deferoxamine
Samenstelling
Desferal (mesilaat) Novartis Pharma bv
- Toedieningsvorm
- Poeder voor injectie- of infusievloeistof
- Sterkte
- 500 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Voor de behandeling van ijzerstapeling staat op vademecumhematologie.nl de geldende behandelrichtlijn.
Indicaties
- Behandeling ijzerstapelingsziekte, bijvoorbeeld:
- transfusie hemosiderose (zoals bij gevallen van thalassaemia major en andere ernstige hemoglobinopathieën, 'pure red blood cell aplasia', aplastische anemie en bij ernstige hemolytische anemie);
- idiopathische pulmonale hemosiderose; wanneer aderlatingen niet mogelijk zijn vanwege bijkomende comorbiditeit (bv. een ernstige anemie, hartziekten)
- of wanneer deze in verband staat met porphyria cutanea tarda, waarbij aderlatingen niet mogelijk zijn.
- Behandeling acute ijzerintoxicatie;
- Behandeling chronische aluminiumintoxicatie bij patiënten met een terminale nierinsufficiëntie die hemodialyse ondergaan, met:
- aluminiumgerelateerde botziekten;
- dialyse-encefalopathie;
- aluminiumgerelateerde anemie.
- Diagnose van ijzer- of aluminiumstapeling.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Continue s.c.-infusie heeft de voorkeur. Indien dit niet wordt getolereerd, kan toediening via een centrale veneuze lijn worden geprobeerd. Snelle i.v.-injectie kan een circulatoire collaps veroorzaken, daarom alleen als langzaam i.v.-druppelinfuus toedienen.
Het deferoxamine-ijzer (of aluminium) complex wordt renaal uitgescheiden. Bij nierinsufficiëntie is dialyse noodzakelijk.
Tijdens chelatie is adequate hydratie noodzakelijk vanwege meer kans op acuut nierfalen (vooral bij hypovolemie).
Chronische ijzerstapeling
Volwassenen en kinderen
Als infuus: i.v. of s.c. (i.m.-infusie is minder effectief) 5–7×/week: gewoonlijk 20–50 mg/kg lichaamsgewicht, maximaal 60 mg/kg voor volwassenen en maximaal 40 mg/kg voor kinderen, afhankelijk van het serumferritinegehalte, waarbij de inlooptijd van de infusie individueel moet worden bepaald (8–24 uur). De behandeling in het algemeen ten minste enkele maanden voortzetten. Om het effect te beoordelen, is nauwkeurige klinische controle nodig. Daarnaast kan aanvankelijk dagelijks de ijzeruitscheiding in de 24-uurs urine worden bepaald; na vaststelling van de dosis met tussenpozen van enkele weken de ijzeruitscheiding controleren. Bij ouderen met de laagste dosering beginnen. Bij ijzerstapelingsziekte is er doorgaans een gebrek aan vitamine C; zie voor gelijktijdig gebruik met vitamine C de rubriek Interacties.
Acute ijzervergiftiging
Volwassenen
Volgens toxicologie.org: bij voorkeur langzaam i.v. toedienen: aanvangsdosis 1 g toegevoegd aan glucose 5%; inloopsnelheid max. 15 mg/kg lichaamsgewicht per uur. Vervolgens twee giften van 500 mg gedurende 4 uur toedienen; daarna 500 mg iedere 4 tot 12 uur (op geleide van serumferritine). Vervolgen met maximaal 125 mg/uur.
Volgens vergiftigingen.info: i.v. aanvangsdosis 1 g, inloopsnelheid langzaam verhogen tot max. 15 mg/kg per uur. De snelheid vervolgens reduceren zodra de situatie dit toelaat, meestal na 4–6 uur. Vervolgens 500 mg iedere 4 uur. Aanbevolen wordt maximaal 80 mg/kg/dag toe te dienen met een maximum van 6–8 gram per 24 uur.
Kinderen (vanaf 1 maand)
Volgens het Kinderformularium van het NKFK (en toxicologie.org): i.v. 10–15 mg/kg lichaamsgewicht/uur; als continue infusie gedurende 12 uur. Dosisreductie zodra mogelijk (meestal na 4–6 uur); doseren op geleide van het ferritinegehalte; max. 80 mg/kg lichaamsgewicht per dag.
Volgens vergiftigingen.info: i.v. 20 mg/kg, gevolgd door 10 mg/kg iedere 4 uur, max. 6 gram per 24 uur. Het tijdstip waarop gestopt kan worden met cheleren van ijzer is moeilijk aan te geven. In het algemeen kan de chelatietherapie gestopt worden bij klinische verbetering, als de shock en metabole acidose verdwenen zijn. Andere redelijk bruikbare criteria zijn o.a. het verdwijnen van de door ferrioxamine geïnduceerde kleurverandering van de urine, en een serumijzerconcentratie onder de 1,5–2 mg/l (27–36 micromol/l).
Chronische aluminiuminstapeling bij terminale nierinsufficiëntie
Volwassenen
Volgens de fabrikant: aanvankelijk testdosis 5 mg/kg lichaamsgewicht eenmalig, waarna de serumaluminiumconcentratie wordt bepaald, vervolgens 5 mg/kg lichaamsgewicht 1× per week gedurende het laatste uur van de dialysesessie, indien na testdosis de serumaluminiumconcentratie minder dan 300 microg/l is; indien na de testdosis de serumaluminiumconcentratie 300 microg/l of hoger is of indien neurologische of oftalmische afwijkingen optreden ten gevolge van aluminiumintoxicatie 5 mg/kg lichaamsgewicht 1× per week gedurende 1 uur te beginnen 5 uur voor aanvang van de dialysesessie. Bij patiënten met CA- of CC peritoneale dialyse (CAPD of CCPD) wordt intraperitoneale toediening aangeraden, voorafgaande aan de laatste verwisseling van de dag.
Volgens vergiftigingen.info: de dosering en hemodialyse frequentie is afhankelijk van de serumaluminiumconcentratie, symptomen en effectiviteit van chelatie. In het algemeen: 5–15 mg/kg/dag over een periode van uren intraveneus toegediend en 6–8 uur voorafgaande aan een 3–4 uur durende 'high flux' hemodialyse.
Diagnostische test voor ijzerstapeling
Bv. 1 g i.m.; een hierop volgende ijzerexcretie in de urine van meer dan 20 micromol per 24 uur boven de normale waarde is pathologisch. Soms wordt 500 mg i.m. ingespoten, waarna de ijzerexcretie in de urine gedurende 6 uur gemeten dient te worden. De test is alleen betrouwbaar bij een normale nierfunctie.
Diagnostische test voor aluminiumstapeling
I.v. als infusie: 5 mg/kg lichaamsgewicht gedurende de laatste 60 minuten van de hemodialyse langzaam toedienen. De aluminiumspiegels worden kort voor de dialyse (uitgangswaarde) en kort voor de volgende dialyse bepaald. De test is positief bij een toename van de serumaluminiumspiegel > 150 ng/ml.
Bijwerkingen
Sommige bijwerkingen kunnen ook symptomen zijn van de ijzer- of aluminiumstapeling.
Zeer vaak (> 10%): artralgie, myalgie. Reactie op de injectieplaats (pijn, zwelling, infiltratie, erytheem, jeuk, (zwarte) korstjes.
Vaak (1-10%): hoofdpijn. Misselijkheid. Urticaria. Koorts. Groeivertraging en botaandoeningen bij hogere doses en jonge kinderen.
Soms (0,1-1%): neurosensorische doofheid, tinnitus. Astma. Overgeven, buikpijn. Blaasvorming, oedeem of branderig gevoel op de injectieplaats.
Zelden (0,01-0,1%): hypotensie, tachycardie, shock. (Fatale) mucormycose. Gezichtsverlies, scotoom, retinale degeneratie, optische neuritis, staar, verminderde gezichtsscherpte, nachtblindheid, gezichtsveldbeperkingen, chromatopsie, hoornvliestroebeling.
Zeer zelden (≤ 0,01%): anafylactische shock, anafylactische reactie, angio-oedeem. Acute ademhalingsproblemen, longinfiltratie. Neurologische stoornissen zoals duizeligheid, perifere neuropathie, paresthesie, exacerbatie of uitlokking van een aluminiumgerelateerde dialyse-encefalopathie. Diarree, gastro-enteritis door Yersinia. Gegeneraliseerde huiduitslag. Bloedaandoeningen zoals trombocytopenie, leukopenie.
Verder zijn gemeld: convulsie met name bij dialysepatiënten met aluminiumintoxicatie, spierspasmen. Acuut nierfalen, verhoogde waarde van creatinine in bloed, chromaturie. Hypocalciëmie, hyperparathyroïdie, stijging van leverenzymwaarden.
Interacties
Gelijktijdige behandeling met vitamine C (volwassenen 100–200 mg per dag in verdeelde doses; bij kinderen volstaat in het algemeen 50 mg/dag bij < 10 jaar en 100 mg/dag bij oudere kinderen) kan de uitscheiding van ferrioxamine doen toenemen; hogere doses vitamine C vergroten de uitscheiding niet extra. Vitamine C-suppletie om de uitscheiding te bevorderen mag echter pas na vier weken behandeling worden toegepast. De combinatie, vooral bij hoge doses vitamine C (> 500 mg), beïnvloedt de hartfunctie negatief; controleer regelmatig de hartactiviteit.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens. Bij dieren bij supratherapeutische doses teratogeen gebleken.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Farmacologisch effect: Onwaarschijnlijk, deferoxamine wordt nauwelijks geabsorbeerd na orale inname.
Advies: Ontraadt het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding. Wanneer borstvoeding gehandhaafd wordt, de zuigeling monitoren op tekenen van ijzerdeficiëntie.
Waarschuwingen en voorzorgen
Visus- en gehoorstoornissen: Vóór en tijdens de therapie bij chronische ijzer- of aluminiumstapeling iedere drie maanden oftalmologische en audiologische controle uitvoeren, vooral bij lage ferritinespiegels. Patiënten met nierfalen die geregeld dialyse ondergaan en lage ferritinespiegels hebben zijn bijzonder gevoelig voor deze bijwerkingen; visusstoornissen zijn bij hen soms al na een enkele dosis deferoxamine gemeld. De veroorzaakte veranderingen zijn doorgaans reversibel indien in een vroeg stadium vastgesteld. Indien gezichts- en gehoorstoornissen optreden, het gebruik tijdelijk staken en pas voortzetten (in een later stadium, in een lagere dosering) nadat volledige remissie is opgetreden.
Deferoxamine kan het begin van dialysedementie uitlokken. Voorbehandeling met clonazepam kan neurologische achteruitgang voorkómen.
Bij door aluminiumstapeling veroorzaakte encefalopathie kunnen hoge doses deferoxamine de neurologische symptomen versterken (convulsies).
Patiënten met ijzerstapeling zijn bijzonder gevoelig voor infecties. Deferoxamine kan de kans op infecties (m.n. met Yersinia enterocolitica, Y. pseudotuberculosis, Aeromonas hydrophilia, en mogelijk fatale mucormycose) verhogen. Indien tekenen van zulke infecties optreden, de therapie tijdelijk staken en een gepaste antibiotica-/antimycoticakuur instellen.
Wees voorzichtig bij ernstige nierfunctiestoornissen, acuut nierfalen is gemeld.
Bij kinderen het lichaamsgewicht en de lengtegroei iedere drie maanden controleren, omdat groeivertraging is beschreven. Groeivertraging door deferoxamine komt zelden voor indien de dosering lager dan 40 mg/kg wordt gehouden.
Het deferoxamine-ijzercomplex kan de urine roodbruin verkleuren; het is ook dialyseerbaar.
Aan deferoxamine gebonden gallium-67 wordt snel met de urine uitgescheiden. De gallium-67-scanresultaten kunnen hierdoor worden beïnvloed. Geadviseerd wordt 48 uur vóór een scintigrafie de behandeling met deferoxamine te staken.
Overdosering
Symptomen
(Onbedoelde) toediening van een overdosering deferoxamine kan gepaard gaan met o.a. hypotensie, bradycardie of tachycardie. Hoofdpijn, voorbijgaand gezichtsverlies, ototoxiciteit, afasie, agitatie. Maag-darmstoornissen. Acuut nierfalen. Bij zeer hoge doses acute respiratory distress syndrome (ARDS).
Therapie
Dialyse is mogelijk.
Voor meer informatie over een vergiftiging met deferoxamine neem contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Deferoxamine vormt met driewaardige ijzerionen het in water oplosbare, roodbruine ferrioxaminecomplex. De chelaatvorming vindt in een moleculaire verhouding van 1:1 plaats. Het kan ijzer mobiliseren uit verschillende lichaamsproteïnen, met name ferritine en hemosiderine, echter niet uit transferrine, myoglobine en hemoglobuline. Ook aluminium kan door deferoxamine uit de weefsels worden gemobiliseerd door vorming van aluminoxaminecomplex (moleculaire verhouding eveneens 1:1).
Kinetische gegevens
Resorptie | i.m./s.c. snel, ook vanuit de dialysevloeistof bij peritoneaaldialyse. |
T max | i.m. 30 min (deferoxamine), circa 1 uur (ferrioxamine). |
V d | 0,6–1,3 l/kg (deferoxamine), 0,2 l/kg (ferrioxamine). |
Metabolisering | gedeeltelijk in verschillende metabolieten, waarvan er 1 toxische eigenschappen heeft. |
Eliminatie | vnl. met de urine, onveranderd en als ferrioxamine (wat de urine oranje tot roodbruin verkleurt). Ferrioxamine en aluminoxamine kunnen (i.t.t. de vrije ionen) eveneens door hemodialyse worden verwijderd; ook deferoxamine zelf wordt door hemodialyse verwijderd. |
T 1/2el | 6 uur bij gezonde volwassenen; ca. 26 uur bij nierfalen en ca. 2 uur tijdens hemodialyse (deferoxamine); 6–9 uur (ferrioxamine). 2–4 uur tijdens hemodialyse (aluminoxamine). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
deferoxamine hoort bij de groep antidota, ijzerbindende middelen.