Samenstelling
Toxogonin (chloride) SERB SA
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Sterkte
- 250 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- ampul 1 ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Norit XGVS OTC Norit Nederland B.V.
- Toedieningsvorm
- Capsule
- Sterkte
- 200 mg
- Toedieningsvorm
- Granulaat voor suspensie 'Carbomix'
- Sterkte
- 50 g
- Verpakkingsvorm
- flacon 50 g
Bevat na reconstitutie ca. 12,5 g/100 ml suspensie.
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 125 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Voor dit geneesmiddel is geen advies vastgesteld.
Advies
Bij acute diarree is in veel gevallen medicatie niet geïndiceerd. Bij dehydratie of een groter risico hierop wordt rehydratievloeistof (ORS) gebruikt. Als diarree om praktische redenen als hinderlijk wordt ervaren, kan loperamide worden toegepast. Bij ernstige infectieuze diarree, diarree bij immuungecompromitteerde patiënten of een Clostridioides difficile-infectie (CDI) is antibiotische behandeling aangewezen.
Het gebruik van adsorbentia, zoals geactiveerde kool, wordt afgeraden bij acute diarree, vanwege het ontbreken van gegevens over de effectiviteit en de kans op bijwerkingen.
Indicaties
- Vergiftiging door organische fosforverbindingen, zoals in plantenziektenbestrijdingsmiddelen en insecticiden (bv. parathion = E 605; Phosdrin; Merkon e.a.) en zoals zenuwgassen in oorlogssituaties (bv. Sarin, Soman, Novichok).
Indicaties
- Ter aanvulling van dieetmaatregelen bij acute diarree, bijvoorbeeld door verandering van dieet of klimaat;
- Acute orale intoxicatie en overdosering van geneesmiddelen.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Intoxicatie door organische fosforverbindingen
Volwassenen
Eerst snel atropine toedienen: 2–5 mg i.v. Herhaal iedere 5–15 min tot het effect van atropine duidelijk is: warme droge huid, droge mond, milde tachycardie. Na de eerste atropinedosering(en) de behandeling met obidoxim starten: 250 mg (1 ampul) langzaam i.v.. Daarna als continu infuus van 750 mg/24 uur zo lang als reactivering van acetylcholinesterase mogelijk is.
Kinderen
Volgens het Kinderformularium van het NKFK: vanaf 1 maand: combineren met atropine i.v. of i.m. 0,05 mg/kg per dosis, zo nodig elke 10–30 min herhalen op geleide van sinusritme. Maximale dosering atropine per dosis: 2 mg. Obidoxim 4–8 mg/kg per dosis in 5–10 minuten. Eventueel na 1–2 uur herhalen. Volgens de fabrikant eerst atropine: 1–3 mg i.v. per dosis. Herhaal iedere 5–15 min tot het effect van atropine duidelijk is: warme droge huid, droge mond, milde tachycardie. Na de eerste atropinedosering(en) de behandeling met obidoxim starten: 4–8 mg/kg lichaamsgewicht langzaam i.v. Continu infuus 10 mg/kg lichaamsgewicht/24 uur zo lang als reactivering van acetylcholinesterase mogelijk is.
Verminderde nierfunctie: bij een glomerulaire filtratiesnelheid <30 ml/min is mogelijk aanpassing van de dosis nodig.
Toediening: obidoxim kan ook i.m. worden toegediend.
Doseringen
Acute diarree
3–4 capsules of 6–9 tabletten per keer, maximaal 12 capsules of 27 tabletten per dag.
Acute orale intoxicatie
Volwassenen en kinderen ≥12 jaar
Eventueel in combinatie met een laxans: 50–100 g (ca. 400-800 ml suspensie = 1-2 flacons) zo spoedig mogelijk toedienen. Bij ernstige intoxicaties de behandeling vervolgen met gedurende enkele dagen 20 g (ca. 160 ml suspensie) elke 4–6 uur.
Kinderen 4–12 jaar
1 g/kg lichaamsgewicht of 25 g (ca. 200 ml suspensie = ½ flacon) zo spoedig mogelijk toedienen; zo nodig enige malen herhalen.
Kinderen < 4 jaar
1 g/kg lichaamsgewicht of 12,5 g (ca. 100 ml suspensie = ¼ flacon) zo spoedig mogelijk toedienen; zo nodig enige malen herhalen.
Toediening
- Capsules en tabletten met water innemen;
- De suspensie onmiddellijk na de bereiding toedienen; bij herhaalde toediening de flacon voor gebruik opnieuw krachtig schudden;
- De suspensieflacon kan worden aangesloten op een maagsonde, raadpleeg hiervoor de bijsluiter. Zie ook de rubriek Waarschuwingen en voorzorgen.
Bijwerkingen
Hoge doses kunnen neuromusculaire blokkade veroorzaken. Verder zijn gemeld: toegenomen hartfrequentie, aritmie, bloeddrukstijging, droge mond, geelzucht en afwijkende leverfunctie, hypo-esthesie, spierzwakte, warm en koud voelen, een mentholsmaak.
Bijwerkingen
Gemeld zijn: braken, obstipatie, buikpijn, diarree, misselijkheid, defecatie aandrang, anale irritatie.
Verder zijn gemeld na meerdere hoge doses: (pseudo-)verstopping van de dunne darm, harde massa's van houtskool-ontlasting (sterkoliet) met perforatie van het sigmoïd colon.
Interacties
Er zijn van dit middel geen interacties bekend. Vanwege de renale uitscheiding is interactie met geneesmiddelen die ook renaal worden uitgescheiden theoretisch mogelijk.
Interacties
Niet toepassen wanneer andere orale therapie, bijvoorbeeld een specifiek antidotum, noodzakelijk is; zie ook de rubriek waarschuwingen en voorzorgen.
Niet gebruiken bij patiënten die anti-peristaltische medicatie gebruiken of een toxische verbinding met antiperistaltische werking hebben ingenomen, vanwege de kans op perforatie als gevolg van paralytische ileus.
Combinatie met oraal toe te dienen geneesmiddelen zoals orale anticonceptiva, hartglycosiden (bv. digoxine) en furosemide kan ertoe leiden dat deze laatste niet of niet goed in het lichaam worden opgenomen.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens.
Advies: In geval van een ernstige intoxicatie dient een zwangere als een niet-zwangere behandeld te worden.
Zwangerschap
Teratogenese: Er zijn geen aanwijzingen voor schadelijke effecten op de foetus.
Farmacologisch effect: Geen, geactiveerde kool wordt niet opgenomen vanuit het maag-darmkanaal.
Advies: Kan worden gebruikt.
Overige: Geactiveerde kool kan de werking van orale anticonceptiva doen afnemen. Aanvullende anticonceptie is noodzakelijk indien de patiënt is ingesteld op een oraal anticonceptivum om een zwangerschap te voorkomen.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Advies: In het algemeen wordt aangeraden geen borstvoeding te geven ten tijde van een intoxicatie.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onwaarschijnlijk aangezien geactiveerde kool niet geabsorbeerd wordt in het maag-darmkanaal.
Advies: Geactiveerde kool kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt. In het algemeen wordt het geven borstvoeding tijdens een intoxicatie echter afgeraden.
Contra-indicaties
- Vergiftiging met cholinesteraseremmende stoffen van het carbamaattype; atropine kan dan wèl gegeven worden.
Contra-indicaties
- intoxicatie door etsende (sterke zuren of basen) of apolaire organische oplosmiddelen (petroleum), zie de rubriek Waarschuwingen en voorzorgen:
- intoxicatie door een stof, waarvoor een specifiek oraal antidotum of andere orale therapie bestaat (cyanide, ijzer, lithium, methanol, ethyleenglycol); zie de rubriek Waarschuwingen en voorzorgen:
- totale gastro-intestinale obstructie of verdenking van ileus (bij toepassing bij diarree);
- plotselinge buikpijn, colitis ulcerosa (bij toepassing bij diarree).
Waarschuwingen en voorzorgen
Het gebruik van obidoxim vervangt nooit de toediening van atropine. Geef atropine bij voorkeur al voordat de patiënt naar het ziekenhuis gaat, om hartstilstand te voorkomen. Geef in ieder geval atropine alvorens over te gaan tot toediening van obidoxim. Bij organofosfaatvergiftiging worden hoge doses atropine verdragen.
Bij vergiftigingen per os, direct de maag spoelen, waarbij wegens aspiratiegevaar de ademhalingswegen zorgvuldig moeten worden vrijgehouden. Rijkelijke toediening van geactiveerde kool is noodzakelijk.
Bij vergiftigingen door huidcontact met een organofosfaat, de kleding verwijderen en het gehele lichaam wassen met een natriumbicarbonaatoplossing of polyethyleenglycol. Als dat niet kan, wassen met water en zeep.
Wees voorzichtig bij patiënten met myasthenia gravis die een cholinesteraseremmer gebruiken, vanwege het risico op een myastene crisis bij toediening van obidoxim.
Controleer de leverfuncties indien hoge dosis obidoxim worden gegeven omdat obidoxim vanaf 8 mg/kg hepatotoxisch kan zijn, veelal van voorbijgaande aard.
Waarschuwingen en voorzorgen
Als andere orale therapie noodzakelijk is, bijvoorbeeld een specifiek antidotum, dan géén geactiveerde kool toepassen. Voor een aantal vergiften/stoffen is een specifiek oraal antidotum aanwezig en is bekend dat ze niet goed worden geadsorbeerd door actieve kool (cyanide, ijzer, lithium, methanol, ethyleenglycol). Niet toepassen bij intoxicatie door etsende (sterke zuren of basen) of apolaire organische oplosmiddelen (petroleum) omdat het de beoordeling van slijmvliezen door middel van oesofago- en gastroscopie bemoeilijkt.
Bij een bewusteloze patiënt kan onder medisch toezicht de suspensie via een maagsonde worden toegediend, dit om verstikking te voorkomen.
Om desorptie van geadsorbeerde toxische stoffen te voorkomen is een snelle maag-darmpassage van belang; zo nodig een osmotisch laxans toedienen (bv. natriumsulfaat).
Voor de behandeling van vruchtbare vrouwen, zie ook de rubriek Zwangerschap.
De ontlasting kleurt zwart.
Hulpstoffen: Glycerol, in het granulaat voor suspensie, kan hoofdpijn, maagklachten en diarree veroorzaken.
Overdosering
Symptomen
Ernstige overdosering met obidoxim kan een averechts effect geven, namelijk verdere remming van acetylcholinesterase en toename van de vergiftigingssymptomen. Daarnaast kan ernstige overdosering voorbijgaande verstoringen van de leverfunctie veroorzaken.
Therapie
Neem voor informatie over een vergiftiging met obidoxim contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Therapie
Inname van hoge doses kan obstructie van de dunne darm veroorzaken. Dit kan worden voorkomen door gelijktijdige toediening van laxeermiddelen zoals natriumsulfaat.
Neem voor meer informatie over een vergiftiging met geactiveerde kool, of over vergiftigingen waarbij geactiveerde kool kan worden ingezet, contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Obidoxim is een antidotum bij een organofosfaatvergiftiging. Het reactiveert de geblokkeerde acetylcholinesterases. Obidoxim wordt in combinatie met atropine toegepast, waarbij atropine de muscarinerge symptomen van de vergiftiging tegengaat, en obidoxim de nicotinerge. Een significant effect wordt gezien bij plasmaspiegels van 10–20 micromol (3,6–7,2 mg) obidoximchloride/liter. Bij hogere dan de aanbevolen doseringen, kan juist remming van acetylcholinesterasen optreden.
Kinetische gegevens
T max | 20–40 minuten. |
V d | 0,171 l/kg; bij organofosfaatvergiftiging hoger, tot 0,32 l/kg. |
Eliminatie | snel, voornamelijk met de urine. |
T 1/2el | ca. 2 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Geactiveerde kool is een op speciale wijze verkoold materiaal van plantaardige herkomst met een groot inwendig oppervlak, dat een groot spectrum aan stoffen in het maag-darmkanaal kan adsorberen. Door deze adsorptie ontstaat een concentratieverval tussen circulerend plasma en darminhoud. Passief opgenomen verbindingen kunnen weer terug naar de darm diffunderen en bij herhaalde toediening van geactiveerde kool alsnog verwijderd worden.
Kinetische gegevens
Resorptie | er vindt geen absorptie van geactiveerde kool plaats. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
obidoxim hoort bij de groep antidota, overige.
- acetylcysteïne (bij paracetamolintoxicatie) (V03AB23) Vergelijk
- andexanet alfa (V03AB38) Vergelijk
- calciumgluconaat (cutaan) (D11AX03) Vergelijk
- flumazenil (V03AB25) Vergelijk
- fomepizol (V03AB34) Vergelijk
- fysostigmine (V03AD19) Vergelijk
- geactiveerde kool (A07BA01) Vergelijk
- hydroxocobalamine (als antidotum) (V03AB33) Vergelijk
- idarucizumab (V03AB37) Vergelijk
- methylthionine (V03AB17) Vergelijk
- naloxon (V03AB15) Vergelijk
- protamine (V03AB14) Vergelijk
- sugammadex (V03AB35) Vergelijk
Groepsinformatie
geactiveerde kool hoort bij de groep antidota, overige.
- acetylcysteïne (bij paracetamolintoxicatie) (V03AB23) Vergelijk
- andexanet alfa (V03AB38) Vergelijk
- calciumgluconaat (cutaan) (D11AX03) Vergelijk
- flumazenil (V03AB25) Vergelijk
- fomepizol (V03AB34) Vergelijk
- fysostigmine (V03AD19) Vergelijk
- hydroxocobalamine (als antidotum) (V03AB33) Vergelijk
- idarucizumab (V03AB37) Vergelijk
- methylthionine (V03AB17) Vergelijk
- naloxon (V03AB15) Vergelijk
- obidoxim (V03AB13) Vergelijk
- protamine (V03AB14) Vergelijk
- sugammadex (V03AB35) Vergelijk