Samenstelling
Prialt als acetaat Riemser Pharma GmbH
- Toedieningsvorm
- Infusievloeistof
- Sterkte
- 100 microg/ml
- Verpakkingsvorm
- 1 ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Penthrox XGVS Medical Developments NED B.V.
- Toedieningsvorm
- Vloeistof voor inhalatiedamp
- Sterkte
- 99,9 %
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Ziconotide wordt intrathecaal toegepast bij de behandeling van ernstige chronische pijn wanneer pijnbestrijding met spinaal toegediend morfine en eventueel andere middelen onvoldoende effectief is of wegens bijwerkingen niet meer mogelijk is.
Advies
Voor de toepassing van methoxyfluraan als pijnstiller is geen advies vastgesteld.
Indicaties
- Ernstige, chronische pijn bij volwassenen bij wie intrathecale pijnstilling noodzakelijk is.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Snelle verlichting van matige tot ernstige aan trauma gerelateerde pijn bij volwassenen die bij bewustzijn zijn.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Pijn
Volwassenen, inclusief ouderen
Begindosering: maximaal 2,4 microg/dag via een intrathecale katheter, als continue infuus. Dosistitratie is individueel en afhankelijk van de pijnstillende werking en de bijwerkingen. Het aanbevolen interval voor dosisverhoging is 48 uur of langer, maar ten minste 24 uur. De dosisstappen zijn maximaal 2,4 microg/dag, tot gewoonlijk 6,0 microg/dag, soms lager (3,0-4,5 microg/dag kan voldoende zijn), soms hoger (meestal ≤ 9,6 microg/dag). De maximale dosis is 21,6 microg/dag. In geval van bijwerkingen kan de dosis met elke hoeveelheid worden verlaagd, inclusief het volledig stoppen van de toediening. Bij onvoldoende effect (minder dan 20% pijnreductie bij de maximaal verdraagbare dosis) de behandeling staken.
Doseringen
Aan trauma gerelateerde pijn
Volwassenen (incl. ouderen)
De patiënt dient zelf de inhoud van 1 flesje van 3 ml toe als eenmalige dosering via de bijbehorende draagbare inhalator, onder toezicht van iemand die is opgeleid in de toediening met de inhalator. Voortdurende inhalatie van een flesje van 3 ml geeft pijnverlichting tot 25–30 minuten; inhalatie met tussenpozen kan de pijn langer verlichten. Zo nodig kan de patiënt een tweede flesje toedienen. Max. 6 ml per dag en 15 ml per week; methoxyfluraan niet op achtereenvolgende dagen laten toedienen.
Verminderde nierfunctie: voorzichtig gebruiken.
Verminderde leverfunctie: bij toepassing vaker dan 1× per 3 maanden, zorgvuldig afwegen.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): verwardheid, duizeligheid, nystagmus, geheugenstoornissen, hoofdpijn, slaperigheid, wazig zien, misselijkheid, braken, afwijkende gang, asthenie.
Vaak (1-10%): angst, visuele of gehoorshallucinatie, slapeloosheid, agitatie, desoriëntatie, depressie, paranoia, prikkelbaarheid, nervositeit, emotionele labiliteit, veranderingen in mentale toestand. Spraakstoornis, amnesie, dysgeusie, tremor, gestoord evenwicht, ataxie, afasie, branderig gevoel, sedatie, paresthesie, hyper- of hypo-esthesie, aandachtsstoornis, a– of hyporeflexie, abnormale coördinatie, cognitieve stoornis, verlaagd bewustzijnsniveau, vermoeidheid, koorts, lethargie, stijfheid, koude gevoel. Ageusie, parosmie, visusstoornis, diplopie, fotofobie, vertigo, tinnitus. (Orthostatische) hypotensie, dyspneu, jeuk, toegenomen transpiratie, spierpijn, spierspasmen, spierzwakte, gewrichtspijn, perifere zwelling. Anorexie, diarree, droge mond, obstipatie, buikpijn, gewichtsverlies. Urineretentie, dysurie, urine–incontinentie, verhoogde creatinekinasewaarde.
Soms (0,1-1%): dyspepsie, huiduitslag, problemen met lopen, sepsis, meningitis, delirium, psychose, agressiviteit, suïcidaal gedrag, gedachtenblokkade, abnormale dromen, bewustzijnsverlies, coma, stupor, convulsies, CVA, encefalopathie, atriumfibrilleren, ademnood, rabdomyolyse, myositis, rugpijn, nekpijn, acuut nierfalen, afwijkend ecg, stijging van ASAT.
Verder is gemeld: anafylactische reactie.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): duizeligheid.
Vaak (1-10%): euforie. Geheugenverlies, dysartrie, dysgeusie, hoofdpijn, slaperigheid, gevoel dronken te zijn. Hypotensie. Hoesten. Misselijkheid.
Soms (0,1-1%): toegenomen eetlust. Braken. Angst, depressie, aandachtsstoornis, ongeremd gedrag. Paresthesie, perifere sensorische neuropathie. Dubbelzien. Blozen. Lokale klachten in de mond, speekselvloed, droge mond. Hyperhidrose. Vermoeidheid, rillingen, ontspannen gevoel.
Verder zijn gemeld: emotionele labiliteit, onrust, verwardheid, rusteloosheid. Veranderd bewustzijn, nystagmus. Visusstoornis. Schommelende bloeddruk. Zich verslikken, ademhalingsdepressie, hypoxie. Braken. Leverfalen, hepatitis, geelzucht. Nierfalen. Verhoogde serumconcentraties van: leverenzymen, urinezuur, ureum en creatinine.
Interacties
Bij gelijktijdig gebruik van baclofen, clonidine, bupivacaïne of propofol is een hogere incidentie van slaperigheid waargenomen.
Bij toevoeging van ziconotide aan intrathecaal morfine zijn relatief vaak neuropsychiatrische bijwerkingen (zoals verwardheid, paranoïde reacties en hallucinaties) gemeld, alsmede een abnormale loop, braken, anorexie en perifeer oedeem. Toevoeging van intrathecaal morfine aan ziconotide wordt beter verdragen; wel is jeuk gemeld.
Interacties
Bij toepassing in analgetische dosering zijn geen interacties gemeld.
Methoxyfluraan wordt gemetaboliseerd door CYP2E1, CYP2B6 en in mindere mate door CYP2A6. Enzyminductoren maken dat de toxische grens van toxische metabolieten van methoxyfluraan eerder bereikt wordt. Vermijd daarom alcohol of isoniazide (inductoren van CYP2E1), carbamazepine, efavirenz, rifampicine of nevirapine (inductoren voor CYP2B6) en fenobarbital of rifampicine (inductoren van CYP2A6).
Vermijd combinatie met nefrotoxische middelen (bv. tetracycline, gentamicine, colistine en amfotericine B.)
Niet toepassen voorafgaand aan anesthesie door middel van sevofluraan; de fluorideconcentratie in het serum kan toenemen en daarmee de kans op nefrotoxiciteit.
Combinatie met middelen die het centrale zenuwstelsel onderdrukken kan tot een versterkte demping hiervan leiden.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens, bij dieren schadelijk gebleken: vermindering van aantal levende embryo's is waargenomen.
Advies: Gebruik ontraden.
Overig: een vruchtbare vrouw dient adequate anticonceptie toe te passen.
Zwangerschap
Methoxyfluraan passeert de placenta bij dieren.
Teratogenese: Bij dieren is reproductietoxiciteit aangetoond (vertraagde foetale ontwikkeling).
Farmacologisch effect: Neonatale ademhalingsdepressie is gemeld bij gebruik van hoge dosering bij obstetrische analgesie.
Advies: Voorzichtigheid is geboden, met name in het 1e trimester.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Advies Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Advies: Voorzichtigheid is geboden.
Contra-indicaties
- Intrathecale chemotherapie;
- Psychose of suïcidale neigingen bij eerdere behandeling met ziconotide;
- Infectie op de injectieplaats;
- Hemorragische diathese die niet onder controle is;
- Obstructie van het spinale kanaal die de liquorcirculatie belemmert.
Contra-indicaties
- toepassing als anestheticum;
- overgevoeligheid voor een (ander) gefluorideerd anestheticum;
- maligne hyperthermie (incl. genetische aanleg ervoor);
- ernstige bijwerkingen na eerdere toediening van inhalatieanesthetica (ook bij familieleden);
- leverschade na eerdere toediening van methoxyfluraan of een ander gehalogeneerd koolwaterstof-anestheticum;
- nierinsufficiëntie;
- verminderd bewustzijn, bv. door hoofdletsel, geneesmiddel- of alcoholgebruik;
- cardiovasculaire instabiliteit;
- ademhalingsdepressie.
Waarschuwingen en voorzorgen
Voorzichtigheid is geboden bij patiënten die systemische chemotherapie ondergaan en bij behandelinglanger dan 3 weken, omdat klinische gegevens ontbreken.
Een neuropsychiatrische evaluatie voorafgaand en aan het begin van de behandeling wordt aanbevolen omdat cognitieve en neuropsychiatrische bijwerkingen kunnen optreden. Cognitieve disfunctie, met name verwardheid, treedt gewoonlijk op na enkele weken en is doorgaans reversibel binnen 1–4 weken na staken van de behandeling. Bij cognitieve stoornissen of acute psychiatrische stoornissen (zoals hallucinaties, paranoïde reacties, vijandigheid, delirium, psychose, manie) zo nodig de dosering verlagen of de behandeling staken. Ook als er verschijnselen van een depressie ontstaan is een neuropsychiatrische evaluatie aangewezen.
Monitor patiënten met een voorgeschiedenis van aan zelfmoord gerelateerde voorvallen voorafgaand aan de behandeling zorgvuldig: zij hebben een grotere kans op suïcidale gedachten of gedrag.
Bij bewustzijnsverlaging de behandeling tijdelijk staken totdat deze voorbij is.
Er is door de toedieningsweg kans op een levensbedreigende meningitis.
Bij overschakelen van een intrathecaal opioïd naar ziconotide de dosering van het opioïd over een periode van enkele weken verminderen en vervangen door een equivalente dosering oraal opioïd.
De veiligheid en effectiviteit bij kinderen < 18 jaar zijn niet vastgesteld.
Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Raadpleeg ‘Rij Veilig met Medicijnen’ van het IVM.
Waarschuwingen en voorzorgen
Niertoxiciteit: de aanbevolen dosis niet overschrijden, omdat dan significante nefrotoxiciteit incl. nierfalen kan optreden. Wees voorzichtig bij ouderen of andere patiënten met risicofactoren voor nierfalen.
Levertoxiciteit: methoxyfluraan wordt in de lever gemetaboliseerd. Wees voorzichtig bij patiënten met onderliggende leveraandoeningen. Er is meer kans op leverschade bij herhaalde toepassing van gehalogeneerde koolwaterstof-anesthetica binnen drie maanden.
Cardiovasculair: Effecten op bloeddruk en hartslag zijn klasse-effecten. Bij toepassing als pijnstiller zijn deze effecten niet significant, wees echter voorzichtig bij ouderen met hypotensie en bradycardie.
Effect op het centrale zenuwstelsel (bv. sedatie) is een klasse-effect en kan de toediening door de patiënt zelf beperken.
Ademhalingsdepressie is gemeld, ook bij doseringen voor pijnverlichting. Monitor de ademhaling.
Niet geschikt voor behandeling van doorbraakpijn.
De inhalator alleen toepassen met de actieve kool-kamer om de uitgeademde methoxyfluraan op te vangen; bij zorgpersoneel dat aan methoxyfluraan werd blootgesteld zijn verhoogde serumspiegels van leverenzymen, ureum en urinezuur gemeld; daarnaast ook duizeligheid, hoofdpijn, misselijkheid en malaise.
Niet toepassen bij kinderen en jongeren tot 18 jaar.
Overdosering
Symptomen
Slaperigheid, bleekheid en spierverslapping. Dosisgerelateerde nefrotoxiciteit incl. nierfalen (veel waterige urine, weinig klaring van toxinen) kunnen optreden. Demping van het cardiovasculaire en respiratoire systeem kan optreden bij hoge doseringen.
Therapie
Na stopzetting van de behandeling verdwijnen de symptomen meestal snel; neem eventueel ondersteunende cardiorespiratoire maatregelen.
Eigenschappen
Synthetisch analoog van een peptide uit het gif van de zeeslak Conus magus. Ziconotide is een calciumantagonist van het N-type (NCCB). NCC's reguleren de neurotransmitterafgifte in specifieke neuronale populaties die betrokken zijn bij de spinale verwerking van pijn. Ziconotide bindt aan deze neuronale NCC's en remt de voltage-sensitieve calciuminstroom in de primaire nociceptieve afferente banen die eindigen in de oppervlakkige lagen van de dorsale hoorn van het ruggenmerg. Dit remt de afgifte van neurotransmitters, waaronder substance-P, en daarmee de spinale pijnsignalen.
Dit geneesmiddel is geregistreerd als weesgeneesmiddel onder uitzonderlijke omstandigheden; vanwege de zeldzaamheid van de ziekte en/of om ethische redenen zijn er slechts relatief weinig gegevens over de werkzaamheid en de veiligheid.
Kinetische gegevens
Resorptie | na intrathecale toediening niet meetbaar in plasma. |
V d | (na intrathecale toediening) 1,4 ml/kg in liquor, 0,43 l/kg in plasma. |
T 1/2el | 4,6 uur in cerebrospinale vloeistof, 1,3 uur in plasma. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Methoxyfluraan is een vluchtig gefluorideerd koolwaterstof anestheticum. Het werkingsmechanisme als analgeticum is niet geheel opgehelderd. Methoxyfluraan, dat vroeger in hogere dosering werd toegepast voor anesthesie, geeft analgesie bij inhalatie van lage concentraties door patiënten die bij bewustzijn zijn. Bloeddrukverlaging kan optreden, die gepaard gaat met bradycardie. Pijnverlichting treedt op na 6–10 inhalaties. Werkingsduur: voortdurende inhalatie van een flesje met 3 ml geeft tot 25–30 minuten pijnverlichting. Inhalatie met tussenpozen kan de pijn langer verlichten.
Kinetische gegevens
Resorptie | snelle opname in het bloed, via de longen. |
T max | ca. 0,25 (0,08-0,75 uur). |
Metabolisering | in de lever, met name via CYP2E1, CYP2B6 en CYP2A6, tot fluoride en oxaalzuur (die in hogere dosering nefrotoxisch zijn) , difluoromethoxyazijnzuur en dichloorazijnzuur. |
Eliminatie | ca. 60% via de urine (als organische fluorine, fluoride en oxaalzuur), de rest via de longen (ongewijzigd of als koolstofdioxide). |
T 1/2el | ca. 3,16 (1,06-7,89) uur voor methoxyfluraan; ca. 33,3 (23,5 - 51,2) uur voor anorganisch fluoride. |
Overig | methoxyfluraan is zeer lipofiel. Vormt een reservoir in vetweefsel waaruit het gedurende dagen langzaam vrijkomt. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
ziconotide hoort bij de groep analgetica, diverse.
Groepsinformatie
methoxyfluraan hoort bij de groep analgetica, diverse.