pertuzumab/trastuzumab
Samenstelling
Phesgo XGVS Aanvullende monitoring Roche Nederland bv
- Toedieningsvorm
- Oplossing voor injectie
Eén injectieflacon van 10 ml oplossing bevat 600 mg pertuzumab en 600 mg trastuzumab. Elke ml oplossing bevat 60 mg pertuzumab en 60 mg trastuzumab.
- Toedieningsvorm
- Oplossing voor injectie
Eén injectieflacon van 15 ml oplossing bevat 1200 mg pertuzumab en 600 mg trastuzumab. Elke ml oplossing bevat 80 mg pertuzumab en 40 mg trastuzumab.Bevat tevens vorhyaluronidase-alfa.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
pertuzumab/trastuzumab vergelijken met een ander geneesmiddel.
Advies
Zie voor de behandeling van borstkanker de geldende behandelrichtlijn op richtlijnendatabase.nl.
Indicaties
Vroeg HER2-positief mammacarcinoom
- neoadjuvante behandeling van lokaal gevorderde, inflammatoire of vroeg-stadium HER2-positief mammacarcinoom met een hoog recidiefrisico bij volwassenen, in combinatie met chemotherapie.
- adjuvante behandeling van een vroeg-stadium HER2-positief mammacarcinoom met een hoog recidiefrisico bij volwassenen, in combinatie met chemotherapie.
Gemetastaseerd HER2-positief mammacarcinoom
- behandeling van HER2-postief gemetastaseerd of lokaal teruggekeerde, niet-reseceerbaar mammacarcinoom bij volwassenen, die niet eerder is behandeld met chemotherapie of andere anti-HER2-therapie, in combinatie met docetaxel.
Doseringen
Pertuzumab/trastuzumab uitsluitend gebruiken bij patiënten met een HER2-positieve tumor, gedefinieerd als een immunohistochemie (IHC)-score van 3+ en/of een in-situhybridisatie (ISH)-ratio ≥ 2, aangetoond met behulp van een gevalideerde test.
Patiënten die worden behandeld met i.v. monopreparaten van zowel pertuzumab als trastuzumab kunnen worden overgezet naar Phesgo.
Vroeg stadium of gemetastaseerd mammacarcinoom
Volwassenen (incl. ouderen ≥ 65 jaar)
S.c.: de aanbevolen eerste oplaaddosis (ongeacht het lichaamsgewicht) is 1200 mg pertuzumab/600 mg trastuzumab, na 3 weken gevolgd door een onderhoudsdosis 600 mg pertuzumab/600 mg trastuzumab elke 3 weken.
Vroeg stadium mammacarcinoom, neoadjuvant: toedienen gedurende 3–6 cycli als onderdeel van een behandelregime voor vroeg stadium mammacarcinoom.
Vroeg stadium mammacarcinoom, adjuvant: behandelen gedurende 1 jaar (max. 18 cycli) óf tot aan recidief of oncontroleerbare toxiciteit. De behandeling bestaat standaard uit een combinatie met chemotherapie met taxaan/antracycline. Start op dag 1 van de cyclus waarin het taxaan wordt gegeven en continueer de behandeling ook na beëindiging van de chemotherapie.
Gemetastaseerd mammacarcinoom: toedienen in combinatie met docetaxel. De dosering van docetaxel is 75 mg/m² lichaamsoppervlak elke 3 weken (bij goed verdragen eventueel verhogen naar 100 mg/m²) óf 100 mg/m² lichaamsoppervlak elke 3 weken vanaf de start van de behandeling. Pertuzumab/trastuzumab toedienen voorafgaand aan de toediening van docetaxel. De behandeling met pertuzumab/trastuzumab vrev oortzetten tot aan ziekteprogressie of onaanvaardbare toxiciteit, ook als docetaxel wordt gestaakt.
Overschakelen van i.v. pertuzumab i.c.m. trastuzumab op Phesgo: bij patiënten die minder dan 6 weken geleden hun laatste dosis i.v. pertuzumab en trastuzumab kregen: s.c. onderhoudsdosis 600 mg pertuzumab/600 mg trastuzumab elke 3 weken. Bij patiënten die meer dan 6 weken geleden hun laatste dosis i.v pertuzumab en trastuzumb kregen: s.c. oplaaddosis 1200 mg pertuzumab/600 mg trastuzumab, gevolgd door een s.c. onderhoudsdosis 600 mg pertuzumab/600 mg trastuzumab elke 3 weken.
Ouderen: er zijn weinig gegevens over het gebruik bij ouderen ≥ 75 jaar.
Verminderde nierfunctie: bij een licht of matig verminderde nierfunctie is een dosisaanpassing niet nodig. Bij een ernstig verminderde nierfunctie is geen dosisadvies mogelijk, vanwege te weinig gegevens.
Verminderde leverfunctie: bij een verminderde leverfunctie is waarschijnlijk geen dosisaanpassing nodig; echter, gegevens hierover ontbreken.
Ernstige bijwerkingen: zie voor richtlijnen bij (ernstige) bijwerkingen (linkerventrikeldisfunctie) de officiële productinformatie CBG/EMA (rubriek 4.2). Een dosisverlaging van pertuzumab/trastuzumab wordt niet aanbevolen. Van docetaxel en andere chemotherapie kan wel de dosis verlaagd worden, zie daarvoor de afzonderlijke geneesmiddelteksten.
Gemiste dosis: als het interval tussen twee doses < 6 weken is, zo spoedig mogelijk de gebruikelijke onderhoudsdosis toedienen; de volgende onderhoudsdosis dan volgens schema 21 dagen later toedienen. Als het interval tussen twee doses ≥ 6 weken is, zo spoedig mogelijk een oplaaddosis geven en daarna na 21 dagen starten met de onderhoudsdoses.
Toediening
- Uitsluitend voor subcutane toediening, niet intraveneus toedienen.
- De oplaad- en onderhoudsdosis toedienen gedurende respectievelijk 8 en 5 minuten.
- Vanwege de kans op injectiereacties wordt een observatietijd van 30 minuten na afronden van de oplaaddosis en 15 mnuten na afronden van de onderhoudsdosis geadviseerd.
- De toedieningsplaats afwisselen tussen linker- en rechterdij. Nieuwe s.c. injecties geven met ten minste 2,5 cm afstand van een eerdere toedieningsplaats en niet injecteren op plaatsen waar de huid rood, beurs, gevoelig of hard is. Wanneer tevens andere geneesmiddelen s.c. worden gegeven, deze op een andere plek toedienen. De dosis mag niet worden verdeeld over twee spuiten of twee toedieningsplaatsen.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): febriele neutropenie (mogelijk fataal), neutropenie, leukopenie, anemie. Nasofaryngitis. Infusiereactie (mogelijk fataal). Verminderde eetlust. Slapeloosheid. Perifere (sensorische) neuropathie, hoofdpijn, smaakstoornis, duizeligheid, paresthesie. Toegenomen traanproductie. Opvliegers. Hoesten, bloedneus, dyspneu. Misselijkheid, braken, buikpijn, obstipatie, stomatitis, diarree, dyspepsie. Alopecia, huiduitslag, nagelafwijking, jeuk, droge huid. Spierpijn, gewrichtspijn, pijn in de extremiteiten. Mucositis, perifeer oedeem, koorts, vermoeidheid, asthenie, reactie op de injectieplaats.
Vaak (1-10%): paronchyia, bovensteluchtweginfectie. Overgevoeligheid (mogelijk fataal). Linkerventrikeldisfunctie. Rillingen, pijn, oedeem.
Soms (0,1-1%): anafylactische reactie (mogelijk fataal). Congestief hartfalen. Interstitiële longziekte. Pleurale effusie.
Zelden (0,01-0,1%): cytokine-afgiftesyndroom. Tumorlysissyndroom.
Interacties
Er zijn van dit middel geen klinisch relevante interacties bekend.
Zwangerschap
Humaan IgG1 passeert, geleidelijk in toenemende mate, tijdens het 2e en 3e trimester de placenta.
Teratogenese: Bij de mens: onvoldoende gegevens (pertuzumab en trastuzumab). Bij dieren is pertuzumab in hogere doseringen schadelijk gebleken (toename embryonale/foetale sterfte, renale hypoplasie, pulmonale hypoplasie, ventriculaire septumdefecten, kleine skeletafwijkingen). Bij gebruik van trastuzumab tijdens de zwangerschap kan oligohydramnie of anhydramnie bij de foetus optreden, soms met fatale pulmonale hypoplasie.
Advies: Gebruik ontraden.
Overig: Een vruchtbare vrouw dient adequate anticonceptieve maatregelen te nemen tijdens en tot ten minste 7 maanden na de therapie.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Vanwege de molecuulgrootte wordt geen passieve overgang van pertuzumab en trastuzumab in de moedermelk verwacht. Het is onbekend of een actieve overgang plaatsvindt.
Advies: Tijdens en gedurende 7 maanden na de laatste toediening geen borstvoeding geven.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Waarschuwingen en voorzorgen
Linkerventrikeldisfunctie (LVEF-daling) is gemeld bij geneesmiddelen die de werking van HER2 blokkeren, waaronder pertuzumab en trastuzumab. De incidentie van symptomatische systolische linkerventrikeldisfunctie (congestief hartfalen) is hoger bij behandeling met pertuzumab+trastuzumab+chemotherapie dan bij trastuzumab+chemotherapie alleen. De kans hierop is mogelijk groter bij een eerdere behandeling met antracyclinen of radiotherapie van het mediastinum. Bepaal de LVEF voorafgaand aan de behandeling en vervolgens éénmalig bij een neoadjuvante behandeling of elke 12 weken bij een adjuvante behandeling en een gemetastaseerd mammacarcinoom. Zie voor de voorwaarden voor (tijdelijk) staken van de behandeling de officiële productinformatie CBG/EMA (rubriek 4.2). Pertuzumab/trastuzumab is niet onderzocht bij patiënten met: een LVEF < 55% (vroeg stadium mammacarcinoom) of een LVEF < 50% (gemetastaseerd mammacarcinoom) voorafgaand aan de behandeling, een voorgeschiedenis van congestief hartfalen, een LVEF–daling tot < 50% tijdens eerdere adjuvante behandeling met trastuzumab, aandoeningen die de linkerventrikelfunctie kunnen aantasten (bv. slecht controleerbare hypertensie, recent doorgemaakt myocardinfarct, ernstige hartritmestoornis die moet worden behandeld), en een eerdere cumulatieve antracyclineblootstelling van > 360 mg/m² doxorubicine of een equivalent daarvan.
Controleer de patiënt op injectiereacties tijdens en gedurende ten minste 30 min na toediening van de oplaaddosis en tijdens en gedurende ten minste 15 min na toediening van de onderhoudsdosis op injectiereacties, zoals koorts, rillingen of hoofdpijn. Bij het optreden van een significante injectiereactie de injectiesnelheid vertragen of de behandeling onderbreken en zonodig de symptomen behandelen. De behandeling hervatten als alle symptomen zijn verdwenen. Bij ernstige injectiereacties overwegen de behandeling difinitief te staken.
Ernstige pulmonale bijwerkingen, mogelijk fataal, zijn gemeld, zoals interstitiële longziektes (bv. longinfiltraten, acute respiratory distress syndrome (ARDS), pneumonie, pneumonitis, pleurale effusie). Risicofactoren zijn voorafgaande of gelijktijdige behandeling met o.a. taxanen, gemcitabine, vinorelbine of radiotherapie. Pertuzumab/trastuzumab niet geven aan patienten die in rust last hebben van dyspneu door complicaties als gevolg van een maligniteit, omdat zij mogelijk meer kans hebben op pulmonale bijwerkingen. Wees voorzichtig bij pneumonitis, met name bij patiënten die gelijktijdig worden behandeld met een taxaan.
Controleer de patiënt nauwlettend op overgevoeligheidsreacties; ernstige overgevoeligheid, waaronder anafylaxie en gevallen met een fatale afloop zijn gemeld bij pertuzumab en trastuzumab in combinatie met chemotherapie. Het merendeel van de anafylactische reacties trad op tijdens de eerste 6-8 behandelcycli. Bij de NCI–CTCAE graad 4 overgevoeligheidsreactie, bronchospasmen of acute-respiratory-distresssyndroom (ARDS) de behandeling onmiddellijk en definitief staken.
Bij de combinatiebehandeling pertuzumab, trastuzumab én docetaxel is er meer kans op febriele neutropenie, vooral tijdens de eerste drie behandelcycli; deze kan samenhangen met mucositis en diarree. Een pro–actieve behandeling met anti-diarreemiddelen is aan te raden.
Ernstige diarree is gemeld, met name in combinatie met docetaxel. Behandel diarree volgens standaard protocollen en richtlijnen. Vroege interventie met anti-diarreemiddelen is aan te raden, met name bij ouderen en bij ernstige of langdurige diarree. Indien er geen verbetering in conditie van de patiënt optreedt overwegen de behandeling te onderbreken. Indien de diarree onder controle is kan de behandeling worden hervat.
Onderzoeksgegevens: de werkzaamheid en veiligheid bij verminderde leverfunctie en bij ernstig verminderde nierfunctie zijn niet vastgesteld. Er zijn relatief weinig gegevens bij ouderen > 75 jaar. Er is geen relevante toepassing bij kinderen (< 18 j.).
Overdosering
Neem voor informatie over een vergiftiging met pertuzumab/trastuzumab contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Combinatie van pertuzumab, trastuzumab en vorhyaluronidase-alfa. Pertuzumab en trastuzumab zijn recombinant gehumaniseerde monoklonale IgG1-antilichamen die zich richten tegen de humane epidermale groeifactorreceptor 2 (HER2). Van de primaire mammacarcinomen vertoont 20-30% overexpressie van dit eiwit. Pertuzumab en trastuzumab binden beide, zonder concurrentie van elkaar, op een afzonderlijk extracellulair subdomein (respectievelijk II en IV) van HER2. Hierdoor wordt via meerdere signaalcascades HER2-gemedieerde proliferatie- en overlevingssignalen geremd en wordt aangezet tot antilichaam-afhankelijke cellulaire cytotoxiciteit in tumorcellen met een overexpressie van HER2. Vorhyaluronidase-alfa is een enzym dat de absorptie van gecoformuleerde stoffen verbetert wanneer deze subcutaan worden toegediend.
Kinetische gegevens
T max | 3,82 dagen (pertuzumab), 3,84 dagen (trastuzumab) |
Metabolisering | zoals de meeste antilichamen via biodegradatie tot kleine peptiden of aminozuren. |
T 1/2el | ca. 24.3 dagen (pertuzumab) |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
pertuzumab/trastuzumab hoort bij de groep oncolytica, combinatiepreparaten.