Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Tetracycline (hydrochloride) Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Capsule, hard
Sterkte
250 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

In het algemeen: Bij de behandeling van algemene infecties gaat bij de tetracyclinen de voorkeur uit naar doxycycline op grond van bijwerkingen, interacties en farmacokinetische parameters.

Acute faryngotonsillitis, otitis media acuta en urineweginfecties: tetracycline komt pas bij behandeling van deze infecties (bv. ook een acute prostatitis) in aanmerking op basis van onderzoek naar de aard en de gevoeligheid van de verwekker; dit onderzoek is noodzakelijk om uit te voeren na gebleken onvoldoende effect van de middelen die geadviseerd worden voor de initiële empirische behandeling (zie hiervoor de links in deze alinea).

Start bij een urineweginfectie met tekenen van weefselinvasie bij volwassenen met antibiotica met voldoende weefselpenetratie, zoals in de eerstelijnszorg met ciprofloxacine, cotrimoxazol of amoxicilline/clavulaanzuur. Start in de tweedelijnszorg met intraveneuze toediening van amoxicilline óf een tweede generatie cefalosporine mét een aminoglycoside óf een i.v. derde generatie cefalosporine als monotherapie. Neem altijd een kweek af, start daarna de behandeling ‘blind’ en pas deze zo nodig aan op basis van de kweekuitslag en/of resistentiebepaling.

Tetracycline komt niet voor in de Nederlandse richtlijnen voor de behandeling van CAP. Voor de keuze van de juiste standaardbehandeling zie community-acquired pneumonie (CAP).

De behandeling van acne vulgaris in de eerstelijnszorg wordt bepaald door de ernst van de acne en de eerder toegepaste (zelf)behandeling. Behandel milde acne in eerste instantie met benzoylperoxide 5% of een lokaal retinoïde; combineer dit bij onvoldoende effect met een lokaal antibioticum. Bij matig-ernstige acne direct starten met een lokaal antibioticum in combinatie met benzoylperoxide 5% of een lokaal retinoïde. Vervang bij onvoldoende effect het lokaal antibioticum door een oraal antibioticum. Bij ernstige acne direct starten met een oraal antibioticum in combinatie met benzoylperoxide 5% of een lokaal retinoïde. Overweeg bij ernstige of therapieresistente matig ernstige acne bij onvoldoende effect van een oraal antibioticummonotherapie met isotretinoïne; verwijs hiervoor naar de dermatoloog of behandel eventueel zelf.

Van de orale antibiotica heeft doxycycline de voorkeur boven tetracycline vanwege de eenmaaldaagse toediening en gebruik tijdens de maaltijd.

In de tweedelijnszorg is bij milde tot matig ernstige acne een lokaal combinatiepreparaat eerste keus: kies uit adapaleen/benzoylperoxide, tretinoïne/clindamycine of benzoylperoxide/clindamycine. Geef bij (matig) ernstig acne een combinatie van oraal doxycycline met adapaleen/benzoylperoxide of met azelaïnezuur. Overweeg bij therapieresistente (matig-)ernstige acne monotherapie met isotretinoïne. Zie voor meer informatie de NVDV-richtlijn Acne vulgaris op richtlijnendatabase.nl.

Bacteriële huidinfecties: probeer met hygiënische maatregelen uitbreiding van bacteriële huidinfecties of besmetting van anderen tegen te gaan. Behandel oppervlakkige bacteriële huidinfecties met een lokaal antimicrobieel middel. Bij impetigo en impetiginisatie heeft lokaal fusidinezuur de voorkeur. Bij diepe huidinfecties zijn meestal orale antibiotica geïndiceerd of is operatief ingrijpen noodzakelijk. Bij orale antimicrobiële behandeling heeft een smalspectrum-penicilline de voorkeur. Macroliden of clindamycine zijn alternatieven wanneer bijvoorbeeld penicillinen niet worden verdragen. Bij bijtwonden heeft een breedspectrum-penicilline de voorkeur. Bij de behandeling van algemene huidinfecties gaat bij de tetracyclinen de voorkeur uit naar doxycycline op grond van bijwerkingen, interacties en farmacokinetische parameters.

Na een tekenbeet kan worden afgewacht of preventief worden behandeld met een eenmalige dosering doxycycline of azitromycine. Erythema migrans behandelen met doxycycline. Amoxicilline of azitromycine zijn een alternatief indien doxycycline gecontra-indiceerd is.

De medicamenteuze behandeling van soa’s is afhankelijk van het type verwekker en het resistentiepatroon. Geef voorlichting over veilig vrijen en partnerwaarschuwing.

Bij gonorroe is ceftriaxon eerste keus. Bij contra-indicaties komen op basis van een kweekuitslag met resistentiebepaling ciprofloxacine, amoxicilline (offlabel) of als derde keuze azitromycine (offlabel) in aanmerking. Azitromycine kan ook ‘blind’ gegeven worden, als het niet mogelijk is een kweekuitslag met resistentiebepaling af te wachten.

Behandel syfilis met benzathinebenzylpenicilline (i.m.) of benzylpenicilline (i.v.), afhankelijk van het stadium. Bij een penicilline-allergie is doxycycline een alternatief. Overweeg na eerdere, (mogelijk) IgE-gemedieerde, ernstige overgevoeligheidsreacties, bij behandeling van neurosyfilis of behandeling van syfilis tijdens de zwangerschap penicilline-desensibilisatie gevolgd door benzylpenicilline of, na ernstige (waarschijnlijk) niet-IgE-gemedieerde of na eerdere niet-ernstige overgevoeligheidsreacties, ceftriaxon (i.v.).

Tetracycline behoort niet tot de voorkeursmiddelen bij de behandeling van gonorroe. Het kan gegeven worden als vooraf een gevoeligheidstest wordt uitgevoerd, vanwege de hoge mate van resistentie van gonokokken tegen tetracycline.

Indicaties

Infecties door micro-organismen die gevoelig zijn voor tetracycline, zoals infecties van:

  • de luchtwegen (met inbegrip van KNO-infecties);
  • het urogenitale stelsel (met inbegrip van ongecompliceerde gonorroe);
  • huid en weke delen (ook met inbegrip van acne);
  • het maag-darmkanaal;
  • het oog (m.n. trachoom).

Gerelateerde informatie

Doseringen

Nadat de karakteristieke symptomen of de koorts zijn verdwenen, de therapie in het algemeen nog gedurende 1–3 dagen voortzetten.

Een infectie door Streptococcus haemolyticus (groep A), waarvan de gevoeligheid is bepaald, dient gedurende ten minste 10 dagen te worden behandeld.

Klap alles open Klap alles dicht

Algemene richtlijn

Volwassenen

250 mg 4×/dag; maximaal 2 g per dag.

Kinderen ≥ 8 jaar

20–40 mg/kg lichaamsgewicht per dag verdeeld over 4 doses.

Ongecompliceerde gonorroe

Volwassenen

500 mg 4×/dag gedurende 5 dagen.

Ongecompliceerde non-gonokokkenurethritis

Volwassenen

500 mg 4×/dag gedurende 7 dagen.

Acne vulgaris

Volgens de NHG-Standaard Acne (juni 2024): 2×/dag 250–500 mg. Behandelduur: Minimaal 6 weken, en om resistentie te voorkomen max. 3 maanden. Evalueer na 6 weken. Staak de behandeling zonder afbouwen, als er geen verbetering meer optreedt.

Bij lichte tot matig gestoorde lever- of nierfunctie: De totale dosis verlagen door reductie van elke dosis en/of door de tijdsduur tussen de doses te verlengen.

Toediening

  • In verband met de kans op slokdarm- en/of maagirritatie de tabletten 1 uur vóór of 2 uur na de maaltijd heel innemen in zittende of staande houding met een ruime hoeveelheid water. Na de inname niet meteen gaan liggen.
  • Bij het optreden van maag-darmklachten, innemen mét voedsel, echter niet met melkproducten in verband met een klinisch belangrijke afname van de absorptie van tetracycline.

Bijwerkingen

Soms (0,1-1%): exfoliatieve dermatitis.

Verder zijn gemeld: maag-darmstoornissen zoals misselijkheid, braken, diarree, anorexie, zwarte tong, stomatitis, glossitis, dysfagie, enterocolitis met inbegrip van stafylokokken-enteritis, pseudomembraneuze colitis, en inflammatoire laesies en jeuk in de anogenitale streek. Leverbeschadiging (soms met pancreatitis). Bomberende fontanel (kinderen), benigne intracraniële hypertensie (volwassenen). Pericarditis. Maculopapuleuze en erythemateuze uitslag, urticaria, angio-oedeem, anafylactische reacties, anafylactoïde purpura, fotodermatitis, verergering lupus erythematodes disseminatus, 'fixed drug eruption' (huidafwijking die ontstaat door overgevoeligheid, wordt gekenmerkt door een scherp afgegrensd, verheven gebied met roodheid en soms blaarvorming). Hemolytische anemie, trombocytopenie, neutropenie, eosinofilie en vermindering protrombine-activiteit. Stijging ureumgehalte van het bloed, verergering van uremie (bij verminderde nierfunctie). Negatieve beïnvloeding van botten en tanden bij kinderen, broze botten. Bij langdurig gebruik vitamine B-deficiëntie.

Interacties

Vermijd toediening vlak vóór, tijdens of na een kuur met (orale) retinoïden, omdat hierbij meer kans is op een verhoogde intracraniële druk.

De werking van bactericide antibiotica wordt in vitro geantagoneerd door tetracylinen. Klinisch is dit alleen van belang gebleken bij levensbedreigende infecties zoals meningitis, endocarditis, sepsis, en daarnaast bij patiënten met ernstige neutropenie; vermijd in deze gevallen de combinatie.

Voorzichtig met comedicatie die potentieel hepatotoxisch is.

Orale calcium-, magnesium-, bismut-, aluminium-, ijzer- en zinkbevattende preparaten verminderen de absorptie van tetracycline, geactiveerde kool en ionenwisselaars verminderen eveneens de absorptie; tetracycline ten minste 2 uur vóór of 4 uur na deze preparaten innemen.

De werking van vitamine K-antagonisten kan worden versterkt; controleer de protrombinetijd/INR bij gelijktijdig gebruik.

Bij gelijktijdig gebruik van methoxyfluraan en verwante anesthetica neemt de kans op nefrotoxische reacties toe.

Zwangerschap

Tetracycline passeert de placenta. Concentraties in navelstrengbloed en vruchtwater zijn 50–70% ten opzichte van de plasmaconcentratie van de moeder.

Teratogenese: Bij de mens zijn er onvoldoende gegevens over het gebruik van tetracycline tot week 16 van de zwangerschap. Met gebruik van tetracycline in het 1e trimester is een redelijke mate van ervaring opgedaan, ca. 1000 gevolgde zwangerschappen, hierbij werd geen eenduidig verhoogd risico op aangeboren afwijkingen gezien. Dit aantal is echter te laag voor een goede risico-inschatting. Uit waarnemingen bij de mens is gebleken dat tetracycline vooral vanaf week 16 schadelijk is voor de foetus omdat de osteogenese wordt vertraagd, waardoor beenderen brozer worden en de tandontwikkeling (van het melkgebit) ongunstig wordt beïnvloed (irreversibele tandverkleuring, emailhypoplasie). De vertraagde osteogenese is reversibel en wordt voornamelijk bij prematuren gezien.

Farmacologisch effect: Er is meer kans op een hepatotoxisch effect bij de moeder bij hoge doseringen, vooral bij gebruik tijdens de tweede helft van de zwangerschap.

Advies: Gebruik is gecontra-indiceerd.

Overig: Vóór behandeling van een vruchtbare vrouw zwangerschap uitsluiten.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja, in kleine hoeveelheden. In de moedermelk worden tetracyclinen voor een deel geïnactiveerd door het aanwezige calcium.

Farmacologisch effect: Ongunstige invloed op de bot- en tandontwikkeling bij de zuigeling is mogelijk, dit is waargenomen bij directe toepassing van tetracyclinen bij kinderen. Het wordt onwaarschijnlijk geacht dat de minimale hoeveelheden tetracyclinen in de borstvoeding bij een korte kuur het gebit en de botten van de zuigeling aantasten.

Advies: Kan kortdurend (< 3 weken) waarschijnlijk veilig worden gebruikt. Vermijd langdurig gebruik (zoals bij de indicatie acne).

Contra-indicaties

  • Ernstig verminderde lever- en/of nierfunctie;
  • Overgevoeligheid voor tetracyclinen;
  • Toepassing bij kinderen jonger dan 8 jaar.

Voor meer contra-indicaties zie de rubrieken Zwangerschap en Lactatie.

Waarschuwingen en voorzorgen

Tussen tetracyclinen onderling bestaat kruisovergevoeligheid en kruisresistentie. Resistentie kan zich snel ontwikkelen. Houd rekening met superinfecties door resistente micro-organismen (o.a. Candida spp., stafylokokken). In geval van superinfectie de toediening staken. Bij optreden van ernstige diarree met koorts tijdens de behandeling, de diagnose pseudomembraneuze colitis of stafylokokken-enteritis overwegen.

Afzetting in groeiend tandweefsel veroorzaakt permanente verkleuring van gebitselementen en botweefsel wordt brozer.

Bij langdurige behandeling wordt aangeraden nier-, lever- en hematologische parameters te controleren.

  • Tetracyclinen kunnen, vanwege een anti-anabole werking, een verhoging van het ureumgehalte in bloed veroorzaken. Bij nierfunctiestoornissen kunnen hogere concentraties van tetracycline leiden tot uremie, hyperfosfatemie en acidose.
  • In geval van een nier- of leverafwijking kunnen zelfs normale doses leiden tot systemische accumulatie van het middel en mogelijk leververgiftiging. Als lichte tot matige lever- of nierfunctiestoornissen bestaan, de behandeling nauw controleren en de dosering eventueel aanpassen.
  • Bij eerste tekenen van hepatitis of SLE de behandeling onmiddellijk staken.

Langdurig gebruik kan leiden tot een vitamine B-deficiëntie door eradicatie van vitamine B-producerende bacteriën in de darm.

Fotodermatitis kan optreden bij blootstelling aan direct zonlicht of UV-stralen tijdens het gebruik, zich uitend als abnormaal hevige zonnebrandreactie; bij de eerste tekenen van huiderytheem het gebruik staken.

Benigne intracraniële hypertensie (bij volwassenen) en een bomberende fontanel (bij jonge kinderen) zijn meestal reversibel na staken van de behandeling; aanhoudende symptomen zoals hoofdpijn en/of visusstoornissen zijn echter mogelijk.

Tetracyclinen kunnen aspecifieke glucosebepalingen in de urine verstoren, ook kunnen fout-positieve catecholamineconcentraties in de urine optreden.

Eigenschappen

Bacteriostatisch antibioticum behorend tot de tetracyclinen. Tetracycline bindt reversibel aan het 30S- en 50S-gedeelte van de ribosomen in de bacteriële cel, waardoor remming optreedt van de ribosomale eiwitsynthese. Afhankelijk van de bereikte concentratie en de bacteriesoort kan er ook een bactericide effect optreden. Het werkingsspectrum is breed. Resistentie is plasmide-gemedieerd. In de regel is er sprake van kruisresistentie binnen de groep tetracyclinen.

Gewoonlijk gevoelig zijn:

  • Gram-positief: Cutibacterium acnes (voorheen Propionibacterium acnes), α- en β-hemolytische streptokokken, Streptococcus pneumoniae, Staphylococcus aureus en Staphylococcus epidermidis.
  • Gram-negatief: Brucella spp., Haemophilus influenzae en Neisseria gonorrhoeae.
  • Overig: Chlamydia spp., Mycoplasma spp. inclusief Ureaplasma urealyticum; Rickettsia spp.

Matig gevoelig zijn:

  • Gram-positief: Bacillus anthracis en Listeria monocytogenes.
  • Gram-negatief: Bacteroides spp., Enterobacter spp., Escherichia coli, Klebsiella spp., Salmonella spp. en Shigella spp.

Resistent zijn:

  • Gram-positief: enterokokken.
  • Gram-negatief: Proteus spp., Providencia spp., Pseudomonas spp. en Serratia spp. (incl. S. marcescens).

Kinetische gegevens

Resorptie oraal 75–80%, sterk lager na inname van voedsel of melk.
F ca. 80% (nuchtere maag).
T max 2–4 uur.
Overig Tetracycline bereikt een hogere concentratie in de meeste organen en lichaamsvloeistoffen dan in het plasma, vooral in de gal. Stapeling in tandbeen en bot. De penetratie in de liquor is vrij gering, maar neemt toe bij ontstoken hersenvliezen (15–30% van de plasmaconcentratie). De diffusie in vetweefsel is gering. Tetracycline ondergaat een enterohepatische kringloop.
Metabolisering in geringe mate.
Eliminatie vnl. onveranderd, met de urine (50–80%) en de feces (20–50%). Uitscheiding via de nieren gebeurt door middel van glomerulaire filtratie. Hemodialyse en peritoneale dialyse elimineren tetracycline niet in significante mate.
T 1/2el 6–12 uur, bij gestoorde nierfunctie 60–120 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd