Samenstelling
Aquipta Aanvullende monitoring Abbvie bv
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 10 mg, 60 mg
Uitleg symbolen
Samenstelling
Vyepti Lundbeck bv
- Toedieningsvorm
- Concentraat voor infusievloeistof
- Sterkte
- 100 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- flacon 1 ml
Uitleg symbolen
Advies
Als profylaxe van episodische migraine zijn metoprolol en candesartan (offlabel) middelen van eerste keus. Vervolgens komt amitriptyline als alternatief in aanmerking en in de tweedelijnszorg ook de anti-epileptica, topiramaat of valproïnezuur (alleen bij mannen, offlabel) en eventueel flunarizine. Bij profylaxe van chronische migraine in geval van medicatieovergebruikshoofdpijn eerst stoppen met het gebruik van alle hoofdpijnmedicatie gedurende 2–3 maanden (detoxificatie). Herevalueer na detoxificatie de primaire hoofdpijndiagnose en start zo nodig profylaxe voor episodische migraine of, indien toch sprake is van chronische migraine, met topiramaat of valproïnezuur (in de tweedelijnszorg).
De CGRP-antagonisten atogepant, eptinezumab, erenumab, galcanezumab of fremanezumab komen in aanmerking ter profylaxe van therapieresistente chronische migraine, dat wil zeggen na falen van topiramaat/valproïnezuur én botulinetoxine A. Er is geen robuust bewijs dat het achtereen uitproberen van meer dan één CGRP-antagonist therapeutisch zinvol is. Door de beroepsgroep en de zorgverzekeraars zijn er aanvullende start- en stopcriteria vastgesteld. Van belang is de beoordeling van het effect na 6 maanden.
Bij atogepant zijn er bij interacties en ernstige nierfunctiestoornissen dosisaanpassingen nodig. Voor extra bronnen over interacties zie het FT-rapport over atogepant.
Aan de vergoeding van atogepant zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering bijlage 2.
Advies
Als profylaxe van episodische migraine zijn metoprolol en candesartan (offlabel) middelen van eerste keus. Vervolgens komt amitriptyline als alternatief in aanmerking en in de tweedelijnszorg ook de anti-epileptica, topiramaat of valproïnezuur (alleen bij mannen, offlabel) en eventueel flunarizine. Bij profylaxe van chronische migraine in geval van medicatieovergebruikshoofdpijn eerst stoppen met het gebruik van alle hoofdpijnmedicatie gedurende 2–3 maanden (detoxificatie). Herevalueer na detoxificatie de primaire hoofdpijndiagnose en start zo nodig profylaxe voor episodische migraine of, indien toch sprake is van chronische migraine, met topiramaat of valproïnezuur (in de tweedelijnszorg).
De CGRP-antagonisten atogepant, eptinezumab, erenumab, galcanezumab of fremanezumab komen in aanmerking ter profylaxe van therapieresistente chronische migraine, dat wil zeggen na falen van topiramaat/valproïnezuur én botulinetoxine A. Er is geen wetenschappelijk robuust klinisch bewijs dat de inzet van een tweede CGRP-remmer na falen van een eerste CGRP-remmer therapeutisch zinvol is. Van belang is de beoordeling van het effect na 6 maanden.
Indicaties
- Profylaxe van migraine bij volwassenen die ten minste vier migraineaanvallen per maand hebben.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Profylaxe van migraine bij volwassenen die ten minste 4 migrainedagen per maand hebben.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Migraineprofylaxe
Volwassenen (incl. ouderen)
Aanbevolen: 60 mg 1×/dag.
Bij gelijktijdige toediening van sterke CYP3A4-remmers of sterke OATP-remmers: 10 mg/dag.
Gemiste dosis: innemen zodra men eraan denkt. Als de dosis een hele dag is vergeten, de gemiste dosis overslaan en de volgende dosis volgens schema innemen.
Verminderde nierfunctie: een dosisaanpassing is niet nodig bij lichte of matige nierfunctiestoornis. Bij een ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring 15–29 ml/min) en bij terminale nierziekte (creatinineklaring < 15 ml/min): 10 mg/dag. Bij patiënten met terminale nierziekte die intermitterende dialyse krijgen, atogepant bij voorkeur na de dialyse innemen.
Verminderde leverfunctie: een dosisaanpassing is niet nodig bij een lichte of matige leverfunctiestoornis (Child-Pughscore 5–9) . Vermijd gebruik bij een ernstige leverfunctiestoornis (Child-Pughscore 10–15).
Toediening: Tablet niet delen, fijnmaken of kauwen, maar heel doorslikken. Tablet met of zonder maaltijd innemen.
Doseringen
Migraineprofylaxe
Volwassenen (incl. ouderen)
I.v.-infusie:100 mg 1×/12 weken; sommige patiënten kunnen baat hebben van 300 mg 1×/12 weken.
Bij wisselen van doseerschema: de nieuwe dosis toedienen op de volgende geplande toedieningsdatum van het voorgaande schema.
Vergeten dosis: een vergeten dosis zo snel mogelijk injecteren en dan verder gaan met het gekozen doseerschema van eenmaal per maand of per drie maanden. Vermijd om een dubbele dosis geven met het doel een vergeten dosis in te halen.
Evaluatie en staken van de therapie: Beoordeel binnen drie maanden na de start de noodzaak van eventuele dosisverhoging; evalueer het nut en voortzetting van de behandeling 6 maanden na de start van de therapie.
Verminderde nierfunctie: een dosisaanpassing is niet nodig.
Verminderde leverfunctie: een dosisaanpassing is niet nodig.
Toediening: Na verdunning gedurende 30 min toedienen. Niet toedienen als intraveneuze bolusinjectie.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): Verminderde eetlust, misselijkheid, obstipatie, vermoeidheid, slaperigheid, gewichtsafname.
Soms (0,1-1%): verhoogd ALAT, ASAT.
Verder is gemeld: Overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylaxie, dyspneu, huiduitslag, jeuk, urticaria, gezichtsoedeem.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): nasofaryngitis. Overgevoeligheidsreacties, zoals angio oedeem, urticaria, overmatig blozen, rash en jeuk. Infusiegerelateerde reacties, zoals ademhalingssymptomen (neusverstopping, rinorroe, keelirritatie, hoesten, niezen en dyspneu). Vermoeidheid.
Soms (0,1-1%): anafylactische reactie (incl. hypotensie en ademhalingsproblemen).
Verder is gemeld: bij 18 % ontwikkeling van antilichamen, waarvan bij 8% neutraliserende antilichamen op de dosering van 100 mg/12 weken; bij de 300 mg dosering waren deze waarden resp. 20% en 6%. (zonder gevolgen voor werkzaamheid of veiligheid).
Interacties
Atogepant is een substraat van CYP3A4 en van transporteiwitten (Pgp, BCRP, OATP1B1, OATP1B3 en OAT1).
Sterke CYP3A4-remmers (als claritromycine, itraconazol, ketoconazol, ritonavir) kunnen de blootstelling aan atogepant significant verhogen; itraconazol verhoogt de blootstelling aan atogepant met een factor 5,5 en de Cmax met 2,1; zie voor een dosisaanpassing de rubriek Doseringen. Bij gelijktijdig gebruik van zwakke of matige CYP3A4-remmers worden geen significante veranderingen verwacht.
CYP3A4-inductoren verlagen de plasmaconcentratie van atogepant. De sterke CYP3A4-inductor rifampicine verlaagt de blootstelling aan atogepant met 60%; de matige CYP3A4-inductoren topiramaat verlaagt de blootstelling met 25%.
Remmers van 'organic anion-transporting polypeptide' (OATP) (als rifampicine, ciclosporine, ritonavir) verhogen de systemische blootstelling aan atogepant; rifampicine verhoogt de blootstelling aan atogepant met een factor 2,9 en de Cmax met 2,2; zie voor een dosisaanpassing de rubriek Doseringen.
Interacties
Er zijn van dit middel geen klinisch relevante interacties bekend. Op basis van de kenmerken van monoklonale antilichamen worden geen farmacokinetische interacties verwacht.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, relatief weinig gegevens. Bij dieren is reproductietoxiciteit gebleken.
Advies: Gebruik ontraden.
Overig: Bij vrouwen die zwanger kunnen worden en geen anticonceptie toepassen gebruik ontraden.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid. Van humaan IgG is bekend dat het de placentabarrière passeert.
Advies: Gebruik ontraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Bij de mens, onbekend. Bij dieren, ja.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. Van humaan IgG is bekend dat het in de moedermelk wordt uitgescheiden gedurende de eerste dagen na de geboorte.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel óf het geven van borstvoeding ontraden gedurende de eerste dagen na de geboorte. Daarna alleen op strikte indicatie gebruiken gedurende de borstvoedingsperiode.
Contra-indicaties
Van dit middel zijn geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij het optreden van een overgevoeligheidsreactie, het gebruik staken en een geschikte behandeling instellen. De meeste ernstige overgevoeligheidsreacties treden binnen 24 uur na het eerste gebruik op; sommige overgevoeligheidsreacties kunnen dagen na inname optreden. Waarschuw patiënten voor de symptomen.
Bij een ernstige leverfunctiestoornis, atogepant vermijden.
De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen < 18 jaar zijn niet vastgesteld.
Waarschuwingen en voorzorgen
Voor patiënten met een voorgeschiedenis van cardiovasculaire aandoeningen (hypertensie, ischemische hartziekte) zijn geen veiligheidsgegevens beschikbaar; dezen waren uitgesloten in de klinische onderzoeken.
Ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties zijn gemeld en kunnen binnen enkele min. na infusie ontwikkelen. Staak de infusie bij een ernstige reactie en stel passende therapie in.
Onderzoeksgegevens: bij kinderen jonger dan 18 jaar zijn de veiligheid en werkzaamheid nog niet vastgesteld.
Overdosering
Neem voor informatie over een vergiftiging met atogepant contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Bij doses tot 1000 mg i.v. zijn geen toxische effecten waargenomen. Neem voor informatie over een vergiftiging met eptinezumab contact op met hetNationaal Vergiftigingen Informatie Centrum .
Eigenschappen
'Calcitonin gene-related peptide' (CGRP)-antagonist. Atogepant bindt aan de CGRP-receptor. CGRP is een neuropeptide dat de nociceptieve signalering moduleert, en is een vasodilatator die in verband is gebracht met de pathofysiologie van migraine. Tijdens een migraineaanval is de CGRP-spiegel verhoogd. Het precieze werkingsmechanisme is niet bekend; men denkt dat een CGRP-antagonist door modulatie van het trigeminale systeem migraine kan voorkomen.
Kinetische gegevens
T max | 1–2 uur. |
V d | 4,2 l/kg (schijnbaar). |
Metabolisering | Wordt voornamelijk omgezet door CYP3A4. |
Eliminatie | Wordt deels in onveranderde vorm uitgescheiden; 5% via de urine en 42% via de feces. |
T 1/2el | 11 uur. |
Uitleg afkortingen
Eigenschappen
'Calcitonin gene-related peptide' (CGRP)-monoklonaal antilichaam (mAbs). Eptinezumab is een gehumaniseerd IgG1-antilichaam. Het bindt zich aan alfa- en beta-vormen van het CGRP-ligand, waardoor dit niet meer aan de CGRP-receptor kan binden. CGRP is een neuropeptide dat de nociceptieve signalering moduleert, en is een vasodilatator die in verband is gebracht met de pathofysiologie van migraine. Tijdens een migraineaanval is de CGRP-spiegel verhoogd. Het precieze werkingsmechanisme is niet bekend; men denkt dat een CGRP-remmer door modulatie van het trigeminale systeem migraine kan voorkomen.
Kinetische gegevens
T max | 30 min. |
F | 100% |
V d | 0,0528 l/kg. |
Metabolisering | Wordt waarschijnlijk net als endogeen IgG in peptiden en aminozuren afgebroken. Hepatische klaring is niet belangrijk. |
Eliminatie | Via een niet-specifieke proteolytische route. De renale eliminatie van IgG-monoklonale antilichamen is laag. |
T 1/2el | 27 dagen |
Uitleg afkortingen
Groepsinformatie
atogepant hoort bij de groep CGRP-antagonisten.
Groepsinformatie
eptinezumab hoort bij de groep CGRP-antagonisten.