiddelen, in het bijzonder anti-tuberculose middelen zoals bv. pyrazinamide. Naast een vergroot risico op hepatotoxiciteit vermindert gelijktijdige toediening van pyrazinamide bovendien het uricosurisch effect van benzbromaron.
Benzbromaron remt CYP2C9 in de lever en is zelf ook substraat voor CYP2C9 in de lever. Hierdoor kan de werking van vitamine K-antagonisten worden versterkt; mogelijk is dosisaanpassing nodig. CYP2C9-remmers kunnen de bloedspiegel van benzbromaron verhogen.
De uricosurische werking wordt ten dele geremd door salicylaten en thiazide-diuretica.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Gebruik ontraden wegens onvoldoende ervaring met de toepassing tijdens de zwangerschap.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Contra-indicaties
- acute jichtaanval;
- urolithiase (uraatstenen);
- bekende leveraandoening;
- ernstige nierinsufficiëntie (klaring < 30 ml/min);
- hyperuraturie hoger dan 700 mg/24 uur (= 4,2 mmol/24 uur);
- acute hepatische porfyrie.
Waarschuwingen en voorzorgen
Leverfunctie: in verband met het eventueel optreden van (ernstige) leverbeschadiging voor begin van en gedurende de behandeling de leverfunctie controleren (ALAT, ASAT, alkalische fosfatase, totaal bilirubine en γ-GT). De behandeling staken bij leverfunctiewaarden boven de normale bovengrens. Instrueer patiënten om contact op te nemen met de arts bij misselijkheid, braken, abdominale pijn, asthenie en geelzucht.
Urinewegstenen: voor begin van de behandeling een 24-uurs urinebepaling uitvoeren; de totale hoeveelheid urinezuur moet ≤ 700 mg/24 uur zijn. Bij overschrijden van deze waarde een diureticum en urine-alkaliserende stof toevoegen om urinewegstenen en nierkoliek te voorkomen. Wees voorzichtig bij matige nierinsufficiëntie en bij nierstenen (uraatstenen) in de voorgeschiedenis. Met name in het begin van de therapie kunnen door de toegenomen concentratie urinezuur in de niertubuli uraatstenen ontstaan; daarom tijdens de therapie voor een ruime diurese zorgen, eventueel gecombineerd met natriumwaterstofcarbonaat om de urine alkalisch te maken.
Jichtaanvallen: vrijmaking van uraatdepots kan in de eerste 6–12 maanden van behandeling de frequentie van jichtaanvallen doen toenemen. De kans op jichtaanvallen kan door toevoeging van colchicine, indometacine of een ander inflammatoir middel en door geleidelijke verhoging van de dosering verminderen.
Overdosering
Symptomen
misselijkheid, braken, diarree, nierfunctiestoornissen en hepatitis.
Therapie
eventueel kan een emeticum, gevolgd door geactiveerde kool en een laxans gebruikt worden.
Neem voor meer informatie over een vergiftiging met benzbromaron contact op met het Nationaal Vergitigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Uricosuricum. Benzbromaron remt de terugresorptie van uraten in de niertubuli door remming van uraattransporter 1 (URAT1). Dit verhoogt de uitscheiding van urinezuur met de urine en verlaagt zo de serumurinezuurspiegel. De frequentie van jichtaanvallen kan, waarschijnlijk door mobilisatie van uraten uit depots in de weefsels, aanvankelijk toenemen (gedurende de eerste maanden na aanvang van de therapie). Veroorzaakt geen paradoxaal effect bij lagere dosering. Werkingsduur: dermate lang dat bij langdurig gebruik 2–3 weken onderbreking van toediening mogelijk is.
Kinetische gegevens
Resorptie | voor ca. 50%. |
T max | 2–6 uur. |
Eiwitbinding | ca. 99%. |
Metabolisering | in de lever vooral door CYP2C9 tot actieve metabolieten (1- en 6-hydroxybenzbromaron). |
Eliminatie | vnl. (94%) via gal met de feces, het overige (6%) wordt geglucuronideerd en renaal geëlimineerd. |
T 1/2el | 3–5 uur (benzbromaron), 18–30 uur (6-hydroxybenzbromaron). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
benzbromaron hoort bij de groep urinezuurverlagende middelen, overige.