Samenstelling
Ferinject XGVS Vifor Nederland bv
- Toedieningsvorm
- Oplossing voor injectie/infusie
- Sterkte
- 50 mg Fe/ml
- Verpakkingsvorm
- flacon 2 ml, 10 ml, 20 ml
IJzer(III)carboxymaltose XGVS Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Oplossing voor injectie/infusie
- Sterkte
- 50 mg Fe/ml
- Verpakkingsvorm
- flacon 2 ml, 10 ml, 20 ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Cosmofer (als hydroxidedextrancomplex) Cablon Medical bv
- Toedieningsvorm
- Oplossing voor i.v.-infusie of injectie
- Sterkte
- 50 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- ampul 2 ml
Bevat per ml injectievloeistof: Fe 3+ 50 mg.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Bij ijzergebreksanemie gaat de voorkeur uit naar een vaste toedieningsvorm met een oraal ferro(Fe2+)-preparaat. Ferrofumaraat heeft de voorkeur boven ferrochloridedrank en ferrogluconaat bruistablet vanwege de kosten. Bruistabletten en dranken geven ook vaker tandverkleuring. Parenterale ijzertoediening komt, gezien de bijwerkingen, pas in aanmerking bij problemen met slikken of met de therapietrouw, als orale toediening niet effectief is gebleken of ook in lagere doseringen niet verdragen wordt.
Advies
Bij ijzergebreksanemie gaat de voorkeur uit naar een vaste toedieningsvorm met een oraal ferro(Fe2+)-preparaat. Ferrofumaraat heeft de voorkeur boven ferrochloridedrank en ferrogluconaat bruistablet vanwege de kosten. Bruistabletten en dranken geven ook vaker tandverkleuring. Parenterale ijzertoediening komt, gezien de bijwerkingen, pas in aanmerking bij problemen met slikken of met de therapietrouw, als orale toediening niet effectief is gebleken of ook in lagere doseringen niet verdragen wordt.
Indicaties
- IJzergebreksanemie, wanneer orale ijzertherapie ineffectief is gebleken of niet gebruikt kan worden, of indien uit klinisch oogpunt snelle aanvulling van de ijzervoorraden noodzakelijk is.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- IJzergebreksanemie, wanneer orale ijzertherapie ineffectief is gebleken of niet wordt verdragen of indien uit klinisch oogpunt snelle aanvulling van de ijzervoorraden noodzakelijk is.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Controleer tijdens en tot ten minste 30 minuten na elke toediening nauwlettend op overgevoeligheidsreacties. IJzer(III)carboxymaltose alleen intraveneus toedienen door personeel dat ervaren is in het beoordelen en behandelen van anafylactische reacties en als reanimatiefaciliteiten beschikbaar zijn.
IJzergebreksanemie
Volwassen en kinderen ≥ 1 jaar
De totale dosis ijzer(III)carboxymaltose (hierna: Fe) wordt bepaald op basis van het lichaamsgewicht van de patiënt en de hemoglobinespiegel, zie hiervoor tabel 1. Let op: Bij volwassenen en kinderen ≥ 14 jaar mag een enkele dosis ijzer het volgende niet overschrijden: 15 mg ijzer/kg lichaamsgewicht bij i.v.-injectie en 20 mg/kg bij i.v.-infusie en maximaal 1000 mg ijzer per toediening; deze dosering maximaal 1×/week toedienen. Bij kinderen van 1–13 jaar mag een enkele dosis ijzer het volgende niet overschrijden: 15 mg ijzer/kg lichaamsgewicht en maximaal 750 mg ijzer per toediening; deze dosering maximaal 1×/week toedienen. Bij hemodialyse: bij volwassenen en kinderen ≥ 14 jaar: max. 200 mg Fe per keer. Geef dit middel tijdens de hemodialyse; onverdund en direct in de veneuze tak van het hemodialyseapparaat. Bij kinderen van 1–13 jaar die hemodialyse ondergaan wordt het gebruik ontraden vanwege onvoldoende gegevens.
Bepaal na minimaal 4 weken de Hb-spiegel opnieuw. Indien er geen andere oorzaken zijn voor een eventuele onvoldoende respons en dus meer Fe moet worden toegediend, opnieuw de ijzerbehoefte bepalen aan de hand van het Hb en lichaamsgewicht.
Hb-gehalte (in mmol/l) |
Lichaamsgewicht < 35 kg |
Lichaamsgewicht 35–70 kg |
Lichaamsgewicht ≥ 70 kg |
< 6,2 |
30 mg/kg lichaamsgewicht |
1500 mg |
2000 mg |
6,2–8,7 |
15 mg/kg lichaamsgewicht |
1000 mg |
1500 mg |
≥ 8,7 |
15 mg/kg lichaamsgewicht |
500 mg |
500 mg |
Toediening
- Toediening als intraveneuze injectie:
- Bij volwassenen en kinderen ≥ 14 jaar: per enkele dosis max. 15 mg/kg lichaamsgewicht, maximaal 1000 mg. Toedieningssnelheid: doses van 100–200 mg ijzer, geen minimale voorgeschreven tijd; doses van 200–500 mg ijzer: 100 mg/min; doses van 500–1000 mg toedienen gedurende minimaal 15 minuten. Een enkele dosis ijzer mag de 1000 mg ijzer/dag niet overschrijden; 1000 mg ijzer maximaal 1×/week toedienen. Als de totale ijzerbehoefte hoger is, minimaal 7 dagen wachten voordat een aanvullende dosis wordt toegediend.
- Bij kinderen < 14 jaar: per enkele dosis max. 15 mg/kg lichaamsgewicht, maximaal 750 mg. Toedieningssnelheid: doses van 100–200 mg ijzer, geen minimale voorgeschreven tijd; doses van 200–500 mg ijzer: 100 mg/min; doses van 500–1000 mg toedienen gedurende minimaal 15 minuten. Een enkele dosis ijzer mag de 750 mg ijzer/dag niet overschrijden; 750 mg ijzer maximaal 1×/week toedienen. Als de totale ijzerbehoefte hoger is, minimaal 7 dagen wachten voordat een aanvullende dosis wordt toegediend.
- Kan bij i.v.-injectie onverdund worden toegediend.
- Toediening als intraveneuze infusie:
- Bij volwassenen en kinderen ≥ 14 jaar: max. 20 mg/kg lichaamsgewicht, maximaal 1000 mg. Toediensnelheid: doses van 100–200 mg ijzer, geen minimale voorgeschreven tijd; doses van 200–500 mg ijzer, toedienen gedurende minimaal 6 minuten; doses van 500–1000 mg toedienen gedurende minimaal 15 minuten. Een enkele dosis ijzer mag de 1000 mg ijzer/dag niet overschrijden; 1000 mg ijzer maximaal 1×/week toedienen.
- Bij kinderen < 14 jaar: per enkele dosis max. 15 mg/kg lichaamsgewicht, maximaal 750 mg. Toedieningssnelheid: doses van 100–200 mg ijzer, geen minimale voorgeschreven tijd; doses van 200–500 mg ijzer toedienen gedurende minimaal 6 minuten; doses van 500–1000 mg toedienen gedurende minimaal 15 minuten. Een enkele dosis ijzer mag de 750 mg ijzer/dag niet overschrijden; 750 mg ijzer maximaal 1×/week toedienen.
- Verdunnen in 0,9% natriumchlorideoplossing; de concentratie gelijk aan of boven 2 mg ijzer/ml houden in verband met de stabiliteit van de oplossing (het volume van de ijzer(III)carboxymaltose-oplossing wordt daarbij niet meegerekend). Gebruik bij het verdunnen de volgende maximale hoeveelheden natriumchlorideoplossing: 100–200 mg ijzer in max. 50 ml; > 200–500 mg ijzer in max. 100 ml; > 500–1000 mg ijzer in max. 250 ml.
- Tijdens hemodialyse onverdund in de veneuze tak van het dialyseapparaat of via infusie toedienen.
Doseringen
Tijdens en tot ten minste 30 minuten na elke toediening nauwlettend controleren op overgevoeligheidsreacties. IJzerdextrancomplex alleen toedienen door personeel dat ervaren is in het beoordelen en behandelen van anafylactische reacties en als reanimatiefaciliteiten beschikbaar zijn.
De totale cumulatieve dosis ijzerdextrancomplex wordt bepaald door het hemoglobinegehalte en het lichaamsgewicht. Er dient per patiënt een inschatting te worden gemaakt, gebaseerd op een berekening van het totale ijzertekort.
Bij voorkeur toedienen via een i.v. druppelinfuus, omdat hiermee de minste kans op bloeddrukverlaging is. IJzerdextrancomplex kan ook via een langzame intraveneuze injectie of intramusculair worden toegediend.
IJzergebreksanemie
Volwassenen en kinderen > 14 jaar
Individueel, aangepast aan het totale ijzertekort. Formule voor berekening van de totale benodigde dosis: IJzertekort (mg) = lichaamsgewicht (kg) × [streef Hb in mmol/l – huidig Hb in mmol/l] × 3,84 + streef ijzervoorraad (mg). Bij een lichaamsgewicht > 35 kg: streef Hb = 9,3 mmol/l, ijzervoorraad 500 mg. In het algemeen 100–200 mg ijzer (= 2–4 ml) 2–3×/w., afhankelijk van het hemoglobinegehalte.
IJzersuppletie bij bloedverlies
Volwassenen en kinderen > 14 jaar
IJzer dat moet worden aangevuld (mg) = aantal eenheden bloedverlies × 200. Indien de hoeveelheid bloedverlies onbekend is, berekening van de totale benodigde dosis volgens de volgende formule: hoeveelheid ijzer die moet worden aangevuld (mg) = lichaamsgewicht (kg) × 3,84 × [beoogde Hb in mmol/l – huidige Hb in mmol/l]. In het algemeen 100–200 mg ijzer (= 2–4 ml) 2–3×/w., afhankelijk van het hemoglobinegehalte.
Toediening:
- i.v. als druppelinfuus: 100–200 mg ijzerdextrancomplex verdunnen in 100 ml 0,9% natriumchloride of 5% glucose oplossing. Toedieningssnelheid max. 100 ml in 30 min.
- langzame i.v. injectie: 100–200 mg ijzerdextrancomplex verdunnen in 10–20 ml 0,9% natriumchloride of 5% glucose-oplossing. Toedieningssnelheid 0,2 ml/min.
- totale dosisinfusie (TDI): snelle aanvulling van de ijzervoorraad: ijzerdextrancomplex als een TDI geven. De benodigde hoeveelheid ijzerdextrancomplex bepalen middels berekening (zie hierboven) of met de tabel (zie hiervoor de officiële productinformatie CBG/EMA p. 6). De benodigde dosis, tot 20 mg ijzer/kg lichaamsgewicht, aseptisch toevoegen aan het vereiste volume, in het algemeen 500 ml steriele 0,9% natriumchlorideoplossing of 5% glucose-oplossing, en geven via i.v. infusie in 4–6 uur. Infusiesnelheid tot 45–60 druppels per minuut. TDI mag slechts in het ziekenhuis plaatsvinden onder zorgvuldige observatie tot minstens 30 minuten na de afloop van het infuus, in verband met de bijwerkingen, met name vertraagde, op overgevoeligheid lijkende reacties.
- i.m.: tot 100 mg (2 ml) ijzer per injectie, onverdund, bepaald op basis van lichaamsgewicht; bij een matig actieve patiënt wordt dagelijks toegediend (afwisselend in elk van beide bilspieren), bij een inactieve of bedlegerige patiënt de frequentie verminderen tot 1–2×/w. ook hierbij afwisselend. Injecteer diep in de spiermassa van het bovenste buitenkwadrant van de bilspier vanwege minder kans op subcutane verkleuring. De injectie met de 'Z-track-techniek' toedienen, ter preventie van lekkage of injectie in onderhuids weefsel.
Tijdens hemodialyse kan ijzerdextrancomplex rechtstreeks in het veneuze deel van de bloedlijn worden geïnjecteerd volgens dezelfde methode als beschreven voor i.v.-toediening.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): hypertensie. Hoofdpijn, duizeligheid. Misselijkheid. Reacties op injectieplaats (zoals pijn, blauwe plekken, huidverkleuring, extravasatie, irritatie). Overmatig blozen. Hypofosfatemie.
Soms (0,1-1%): overgevoeligheid. Tachycardie. Hypotensie. Dyspneu. Braken, dyspepsie, buikpijn, obstipatie, diarree. Spier–, rug– of gewrichtspijn, pijn in ledematen, spierkramp. Paresthesie, smaakstoornis. Jeuk, urticaria, erytheem, huiduitslag. Koorts, vermoeidheid, pijn op de borst, koude rillingen, malaise, perifeer oedeem. Stijging ALAT, ASAT, γ-GT, lactaatdehydrogenase en alkalische fosfatase.
Zelden (0,01-0,1%): anafylactoïde reacties. Angio-oedeem, bleke gelaatskleur, huidverkleuring (op andere delen van het lichaam dan de toedieningsplaats). Bronchospasmen. Flebitis, (pre-)syncope. Angst. Flatulentie. Influenza-achtige verschijnselen (na enkele uren tot meerdere dagen).
Verder zijn gemeld: hypofosfatemische osteomalacie. Kounissyndroom. Gezichtsoedeem. Bewustzijnsverlies.
Bijwerkingen
Soms (0,1-1%): misselijkheid, braken, buikpijn. Wazig zien. Warm gevoel, opvliegers, kramp, gevoelloosheid. Anafylactoïde reacties waaronder urticaria, rood worden van de huid, jeuk en rillen, dyspneu.
Zelden (0,01-0,1%): hypotensie (bij snelle toediening), aritmie, pijn op de borst, collaps, bewusteloosheid. Stemmingsveranderingen, duizeligheid, rusteloosheid, tremor, vermoeidheid. Angio-oedeem. Diarree, overmatige transpiratie. Spierpijn.
Zeer zelden (< 0,01%): acute, ernstige anafylactische reacties (binnen paar minuten na het begin van de toediening), gekarakteriseerd door acute ademhalingsproblemen en/of cardiovasculaire collaps (soms fataal). Hemolyse, hartkloppingen, voorbijgaande doofheid, hoofdpijn, paresthesie, hypertensie.
Verder zijn gemeld: influenza-achtige verschijnselen (na enkele uren tot meerdere dagen). Kounis-syndroom. Vergergering van gewrichtspijn bij reumatoïde artritis. Lokale bijwerkingen: pijn, ontsteking, flebitis; na i.m.-injectie tevens verkleuring van de huid, bloeding, vorming van steriele abcessen, weefselnecrose of atrofie.
Interacties
Parenterale ijzerpreparaten verminderen de absorptie van oraal ijzer; daarom indien nodig orale ijzertherapie minimaal 5 dagen na de laatste toediening van ijzer(III)carboxymaltose starten.
Interacties
Orale ijzertherapie mag niet binnen 5 dagen na toediening van ijzerdextran worden gestart; gelijktijdig gebruik kan de absorptie van oraal ijzer verminderen.
Zwangerschap
IJzer passeert de placenta.
Teratogenese: Bij de mens, geen aanwijzingen voor schadelijkheid. Er zijn meer dan 1000 gedocumenteerde cases beschikbaar met het parenteraal gebruik van ijzer(III)carboxymaltose en ferrioxidesaccharaat tijdens het 2e en 3e trimester. Er zijn geen aanwijzingen voor een verhoogd risico op negatieve zwangerschapsuitkomsten.
Farmacologisch effect: Mogelijk; foetale bradycardie is zelden gemeld bij zwangeren die een overgevoeligheidsreactie vertoonden.
Advies: Gebruik tijdens het 1e trimester ontraden. Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt tijdens het 2e en 3e trimester.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren alleen in hoge doseringen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Farmacologisch effect: Mogelijk; foetale bradycardie is zelden gemeld bij zwangeren die een overgevoeligheidsreactie vertoonden.
Advies: Gebruik in het 1e trimester ontraden. In het 2e en 3e trimester alleen op strikte indicatie gebruiken (als orale ijzertherapie niet effectief of onuitvoerbaar is).
Lactatie
Overgang in moedermelk: Ja, in zeer geringe mate (≤ 1%).
Advies: Kan worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Advies: Gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Contra-indicaties
- ijzerstapeling of stoornissen in het ijzerverbruik;
- anemie die niet wordt veroorzaakt door ijzerdeficiëntie;
- bekende ernstige overgevoeligheid voor parenterale ijzerpreparaten.
Contra-indicaties
- ernstige overgevoeligheid voor parenterale ijzerpreparaten;
- ophopingen van ijzer of stoornissen in het ijzerverbruik (bv. hemochromatose, hemosiderose);
- anemie niet veroorzaakt door ijzerdeficiëntie, zoals hemolytische anemie;
- gedecompenseerde levercirrose en hepatitis;
- acuut nierfalen;
- acute of chronische infecties.
Waarschuwingen en voorzorgen
Overgevoeligheidsreacties: Tijdens en tot minimaal 30 minuten na elke toediening is in verband met het risico van ernstige acute, potentieel letale anafylactische/anafylactoïde reacties zorgvuldige observatie aangewezen en dienen faciliteiten voor cardiopulmonaire reanimatie inclusief adrenaline beschikbaar te zijn. Geef indien nodig aanvullende behandeling met antihistaminica en/of corticosteroïden. Staak de toediening direct bij de geringste tekenen van een anafylactische reactie. Overgevoeligheidsreacties kunnen ook optreden als eerdere toediening geen bijwerkingen veroorzaakte. Er zijn meldingen gedaan van overgevoeligheidsreacties die verergerden tot Kounissyndroom (acuut allergisch coronair arteriespasme dat een myocardinfarct kan veroorzaken). Er is meer kans op anafylactische reacties bij bekende (geneesmiddelen)allergie, bij een voorgeschiedenis van ernstig astma, eczeem of andere atopische allergie en bij immunologische of inflammatoire aandoeningen (bv. SLE, reumatoïde artritis).
Hypofosfatemische osteomalacie: Monitor het serumfosfaat bij een patiënt met bestaande risicofactoren voor hypofosfatemie, meerdere toedieningen met hoge doses of een langer durende behandeling vanwege de kans op symptomatische hypofosfatemie; dit kan leiden tot osteomalacie en fracturen waarvoor klinische interventie en chirurgie nodig is. Waarschuw de patiënt bij toenemende mate van vermoeidheid met myalgie of botpijn contact op te nemen met een arts. Heroverweeg bij aanhoudende hypofosfatemie de behandeling.
Voorzichtig toepassen bij infecties; therapie tijdelijk stoppen bij acute infectie.
Onmiddellijk de infusie stoppen bij (tekenen van) paraveneus lekken, wegens irritatie en langdurige bruine verkleuring van de huid.
Bij leverdisfunctie moet terughoudend worden behandeld, vooral als belasting met ijzer de aandoening kan verergeren zoals bij porphyria cutanea tarda.
Na repletie regelmatig de ijzerspiegels controleren en zo nodig corrigeren.
Onderzoeksgegevens: Er zijn geen gegevens bekend van enkelvoudige doseringen > 200 mg ijzer bij hemodialyse. Vanwege onvoldoende gegevens betreffende werkzaamheid en veiligheid ijzer(III)carboxymaltose niet gebruiken bij een leeftijd < 1 jaar en niet bij kinderen van 1-13 jaar die hemodialyse ondergaan.
Waarschuwingen en voorzorgen
Overgevoeligheidsreacties: Tijdens en tot minimaal 30 minuten na elke behandeling is in verband met het risico van ernstige acute, potentieel letale anafylactische of anafylactoïde reacties zorgvuldige observatie aangewezen en dienen faciliteiten voor cardiopulmonaire reanimatie inclusief adrenaline beschikbaar te zijn. Aanvullende behandeling met antihistaminica en/of corticosteroïden indien nodig geven. Bij de geringste tekenen van een anafylactische reactie de toediening direct staken. Overgevoeligheidsreacties kunnen ook optreden als eerdere toediening geen bijwerkingen veroorzaakte. Er zijn meldingen gedaan van overgevoeligheidsreacties die verergerden tot Kounis-syndroom (acuut allergisch coronair arteriespasme dat een myocardinfarct kan veroorzaken). Er is meer kans op anafylactische reacties bij bekende (geneesmiddelen)allergie, bij een voorgeschiedenis van ernstig astma, eczeem of andere atopische allergie en bij immuun- of inflammatoire aandoeningen (bv. SLE, reumatoïde artritis). Toediening bij een ontsteking (bv. bacteriëmie, acute/chronische infectie) kan een type III allergische reactie veroorzaken. Vertraagde overgevoeligheidsreacties, optredend na enkele uren tot vier dagen na toediening, kunnen ernstig zijn en worden gekenmerkt door spier- en gewrichtspijn en soms koorts. De symptomen duren twee tot vier dagen en verdwijnen spontaan of na gebruik van eenvoudige pijnstillers.
Overtollig ijzerdextrancomplex kan achterblijven in de cellen van het RES, waardoor onderzoek naar ijzervoorraden in het beenmerg voor lange tijd zinloos kan zijn. Er is melding gemaakt van een bruine verkleuring van het serum dat was verkregen uit een bloedmonster dat vier uur na toediening van hoge doses ijzerdextrancomplex (≥ 5 ml) werd afgenomen. Schijnbaar verhoogde serumbilirubinespiegels en verlaagde serumcalciumspiegels zijn gemeld bij gebruik.
Onderzoeksgegevens: IJzerdextrancomplex niet gebruiken bij kinderen < 14 jaar vanwege het ontbreken van gegevens over veiligheid en effectiviteit.
Overdosering
Zie voor symptomen en behandeling Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Symptomen
Acute ijzer 'overload' kan zich voordoen als hemosiderose. Bij chronisch herhaalde hoge doses zal de overmaat ijzer in de lever accumuleren en een ontstekingsproces veroorzaken, dat tot fibrose kan leiden.
Therapie
Eventueel kunnen chelaatvormers als ondersteunende maatregel worden toegediend.
Zie voor aanvullende informatie ook de monografie IJzerintoxicatie op toxicologie.org of de website van het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
In ijzer(III)carboxymaltose komt het ijzer voor in een complex met een koolhydraatpolymeer, dat het bruikbare ijzer op gecontroleerde wijze afgeeft aan de ijzertransport- en ijzeropslagproteïnen in het lichaam (ferritine, transferrine). IJzer is nodig voor de synthese van haem in hemoglobine.
Kinetische gegevens
T max | 15–70 min. |
V d | 0,04 l/kg (plasmavolume). |
Eliminatie | de renale eliminatie is verwaarloosbaar. |
T 1/2el | 7–12 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Het complex is analoog aan de fysiologische vorm van ijzer, ferritine (ferrihydroxide-fosfaat-eiwit-complex). IJzer is nodig voor de synthese van haem in hemoglobine. Werking: gedurende 6–8 weken na toediening wordt een toename van de hematopoëse waargenomen.
Kinetische gegevens
Resorptie | wordt na i.v.-infusie snel opgenomen door de cellen van het weefselmacrofagensysteem, m.n. in lever en milt, waaruit het ijzer langzaam wordt afgegeven. Na i.m. injectie wordt het grootste deel van het ijzerdextran binnen 72 uur geabsorbeerd in de capillairen en het lymfestelsel; de rest wordt geabsorbeerd gedurende 3–4 weken. |
T max | de hoogste waarde van ferritine in het serum wordt 7–9 dagen na toediening bereikt, waarna deze na ca. 3 weken terugkeert naar de basiswaarde. |
Metabolisering | in het RES vindt splitsing in ijzer en dextran plaats. |
Eliminatie | ijzer wordt in kleine hoeveelheden met de urine en de feces uitgescheiden; dextran wordt gemetaboliseerd of als zodanig uitgescheiden. |
T 1/2el | 5 uur (circulerend ijzer) en 20 uur (totale ijzer: gebonden en circulerend). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
ijzer(III)carboxymaltose hoort bij de groep ijzerpreparaten, parenteraal.
Groepsinformatie
ijzerdextrancomplex hoort bij de groep ijzerpreparaten, parenteraal.