Samenstelling
Cerazette
Bijlage 2
Organon Pharma BV
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld
- Sterkte
- 0,075 mg
Strip met 28 tabletten.
Delamonie
Bijlage 2
Sandoz bv
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld
- Sterkte
- 0,075 mg
Strip met 28 tabletten.
Desogestrel
Bijlage 2
Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld
- Sterkte
- 0,075 mg
Strip met 28 tabletten.
Zarelle
Bijlage 2
QliniQ bv
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld
- Sterkte
- 0,075 mg
Strip met 28 tabletten.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
EllaOne (acetaat) XGVS OTC Laboratoire HRA Pharma
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 30 mg
Ulipristal (acetaat) XGVS OTC Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 30 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Bespreek bij een anticonceptiewens de voorkeur, verwachte therapietrouw en persoonlijke situatie van de vrouw. Begeleid haar bij het kiezen voor een passende methode op basis van kenmerken van de verschillende methodes zoals betrouwbaarheid, toepassing, invloed op het bloedingspatroon, (ernstige) bijwerkingen en contra-indicaties; zie tabel 1 en 3 van de NHG-Standaard Anticonceptie. De meest betrouwbare anticonceptiemethoden zijn (in willekeurige volgorde): combinatiepreparaten (pil, pleister, vaginale ring), de pil met alleen progestageen (desogestrel), het implantatiestaafje (etonogestrel), de prikpil (medroxyprogesteron) en de hormoonspiraal (levonorgestrel IUD) of koperspiraal. Bij combinatiepreparaten en bij de pil met alleen progestageen is de betrouwbaarheid afhankelijk van de therapietrouw.
Aan de vergoeding van desogestrel zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.
Advies
Als noodanticonceptie is de koperspiraal (plaatsing binnen 120 uur na onbeschermde coïtus) het meest effectief met een zwangerschapskans van 0,2–1,0%. Andere opties zijn de morning-afterpil met levonorgestrel (inname binnen 72 uur) of ulipristal (inname binnen 120 uur), beiden met een zwangerschapskans van 1–2%. Bespreek de opties en maak in overleg met de vrouw een keuze voor een methode.
Indicaties
- Hormonale anticonceptie.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Noodanticonceptie binnen 120 uur (5 dagen) na onbeschermde geslachtsgemeenschap of falen van de anticonceptie.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Anticonceptie
Volwassenen
75 microg (= 1 tablet) per dag, zonder onderbreking en steeds op dezelfde tijd van de dag innemen.
Geen hormonaal anticonceptivum in de voorafgaande maand: de eerste tablet op de eerste dag van de natuurlijke cyclus (= eerste dag van de menstruatie). Eventueel op dag twee tot vijf beginnen; in dat geval tijdens de eerste 7 dagen van de eerste cyclus aanvullend een barrièremiddel gebruiken.
Na een abortus in het 1e trimester: direct beginnen; aanvullende anticonceptieve maatregelen zijn dan niet nodig.
Na een bevalling, of na een abortus in het 2 e trimester: beginnen tussen dag 21 en dag 28 na de abortus of de partus. Indien later wordt begonnen, de eerste 7 dagen van tabletinname aanvullend een barrièremiddel gebruiken. Indien inmiddels geslachtsgemeenschap heeft plaatsgevonden, zwangerschap uitsluiten of de eerste menstruatie afwachten alvorens te starten met het gebruik.
Van een combinatie hormonaal anticonceptivum overschakelen: starten op de dag na inname van de laatste actieve tablet; van een hormonale vaginale ring of transdermale pleister: starten op de dag van verwijdering. Aanvullende anticonceptieve maatregelen zijn niet nodig. De vrouw kan ook uiterlijk starten op de dag na de gebruikelijke tablet-, pleister-, ringvrije of placeboperiode van het vorige anticonceptivum; in dat geval tijdens de eerste 7 dagen van tabletinname aanvullend een barrièremiddel gebruiken.
Van een andere progestageenmethode overschakelen: van een implantaat of IUD: starten op de dag van verwijdering; van een injectiepreparaat: starten op de dag waarop de volgende injectie zou moeten worden gegeven. Aanvullende anticonceptieve maatregelen zijn niet nodig.
Bij vergeten van inname van tabletten: bij een tijdsinterval van meer dan 36 uur tussen de inname van 2 tabletten kan de anticonceptieve werking verminderd zijn. Indien de vrouw minder dan 12 uur te laat is met het innemen, de tablet alsnog innemen en de volgende tablet op het gebruikelijke tijdstip. Indien de vrouw meer dan 12 uur te laat is, tevens gedurende de eerstvolgende 7 dagen aanvullend een barrièremiddel gebruiken. Als in de eerste week van gebruik tabletten zijn vergeten en er geslachtsgemeenschap in de voorafgaande 7 dagen heeft plaatsgevonden, rekening houden met zwangerschap.
Bij braken of waterdunne diarree: indien binnen 3–4 uur na inname: het advies voor vergeten van inname van tabletten volgen.
Doseringen
Sluit vóór toediening zwangerschap uit, als de menstruatie van de vrouw laat is, of in geval van andere zwangerschapssymptomen.
Noodanticonceptie
Vruchtbare vrouwen, incl. adolescenten
1 tablet zo spoedig mogelijk, maar niet later dan 120 uur (5 dagen) na de onbeschermde gemeenschap of falen van de anticonceptie. Adviseer na het gebruik van ulipristal een condoom te gebruiken, omdat alsnog een ovulatie kan optreden. Bij de start of hervatting van het gebruik van een regulier hormonaal anticonceptivum, aanvullend een condoom gebruiken, tot het anticonceptivum gedurende 14 dagen aaneengesloten is gebruikt (bron: NHG-Standaard Anticonceptie, 2023). Dit aanvullende condoomgebruik is vanwege mogelijke interactie tussen ulipristal en hormonale anticonceptiva (zie ook rubriek Interacties).
Bij braken binnen 3 uur na inname nog een tablet innemen.
Bij een verminderde nierfunctie is een aanpassing van de dosering niet nodig.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): onregelmatig bloedverlies (50%), frequenter bloedverlies (20–30%), minder frequent of uitblijven van bloedverlies (20%). Bloedingsperiodes kunnen in lengte toenemen.
Vaak (1-10%): hoofdpijn. Misselijkheid. Acne. Stemmingswisselingen, depressieve stemming, afgenomen libido. Pijnlijke borsten. Gewichtstoename.
Soms (0,1-1%): vaginale infectie. Dysmenorroe, ovariumcysten. Braken. Alopecia. Slecht verdragen van contactlenzen. Vermoeidheid.
Zelden (< 0,1%): huiduitslag, urticaria en erythema nodosum.
Verder zijn gemeld: borstafscheiding, overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylaxie en angio-oedeem.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): stemmingsstoornis, hoofdpijn, duizeligheid, moeheid. Misselijkheid, buikpijn, braken. Myalgie, rugpijn. Dysmenorroe, bekkenpijn, gevoelige borsten.
Soms (0,1-1%): influenza. Eetluststoornis, emotionele stoornis, angst, slaapstoornis, hyperactiviteitstoornis, verandering in libido. Migraine, visusstoornis. Diarree, droge mond, dyspepsie, flatulentie. Acne, huidlaesies, jeuk. Menorragie, vaginale afscheiding, metrorragie, vaginitis, opvliegers, premenstrueel syndroom. Koude rillingen, malaise, koorts.
Zelden (0,01-0,1%): abnormale sensatie in het oog, oculaire hyperemie, fotofobie. Tremor, dysgeusie, syncope, aandachtsstoornis, desoriëntatie, vertigo. Droge keel, dorst. Overgevoeligheidsreacties zoals huiduitslag, urticaria en angio-oedeem. Genitale jeuk, dyspareunie, geruptureerde ovariumcyste, vulvovaginale pijn, hypomenorroe.
Interacties
Tijdens en tot 4 weken na gebruik van leverenzyminducerende stoffen (anti-epileptica zoals carbamazepine, felbamaat, fenobarbital, fenytoïne, oxcarbazepine, primidon, rufinamide, topiramaat; overige enzyminductoren zoals bosentan, griseofulvine, modafinil, rifabutine, rifampicine, sint-janskruid) is de minipil minder betrouwbaar. Indien deze interactie niet kan worden vermeden, de minipil vervangen door een levonorgestrelbevattend spiraaltje, een koperhoudend spiraaltje of de prikpil. Een andere optie is het gebruik van condooms in combinatie met de minipil; deze gebruiken tot ten minste 4 weken na staken van de inductor.
Veel combinaties van HIV-proteaseremmers en niet-nucleoside reverse-transcriptase remmers, incl. combinaties met HCV-remmers kunnen de plasmaspiegels van progestagenen verlagen of verhogen; raadpleeg de voorschrijfinformatie van deze middelen.
Sterke of matige CYP3A4 remmers (o.a. ketoconazol, itraconazol, claritromycine) kunnen de plasmaspiegel van progestagenen verhogen.
Door gebruik van hormonale anticonceptiva kan de plasmaspiegel van lamotrigine dalen en die van ciclosporine stijgen.
Interacties
CYP3A4-inductoren, zoals bosentan, carbamazepine, efavirenz, etravirine, fenobarbital, fenytoïne, griseofulvine, nevirapine, oxcarbazepine, primidon, rifabutine, rifampicine, ritonavir (langdurig gebruik) en sint-janskruid, kunnen de werking van ulipristal verminderen. Bij gebruik van deze geneesmiddelen in de afgelopen 4 weken, gebruik van ulipristal ontraden; overweeg niet-hormonale noodanticonceptie (een koperspiraal).
De biologische beschikbaarheid neemt af door geneesmiddelen die de pH van de maag verhogen; overweeg een andere methode van noodanticonceptie. Een andere mogelijkheid is het hanteren van een inname-interval; ulipristal ten minste 12 uur na een H2-receptorantagonist innemen, 24 uur na een protonpompremmer, en ten minste 2 uur vóór of 4 uur na een antacidum.
Ulipristal bindt met hoge affiniteit aan de progesteronreceptor; de werking van progestageenhoudende middelen, zoals anticonceptiva en andere noodanticonceptiva, kan hierdoor worden verstoord. Bij de start of hervatting van het gebruik van een hormonaal anticonceptivum, aanvullend een condoom gebruiken tot het anticonceptivum gedurende 14 dagen aaneengesloten is gebruikt. Combinatie met het noodanticonceptivum levonorgestrel wordt ontraden.
Zwangerschap
Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing.
Teratogenese: Er is ruime ervaring met het accidenteel (door)gebruiken van de anticonceptiepil tijdens de vroege zwangerschap. Er zijn geen aanwijzingen voor nadelige effecten van dergelijke lage doseringen progestagenen, ook niet voor genitale afwijkingen.
Overige: Vóór begin van het gebruik zwangerschap uitsluiten. Bij optreden van zwangerschap tijdens het gebruik, de inname staken.
Zwangerschap
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren, onvoldoende gegevens.
Advies: Ulipristal is niet bedoeld voor gebruik tijdens de zwangerschap; het mag niet worden gebruikt tijdens een bestaande of een vermoede zwangerschap. Ulipristal beëindigt echter geen bestaande zwangerschap.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: In geringe mate (etonogestrel); de zuigeling kan per dag ca. 0,01-0,05 microgram etonogestrel/kg lichaamsgewicht via de moedermelk binnenkrijgen. Gegevens over gebruik gedurende zeven maanden leverden geen aanwijzingen op voor een risico voor het zogende kind.
Farmacologisch effect: Uit klinisch onderzoek blijkt desogestrel geen invloed te hebben op de productie en kwaliteit van de moedermelk. Er zijn echter meldingen gedaan van een afname in de productie van moedermelk.
Advies: Kan worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Advies: Ten minste één week na inname geen borstvoeding geven.
Contra-indicaties
- actieve veneuze trombo-embolische aandoening;
- (voorgeschiedenis van) ernstige leveraandoening, zolang de leverfunctie niet is genormaliseerd;
- (voorgeschiedenis van) geslachtshormoon-afhankelijke maligniteit, zoals mammacarcinoom;
- drager BRCA-genmutatie of belaste familieanamnese bij leeftijd > 35 jaar;
- bariatrische chirurgie, gericht op bereiken verminderde absorptie van voedingsstoffen;
- vaginale bloeding met onbekende oorzaak;
- alleen preparaten met sojaolie (bv. Delamonie, Zarelle): allergie voor pinda of soja.
Waarschuwingen en voorzorgen
In epidemiologisch onderzoek is een lichte toename van de kans op mammacarcinoom gerapporteerd bij langer durend gebruik van combinatie-OAC. Voor anticonceptiva die alleen progestageen bevatten geldt mogelijk hetzelfde risico, maar het bewijs hiervoor is minder overtuigend.
In verband met een mogelijk verhoogde incidentie van trombo-embolie bij langdurige immobilisatie overwegen het gebruik te staken. Bij optreden van trombo-embolie het gebruik staken.
Bij diabetes mellitus is met name gedurende de eerste maanden van inname zorgvuldige controle noodzakelijk.
Bij blijvend verhoogde bloeddruk behandeling heroverwegen.
Tijdens gebruik van desogestrel zijn sporadisch extra-uteriene zwangerschappen gerapporteerd. Hoewel desogestrel ovulatieremmend werkt, bij optreden van amenorroe en buikpijn een extra-uteriene zwangerschap in de differentiaaldiagnose meenemen.
Bij predispositie voor melasma, blootstelling aan zonlicht of UV-straling vermijden.
Omdat een effect van progestagenen op leverkanker niet kan worden uitgesloten, bij vrouwen met leverkanker het gebruik heroverwegen.
Depressie is gemeld; adviseer de vrouw contact op te nemen met de arts bij symptomen hiervan, ook kort na aanvang van de behandeling.
De veiligheid en werkzaamheid bij adolescenten onder de 18 jaar zijn niet vastgesteld.
Waarschuwingen en voorzorgen
Nood-anticonceptie is een incidentele methode die in geen geval een reguliere anticonceptiemethode mag vervangen.
Niet in alle gevallen zal gebruik zwangerschap voorkómen. In geval van twijfel (menstruatie > 7 dagen te laat, menstruatie abnormaal van aard, verschijnselen van zwangerschap) moet een zwangerschapstest worden gedaan. Houd rekening met de aanwezigheid van een ectopische zwangerschap, die kan voortduren ondanks een uteriene bloeding. Vrouwen die zwanger zijn geworden na gebruik van ulipristal dienen contact op te nemen met hun arts.
Na gebruik kan de menstruatie soms enkele dagen eerder of later komen dan verwacht; bij ca. 6% meer dan 7 dagen eerder, bij ca. 20% meer dan 7 dagen later en bij ca. 4% meer dan 20 dagen later.
Omdat de vruchtbaarheid na gebruik waarschijnlijk snel terugkeert, een betrouwbaar barrièremiddel (condoom) gebruiken tot aan de volgende menstruatie. Hormonale anticonceptie kan worden hervat of gestart na gebruik van ulipristal, maar de werking ervan kan worden verminderd (zie rubriek Interacties).
Herhaalde toediening binnen dezelfde cyclus wordt afgeraden omdat gegevens over werkzaamheid en veiligheid ontbreken.
Gebruik door vrouwen met ernstig astma die worden behandeld met orale glucocorticoïden wordt niet aanbevolen.
Onderzoek bij leverfunctiestoornissen ontbreekt zodat geen doseringsadvies kan worden gegeven; gebruik bij ernstige leverfunctiestoornissen wordt afgeraden.
Eigenschappen
Progestageen, 'Minipil'. Wordt in het lichaam omgezet in etonogestrel. De anticonceptieve werking berust voornamelijk op remming van de ovulatie. Daarnaast veroorzaakt het een verhoogde viscositeit van het cervixslijm, waardoor zaadcellen minder goed kunnen penetreren. De estradiolplasmaconcentratie wordt verlaagd tot een niveau dat overeenkomt met de vroegfolliculaire fase.
Kinetische gegevens
Resorptie | snel, waarna een omzetting plaatsvindt in het werkzame etonogestrel. |
F | ca. 70% (etonogestrel). |
T max | 1,8 uur. |
Eiwitbinding | 95,5–99% (etonogestrel). |
Metabolisering | via hydroxylering en dehydrogenering tot het actieve etonogestrel, daarna omzetting via CYP3A en vervolgens sulfatering en glucuronidering. |
Eliminatie | als metabolieten met de urine en feces (in de verhouding 1,5:1), als vrij steroïd of in geconjugeerde vorm. |
T 1/2el | ca. 30 uur (etonogestrel). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Selectieve progestageen-receptormodulator met hoge affiniteit voor de progesteronreceptor, minimale affiniteit voor de androgeenreceptor en geen affiniteit voor de humane oestrogeen- en mineralocorticoïdreceptor. In dierproeven is een hoge affiniteit voor de glucocorticoïdreceptor gevonden; bij de mens zijn geen antiglucocorticoïde effecten waargenomen. Ulipristal remt of geeft uitstel van ovulatie via onderdrukking van de LH-piek. Zelfs indien het onmiddellijk voor de ovulatie wordt ingenomen kan het vaak nog de ovulatie uitstellen.
Kinetische gegevens
Resorptie | snel. |
T max | ca. 1 uur. Vetrijk voedsel verhoogt de AUC van ulipristal en zijn actieve metaboliet met ca. 25%. |
Eiwitbinding | > 98%. |
Metabolisering | via vnl. CYP3A4 en voor een klein deel door CYP1A2 en CYP2A6 grotendeels omgezet in enkel- en tweevoudige gedemethyleerde metabolieten en in gehydroxyleerde metabolieten. De enkelvoudige gedemethyleerde metaboliet is farmacologisch actief. |
T 1/2el | 26–39 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
desogestrel hoort bij de groep anticonceptiva, progestagenen.
Groepsinformatie
ulipristal (als noodanticonceptie) hoort bij de groep anticonceptiva, progestagenen.